Tolhuistuin

Podia
Aangevraagd: € 785.000
Toegekend: € 0

Inleiding

Tolhuistuin is een cultuurhuis in Amsterdam-Noord. Het is een paviljoen met verschillende zalen, een broedplaats voor dertig culturele organisaties en een tuin, die ook gebruikt wordt voor of onderdeel is van activiteiten. Kunst en cultuur bij Tolhuistuin gaat ‘over wie we willen zijn, over hoe we willen samenleven en welke toekomst we met elkaar willen’. Tolhuistuin geeft aan dat in een tijd van grote maatschappelijke veranderingen dit soort plekken nodig zijn: verandering vraagt om ruimte. Tolhuistuin zelf, een combinatie van buiten en binnen, vormt de leidraad voor de organisatie. Zijn geschiedenis, van stadspark tot onderzoekslab van de fossiele industrie, is daarvoor de inspiratie. Amsterdam-Noord, het snelst groeiende stadsdeel van de stad, is het speelveld.

Bij Tolhuistuin vinden alle kunstvormen een plek. Programma’s maakt de organisatie met een selectie van programmapartners. Door de combinatie van deze programmaaanpak, de locatie en het werken met de partners die in het pand zitten (huisgenoten) is Tolhuistuin ook een ontwikkelplek voor makers, publiek en nieuwe initiatieven. In de afgelopen periode zegt Tolhuistuin haar bereik te hebben verdubbeld met een nieuwe inhoudelijke koers, sterke samenwerkingsverbanden en ruimte voor experiment en ontwikkeling. 

In 2025-2028 bouwt Tolhuistuin verder op deze werkwijze, met een maatschappelijke signatuur en een focus op Noord. Binnen de publiekspresentaties presenteert Tolhuistuin een breed aanbod van muziek, theater, programmareeksen en festivals, waarbij participatie een grote rol speelt. Zo voorziet Tolhuistuin met jamsessies, rollerskate disco’s, repair cafés en markten in een behoefte van het publiek aan interactieve programma’s. Ook organiseert Tolhuistuin educatieve activiteiten voor kinderen, jongeren en volwassenen, variërend van kinderchocoladeschool tot podcastacademie. Tolhuistuin wil ook de komende periode een ontwikkelplek blijven voor talentvolle makers van nagenoeg alle kunstdisciplines en voor innovatieve initiatieven op het snijvlak van kunst en maatschappij.

Tolhuistuin ontvangt een vierjarige subsidie 2021-2024 binnen het Kunstenplan van € 582.653 per jaar (incl. indexatie 2024).

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 785.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als zwak.

De commissie vindt dat de artistieke eigenheid van Tolhuistuin in het plan niet sterk naar voren komt en dat een doelgerichte artistieke signatuur ontbreekt. Tolhuistuin geeft aan dat het een breed publiek (van makers tot stadsdeelbewoners) de ruimte wil geven om via kunst en cultuur mee te bouwen aan een duurzame, rechtvaardige en voorspoedige samenleving, waarbij maatschappelijke vraagstukken in het algemeen en het klimaatvraagstuk in het bijzonder centraal staan. De commissie is van mening dat dit een signatuur is die kansen biedt, maar dat deze in het plan te weinig onderbouwd wordt en niet tot logische keuzes voor de programmering leidt. De metafoor die Tolhuistuin heeft gekozen – het woekert in Tolhuistuin –, waarbij veel verschillende dingen tegelijk kunnen gebeuren, geeft volgens de commissie te weinig houvast voor de artistieke signatuur. Daardoor ziet de commissie geen duidelijke kaders om te cureren, te selecteren en te programmeren. 

De verschillende activiteiten die Tolhuistuin ontplooit komen op drie manieren tot stand: samenwerkingen met één of meer van de dertig huisgenoten, programma’s op eigen initiatief (vrijwel altijd ook met partners), en programma’s op initiatief van programmapartners die Tolhuistuin benaderen. 

