Adriana Knouf
Adriana Knouf is werkzaam als xenoloog, als kunstenaar-wetenschapper-schrijver-ontwerper-ingenieur. Ze houdt zich bezig met onderwerpen zoals kunst met levende materialen, ruimtekunst, satellieten, radiotransmissies, niet-menselijke ontmoetingen, dronevluchten, queer en trans toekomsten, machine learning, de stem, en papier maken. Adriana is auteur van o.a. How Noise Matters to Finance (2016). Ze is Founding Facilitator van het tranxxeno lab, een nomadisch laboratorium voor artistic research dat de verstrengeling tussen trans en xeno entiteiten bevordert.
Adriana heeft een PhD in informatiewetenschappen van Cornell University, een MS in Media Arts and Sciences van Massachusetts Institute of Technology, en een BS van de California Institute of Technology. Ze is geselecteerd voor een aantal prestigieuze residencies, waaronder de Biofriction residency bij Kapelica Gallery en Kersnikova Instituut in Ljubljana; participatie in Field Notes gesteund door de Bioart Society, Helsinki; en een project bij de Wave Arm in Acra, NY. Haar onderzoek is gefinancierd door beurzen van de Mellon Foundation en de American Council of Learned Societies (ACLS). Eerder werk is onderscheiden met een aantal prijzen, waaronder als winnaar van The Lake’s Works for Radio #4 (2020), de Leonardo Abstracts Service (LABS) voor haar dissertatie (2013) en masterscriptie (2008), de memefest Award of Distinction (2008) en een transmediale “Online Highlight” (2009). Ze heeft haar onderzoek en projecten gepresenteerd op nationale, internationale en extraterrestiale festivals; conferenties en locaties zoals het International Space Station (ISS); transmediale (DE); FILE (BR); Piksel (NO); ISEA (SG, CA); National Museum for Contemporary Art (GR); DIY Citizenship (CA); TEI (JP); CHI; CAA; Tuning Speculation; the Society for Literature, Science and Art (SLSA); en de Society fort he Social Studies of Science (4S). Daarnaast is haar werk besproken in print en online media, waaronder Makery.info, Motherboard, The Creator’s Project, ID Magazine, the Boston Globe, CNN, Slashdot en Afterimage.