Stichting Kunst & Cultuurhuis Cinetol

Podiumkunsten & Letteren
Aangevraagd: € 42.508
Toegekend: € 0

Inleiding

Stichting Kunst & Cultuurhuis Cinetol (Cinetol) is een werkomgeving voor creatieven en zelfstandig ondernemers en een podium voor culturele programmering in de Diamantbuurt. Er zijn werkplekken, repetitieruimtes, ateliers, een muziekstudio, een vergaderruimte en een zaal voor bijeenkomsten en evenementen. Cinetol wil een podium van nu zijn; een jong cultuurpodium met een multidisciplinaire programmering bestaande uit muziek, film, literatuur en kunst. Cinetol opereert graag in de voorhoede, met één been in de underground en avant-garde en tegelijkertijd rekening houdend met wat nu speelt en populair is. De programmering komt tot stand in nauwe samenwerking met jonge makers/uitvoerders uit verschillende disciplines en met de medewerkers/vrijwilligers van de organisatie.

Cinetol wil de komende periode haar artistieke en zakelijke kant en haar publieksbereik ontwikkelen. De organisatie wil zich ontplooien van een plek met een culturele programmering naar een volwaardig cultuurpodium met een herkenbaar artistiek profiel. Zij wil haar artistiek en zakelijk leiderschap versterken en een gedegen administratieve organisatie opzetten. Ook wil ze meer ruimte creëren voor reflectie en evaluatie. Cinetol wil een huisstijl en een identiteit ontwikkelen die passen bij haar artistieke visie en haar doelgroep. Ze zoekt naar een duidelijker communicatiestrategie, gericht op een groter en diverser publieksbereik.

Cinetol gaat in 2017 en 2018 onder andere samenwerken met andere podia en diverse partijen in de stad en adviseurs betrekken om ervaring en kennis op te doen. De organisatie wil Cinetol verstevigen door scholing voor de zakelijk en artistiek leider, het aanvragen van projectsubsidies en het aanstellen van een beheerder voor het gebouw. Om te investeren in apparatuur sluit Cinetol een Amsterdamse Cultuurlening af. Daarnaast doet de organisatie publieksonderzoeken en maakt ze een documentaire over het proces om zo kennis te kunnen delen.

Stichting Kunst & Cultuurhuis Cinetol vraagt aan het AFK in totaal een bijdrage van gemiddeld € 42.508 per jaar, waarvan € 23.555,50 per jaar voor de realisatie van het ontwikkelplan en € 18.952,50 per jaar voor de reguliere activiteiten.

Beoordeling ontwikkelplan

Beginsituatie, einddoel en noodzaak ontwikkeling

De commissie beoordeelt de beschrijving van beginsituatie, einddoel en de noodzaak tot ontwikkeling als goed.

Cinetol presenteert een uitvoerig ontwikkelplan waarin zij goed haar beginsituatie omschrijft en uiteenzet waar de organisatie naartoe wil. Het plan getuigt van zelfinzicht, ondernemerschap en reflectie. Cinetol is twee jaar geleden begonnen, in eerste instantie met de ontwikkeling van een broedplaats met horecagelegenheid (Tolbar) en vervolgens met een podium. Het podium is van start gegaan maar behoeft een stevige ontwikkeling, zowel in artistiek en zakelijk opzicht als wat betreft het publieksbereik.

Het einddoel is goed en toetsbaar weergegeven in het ontwikkelplan. In twee jaar tijd wil Cinetol een stevig fundament leggen waarop het podium voortgezet en uitgebouwd kan worden. Ze wil de organisatiestructuur verbeteren, goede artistieke keuzes maken om de artistieke kwaliteit te borgen, het publieksbereik verhogen en de leiding verstevigen.