Tolhuistuin is curator voor zijn huisgenoten, die als voorwaarde meekrijgen dat ze bijdragen aan het publieksprogramma. De wijze waarop Tolhuistuin de rol als curator invult wordt echter niet duidelijk uit het plan. Tolhuistuin kiest voor organisaties zoals Paradiso, LFMC, Lijm-lab, Read My World en Fawaka Ondernemersschool. Maar de selectiecriteria op basis waarvan de huisgenoten worden gekozen, vindt de commissie vrij algemeen: diversiteit in discipline, verbinding met Noord en artistieke ervaring. Hoe vervolgens de programmabijdragen van deze huisgenoten tot stand komen en wat de curerende rol van Tolhuistuin bij de totstandkoming van het programma is, is niet duidelijk. Deze manier van werken is voor de commissie van invloed op de beoordeling van de aanvraag. De partners zijn van invloed op organisatie, programma en publiek, maar het is voor de commissie niet transparant wat daarin de rol van Tolhuistuin zelf is. Tolhuistuin leunt voor de programmering sterk op haar samenwerkingspartners. Ook dat kan een interessant programma opleveren, maar het is voor de commissie dan wel belangrijk om te weten in welke mate Tolhuistuin grip heeft op de artistieke signatuur van het geheel, waarvoor zij aanvraagt. Dat maakt het plan niet goed duidelijk. De commissie ziet wel dat in een deel van de programmering de artistieke visie van Tolhuistuin terug te zien is, maar dat die in een ander deel van de programmering niet tot uitdrukking komt. 

Een cultuurpodium in het hart van de stad, dat zich richt op culturele programma's die raken aan maatschappelijke vraagstukken, met in het bijzonder aandacht voor het klimaatvraagstuk, vindt de commissie een logische ontwikkeling van Tolhuistuin. Een project als We Are Warming Up, een meerdaags programma over

klimaatrechtvaardigheid in samenwerking met Impact Makers, past daar volgens de commissie goed bij. Toch constateert ze dat deze ontwikkeling in het plan nog niet helemaal is uitgekristalliseerd. In het programma leest de commissie een brede opsomming vanuit een breed palet van maatschappelijke vraagstukken. Zo bevraagt Tolhuistuin samen met Bureau Burgerberaad de democratie, zijn er programma’s rondom  LHBTQIA+ rechten en vrouwenrechten, en diversiteit en inclusie. De genoemde aandacht voor het klimaatvraagstuk komt voor de commissie daarmee niet overtuigend tot zijn recht.

Tolhuistuin wil een breed publiek ruimte geven om via kunst en cultuur mee te bouwen aan een duurzame, rechtvaardige en voorspoedige samenleving. De commissie had echter meer willen lezen hoe het publiek hiertoe wordt aangezet met het programma. In het programma herkent de commissie dat Tolhuistuin samen met zijn partners een breed publiek op de been kan brengen. Ze ziet dat het voornamelijk de programmapartners en huisgenoten zijn die een specifieke doelgroep weten aan te spreken met hun activiteiten. De commissie vindt echter dat met het geheel aan activiteiten, exposities en onderzoek dat telkens voor een andere doelgroep aansprekend is, je als bezoeker niet bij voorbaat weet waar je bij een bezoek aan Tolhuistuin aan toe bent en dat de artistieke signatuur van Tolhuistuin niet per se herkenbaar is. De vele activiteiten van Tolhuistuin, al dan niet zelf geïnitieerd, hebben evenzo vele vormen, stijlen en manieren van presenteren, zoals de concerten in de zaal, live muziek in de tuin, debatten zoals FMNST Talks, nachtfeesten van onder meer Special Social Club, de kunstroute in en om het pand, festivals, boeken- en platenmarkten, kledingruils en de podcastwerkplaats. ‘Tolhuistuin heeft voor iedere bezoeker een eigen betekenis’, aldus de organisatie zelf. 

Het is voor de commissie wel duidelijk hoe Tolhuistuin zijn rol in Noord ziet en wat ze teweeg wil brengen in de omgeving; Amsterdam-Noord is met vele burgerinitiatieven het speelveld van de organisatie, waar ze ook haar inspiratie uit put. Noord is Nederland in het klein, met dezelfde uitgagingen die de grote vragen van deze tijd weerspiegelen. Tolhuistuin wil daar een antwoord op bieden. De commissie ziet deze reflectie van Tolhuistuin op het stadsdeel deels terug in de activiteiten, vooral die waar burgerinitiatieven bij betrokken zijn, maar ziet dat die in bijvoorbeeld de muziekprogrammering en de ontwikkelplek voor nieuwe makers naar de achtergrond verdwijnt.