De commissie ziet de noodzaak tot deze ontwikkelingen voldoende aangetoond in het plan. De organisatie wil zich ontwikkelen van een plek met een culturele programmering naar een cultuurpodium. Volgens haar is er vraag naar een nieuw cultuurpodium; waaruit die vraag blijkt had volgens de commissie scherper mogen worden uitgewerkt. De commissie ziet evenzeer dat er groeiende bezoekersaantallen zijn, die voor een nieuw podium vertrouwen wekken voor verdere groei. De commissie vindt het sterk dat Cinetol de ontwikkelingen van de eigen organisatie bekijkt vanuit een ondernemersperspectief en er op deze manier ook in wil investeren.

Cinetol wil diverse coaches en adviseurs inschakelen voor de verschillende ontwikkelterreinen en doet daarvoor concrete suggesties. De profielen van de gezochte coaches zijn beperkt maar voldoende inzichtelijk uitgewerkt. Daarnaast fungeren ook de bestuursleden vanuit hun verschillende expertises als adviseurs voor Cinetol.

Instrumenten

De commissie beoordeelt de aanpak en motivering voor de in te zetten instrumenten als goed.

Cinetol werkt goed onderbouwd een serie instrumenten uit om haar ontwikkeldoelen op het gebied van artistieke kwaliteit, zakelijke kwaliteit en publieksbereik te realiseren. Daarbij staan interne samenwerking en samenwerking met externe partijen centraal. Hoewel de instrumenten op zichzelf niet origineel of voorbeeldstellend zijn, is de commissie positief over de nadruk op samenwerking.

Ten behoeve van de artistieke, programmatische ontwikkeling geeft Cinetol aan te willen leren van andere podia. Om de leiding te ontlasten en meer ruimte te geven om zich verder te ontwikkelen, wil Cinetol een parttime beheerder aanstellen.

De fasering van de inzet van de instrumenten is in een duidelijk schema aangegeven. De commissie wijst erop dat het belangrijk is voor succes dat het plan voldoende is geworteld in de lokale gemeenschap, waar bewoners met verschillende culturele achtergronden nadrukkelijk deel van uitmaken. De commissie is op basis van het ontwikkelplan nog niet geheel overtuigd van deze worteling in de lokale gemeenschap.

Realisme en omgevingsbewustzijn

De commissie beoordeelt het realisme en de blijk van omgevingsbewustzijn als voldoende.

De organisatie gaat gedetailleerd in op omgevingsfactoren die zij voor het eigen functioneren van belang vindt. Artistieke mogelijkheden, (mogelijke) samenwerkingsverbanden, het (potentiële) publiek, de buurt en de positie ten opzichte van collega-organisaties passeren de revue en Cinetol koppelt hier concrete acties aan. De commissie merkt wel op dat de organisatie nog stevig leunt op een netwerk van gelijkgestemden; het is nog niet duidelijk hoe ze dit netwerk wil verbreden met andere expertise, zoals op het gebied van programmering en publieksbereik.

Cinetol laat zien op de hoogte te zijn van actuele ontwikkelingen in de stad en beschrijft hoe ze daarop met haar werk kan inspelen, vooral door haar aandacht voor jonge makers, experiment en avant-garde. Het podium sluit met zijn artistieke profiel goed aan bij de broedplaatsfunctie, wat kan leiden tot boeiende kruisbestuivingen. De commissie mist een overtuigend inzicht in de behoeften van de cultureel diverse wijk waar Cinetol nu is gevestigd en op de vraag hoe het podium een betere inbedding met de wijk zou kunnen verwezenlijken. Cinetol neemt naar de mening van de commissie te zeer een voorschot op de toekomstige bewoners van de wijk; ze richt zich sterk op de bewonerssamenstelling die wordt verwacht na de herontwikkeling van de wijk. Hoe het podium in de huidige periode en in de periode van doorontwikkeling van de wijk zorgt voor inbedding wordt niet duidelijk.

Het ontwikkelplan is naar de mening van de commissie realistisch. De nagestreefde groei is in lijn met de behaalde resultaten uit de afgelopen periode. De kosten voor de instrumenten zijn realistisch en in verhouding tot de totale exploitatie van Cinetol. De commissie ziet ook kansen om het publieksbereik te doen toenemen, al meent zij dat steviger inspanningen nodig zijn om de geambieerde diversificatie van publiek en programmering te bewerkstelligen. Ook kan zij zich voorstellen dat het publieksbereik minder hard zal toenemen dan de afgelopen jaren, gezien de concurrentie van andere podia in de nabije omgeving.

Evaluatie en bestendiging van resultaten

De commissie beoordeelt de wijze van evaluatie en bestendiging van resultaten als voldoende.

Cinetol zet in haar aanvraag een overtuigende evaluatiestrategie uiteen. Alle mogelijke evaluatieterreinen worden aangestipt en in een overzichtelijke planning gepresenteerd. De organisatie voorziet ook een publieksonderzoek.

De verankering van de resultaten ligt voor de aanvrager voor een belangrijk gedeelte in de scholing van de medewerkers en de manier waarop de opbrengst van evaluaties in jaarplannen wordt verwerkt. De commissie merkt op dat de organiatie de wijze waarop de ontwikkelresultaten zullen worden bestendigd vooral formuleert in termen van waar het podium over een aantal jaren wil staan. Het plan laat daarmee in haar ogen te weinig zien hoe de resultaten van de ontwikkelperiode structureel in de organisatie worden bestendigd.

Delen van resultaten

De commissie beoordeelt de bereidheid tot het delen van resultaten als zeer goed.

De organisatie toont een grote bereidheid de behaalde resultaten te delen, vooral met collega-organisaties. Ook schrijft ze haar resultaten te willen delen met bestaande samenwerkingspartners en nieuw daartoe aan te trekken partners. Ze noemt hierbij concrete namen. Cinetol presenteert zich nadrukkelijk als een lerende en delende (inclusieve) organisatie, die wederkerigheid en samenwerking nastreeft. Daarnaast is de organisatie van plan een documentaire over Cinetol te laten maken door broedplaatsbewoners die werkzaam zijn in de filmwereld. Daarin komen de geschiedenis, de ontwikkeling en de toekomst van het gebouw, de broedplaats en het podium aan de orde. Ook komt er mogelijk een vlogreeks om de kennis te delen. De commissie vindt dit bij de doelgroep passende middelen.

Conclusie

Op basis van de beoordeling van de afzonderlijke criteria is de commissie van mening dat het ontwikkelplan van Cinetol van (ten minste) voldoende kwaliteit is. Zij adviseert daarom om ook het ondernemingsplan te beoordelen.

Beoordeling ondernemingsplan

Artistieke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als zwak.

De commissie vindt dat Cinetol geen heldere artistiek-inhoudelijke lijn aanbrengt in de vele disciplines en programmaonderdelen die worden geboden, waardoor Cinetol geen duidelijk profiel en signatuur heeft. Het programma wordt samengesteld vanuit de persoonlijke voorkeuren van de leden van de broedplaats Cinetol. Hieruit spreekt enerzijds een bepaalde openheid; binnen het opgebouwde netwerk kunnen alle betrokkenen programmalijnen en concepten inbrengen en op die manier ontstaat een vorm van co-programmering waaruit nieuwe ideeën kunnen voorkomen. De commissie meent echter dat een dergelijke werkwijze gebaat is bij een stevige overkoepelende visie om de inhoud en de kwaliteit te bewaken. Volgens het plan bewaakt de artistiek directeur deze artistieke koers, maar de commissie ziet dit onvoldoende terug in de programmering.

Binnen een aantal series van Cinetol, op het gebied van literatuur, muziek en film, ziet de commissie wel dat gedacht wordt aan het ontwikkelen van een inhoudelijke programmalijn. Maar ook deze keuzes zijn volgens de commissie te weinig gebaseerd op een artistiek-inhoudelijke visie. Ook wordt uit het plan niet duidelijk hoe Cinetol zich met haar aanbod onderscheidt opzichte van andere podiumplekken in de stad.

Over de kwaliteit van de afzonderlijke artiesten die bij Cinetol optreden is de commissie over het algemeen positief. De commissie mist echter, door onervarenheid van de organisatie, vakmanschap in de wijze waarop Cinetol gaat programmeren. De programmering komt coöperatief tot stand in een samenwerking tussen jonge makers en uitvoerders uit verschillende disciplines en de medewerkers en vrijwilligers van de organisatie. Deze jonge makers en uitvoerders zijn volgens Cinetol startende professionals in een bepaald vakgebied en ook Cinetol zelf heeft nog geen programmerende ervaring als cultuurpodium.

Cinetol heeft zich in korte tijd een positie als culturele broedplaats verworven, vooral voor een jong publiek dat van elders naar deze plek wordt getrokken. Met name het café fungeert als belangrijke ontmoetingsplek. Minder zeggingskracht heeft de programmering volgens de commissie voor publiek in de cultureel diverse wijk waar Cinetol is gevestigd, terwijl de aanvrager in het plan aangeeft een duidelijk cultuurcluster van betekenis te willen zijn voor de wijk.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als onvoldoende.

De organisatie is in zakelijk opzicht nog onervaren. Haar zelfkritische houding jegens het eigen functioneren vindt de commissie sterk en uit het plan spreekt ondernemingszin, maar de commissie krijgt uit het plan de indruk dat de organisatie de zakelijke kant nog niet onder controle heeft.

De begroting is bescheiden; Cinetol verwezenlijkt haar programmering met een beperkt budget. Cinetol zoekt daarbij naar diverse verbindingen met partners om een mix van inkomstenbronnen te realiseren. Deze inkomstenbronnen specificeert ze echter niet.

De commissie signaleert dat de financiële situatie die uit de aanvraag spreekt zorgelijk is; het eigen vermogen is negatief en dit is in 2015 nog verergerd. Daarbij ziet de commissie enkele zakelijke risico’s. De Tolbar wordt uitgebaat door een van de leden van de broedplaats. Van de opbrengst wordt een percentage afgedragen aan Cinetol, maar het is niet duidelijk hoeveel dat is. Ook is de huurprijs van de Tolbar niet duidelijk en zijn er nog veel onzekerheden over de huisvestingslasten; hierover vinden nog gesprekken plaats met Bureau Broedplaatsen en met Gebouwbeheer van de gemeente. De financiële situatie heeft te lijden onder een aantal vroegere leningen die nog moeten worden afbetaald. Het baart de commissie in dit licht ook zorgen dat het plan vermeldt dat terugbetaling van de crowdfunding-investeringen voor de organisatie lastig zal zijn. De commissie kan vanuit de zwakke financiële situatie niet concluderen of een subsidie daadwerkelijk ten goede komt aan de voorgenomen activiteiten. De commissie krijgt uit het voorliggende plan te weinig vertrouwen dat de organisatie over de expertise beschikt om de komende periode de financiële situatie op orde te krijgen, zeker ten aanzien van de nieuwe ambitie om uit te groeien tot volwaardig cultuurpodium.

Cinetol werkt volgens de Governance Code Cultuur. Cinetol heeft gekozen voor het toepassen van het bestuursmodel voor kleine organisaties en geeft in het plan aan dat het bestuur ‘op afstand’ staat en het feitelijk werk wordt gedaan door de directie, de uitvoerders die de stichting hebben opgericht. Cinetol geeft in haar plan aan dat het bestuur als klankbord fungeert, maar uit de plannen komt niet naar voren hoe het bestuur grip houdt op de zakelijke kant van Cinetol. Zeker gezien de zakelijke problematiek wijst de commissie op het belang van een sterkere rol van het bestuur.

Publieksbereik

De commissie beoordeelt het publieksbereik als voldoende.

Cinetol geeft duidelijk aan op welke publieksgroepen ze zich wil richten. De organisatie kiest bewust voor een ‘young urban’ publiek. Dat zijn overwegend studenten of jonge professionals in de culturele sector, waartoe de bewoners van de broedplaats ook behoren. Deze doelgroep sluit logisch aan op de aard en omvang van haar huidige activiteiten. De wijk waar het podium is gevestigd is echter zeer cultureel divers en de commissie vindt het een gemis dat de huidige programmering daar weinig op aansluit. Dat maakt de positie van Cinetol als cultuurcluster voor de bewoners in de wijk kwetsbaar.

De organisatie geeft immers zelf in haar plan aan dat ze wil werken aan culturele diversiteit in zowel haar publiek als in haar programmering, en dat ze een belangrijke functie in de wijk wil vervullen. Zij doet daartoe pogingen door ook urban culture en hiphop te programmeren en door buurtactiviteiten te organiseren, maar de commissie mist nog een bredere visie op wat een cultureel diverse programmering inhoudt. De plannen om de buurt erbij te betrekken en daar een programma voor te bedenken, zijn nog weinig concreet uitgewerkt.

Voor het bereiken van nieuwe publieksgroepen richt de organisatie zich nu op de netwerken van degenen in de broedplaats die programmeren. Ook zij hebben geen aantoonbare netwerken in de buurt. De commissie is van mening dat er zeker nog een grote publieksgroep te winnen valt in de eigen wijk.

De marketinginstrumenten die Cinetol beschrijft zijn beperkt. Wel is duidelijk dat de organisatie investeert in professionalisering op het terrein van marketing en daarvoor een adviseur wil inzetten. Hierbij staat samenwerking centraal, zowel binnen Cinetol zelf als daarbuiten, zoals met Amsterdam Alternative en Cultuur Cluster Asscher.

Aansluiting ondernemingsplan op ontwikkelplan

De commissie beoordeelt de mate waarin het ondernemingsplan aansluit op het ontwikkelplan als onvoldoende.

Het ondernemingsplan maakt onvoldoende inzichtelijk hoe de inspanningen uit het ontwikkelplan bijdragen aan de tweejarige doelstellingen van de organisatie. Gezien de financiële situatie van de organisatie en de geformuleerde problemen op zakelijk vlak is er een duidelijke noodzaak om de organisatie op dit terrein stevig te ontwikkelen. De commissie ziet in het ontwikkelplan onvoldoende terug hoe de organisatie hier aandacht aan gaat besteden. De commissie vindt de manier waarop Cinetol zelf haar interne vraagstukken op zakelijk vlak wil aanpakken, naast coaching en advies van buiten, niet overtuigend.  

De positionering van de organisatie in de stad, specifiek in de buurt waar ze is gevestigd, verdient volgens de commissie meer aandacht.

Bijdrage aan de veelzijdigheid van het cultuuraanbod in de stad

De commissie beoordeelt de bijdrage aan de veelzijdigheid van het cultuuraanbod in de stad als voldoende.

De commissie constateert dat er naast Cinetol weinig vierjarig ondersteunde organisaties in het Amsterdamse Kunstenplan zijn die zich onderscheiden als presenterend buurtpodium, met een programmering op het gebied van muziek, film, literatuur en kunst. Cinetol onderscheidt zich echter niet sterk door afstemming van de programmering op de bewoners in de Diamantbuurt.

Conclusie

Voor de eindafweging worden de totale beoordelingen van het ontwikkelplan en ondernemingsplan bij elkaar opgeteld. Op basis hiervan adviseert de commissie de aanvraag van Stichting Kunst & Cultuurhuis Cinetol niet te honoreren.

Commissie en adviseurs

De aanvraag is beoordeeld door de adviescommissie Podiumkunsten & Letteren.