Tolhuistuin vermeldt dat het belangrijk te vinden dat publiek of deelnemers meedoen. Dat uit zich in programma’s als Rollerskate Jams, vocal circles van Musicians Without Borders (samen zingen voor verandering in conflictgebieden), socratische gesprekken met Puck van Dijk, Art Roots (breed toegankelijke jamsessies) en Repair Café (leren om spullen re repareren). De artistieke betekenis voor bezoekers en deelnemers vindt de commissie aannemelijk, maar ze ziet nog niet hoe hiermee de bewoners uit Noord nadrukkelijk worden bereikt. Het artistieke belang voor de buurt vindt de commissie daardoor nu nog niet in alle opzichten overtuigend.

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als voldoende.

Tolhuistuin bereikt het merendeel van zijn bezoekers in het eigen huis. Tolhuistuin bereikt zijn publiek via de eigen programma’s en via de programma’s van huisgenoten en partners. Tolhuistuin noemt in het plan drie doelgroepen: een divers en inclusief publiek (mensen met een biculturele achtergrond en/of uit de LHBTQIA+ gemeenschap en/of met een lichamelijke of geestelijke beperking), het zeer divers samengestelde publiek uit Amsterdam-Noord en die tweede doelgroep overlapt naar eigen zeggen met de derde doelgroep ‘jong publiek uit Amsterdam (achttien tot dertig jaar)’.  Tolhuistuin geeft aan dat door de sterk uiteenlopende activiteiten en de brede doelgroep waar het zich op richt een sterke merkidentiteit nodig is voor een heldere communicatie. De commissie constateert dat Tolhuistuin daarop heeft ingezet en is positief over de ontwikkeling van deze eenduidige communicatie, waardoor Paradiso Noord nu ook Tolhuistuin heet. De algemene communicatieaanpak bestaat uit de eigen website, sociale media, nieuwsbrieven, posters en flyers, inzet op ‘earned media’ en ‘on site’ communicatie (dus in Tolhuistuin zelf). Het plan specificeert echter niet welke middelen voor welke programma’s en voor welke doelgroepen worden ingezet. Omdat het publiek een net zo diverse samenstelling kent als het programma, vindt de commissie dat eveneens een meer gespecificeerde doelgroepgerichte aanpak voor de hand zou liggen, naast de overkoepelende marketingaanpak. 

Tolhuistuin heeft wel een rijk netwerk van programmapartners en huisgenoten, maatschappelijke organisaties, scholen en opleidingen en artistieke samenwerkingen. Deze kunnen bijdragen aan het bereiken van publiek, aldus de commissie. 

De organisatie schrijft dat ze via publieksonderzoek een beter beeld wil krijgen van de doelgroepen die ze momenteel in huis heeft. Dat vindt de commissie positief, omdat dat ook een beter beeld geeft op de doelgroep in Noord die Tolhuistuin op dit moment bereikt en waar de hiaten zitten.

Tolhuistuin wil in de komende periode haar bereik vergroten ten opzichte van voorgaande periode. De commissie constateert dat er de afgelopen jaren een groei zit in de bezoekersaantallen, maar vindt de schaalsprong in het bereik groot. Temeer daar commissie de doelgroepen en de aanpak voor het betrekken en bereiken van de doelgroepen te generiek beschreven vindt. Ze vindt de visie op het bereik daarom niet overtuigend. 

Tolhuistuin organiseert al haar activiteiten en bereikt al haar bezoekers in Noord. De commissie is van mening dat Tolhuistuin daarmee sterk bijdraagt aan de spreiding van het cultuuraanbod en publiek in dat stadsdeel. 

Het is duidelijk dat Tolhuistuin zich wil inzetten om bezoekers, deelnemers, makers en partners uit Amsterdam-Noord te trekken. De open houding naar het snelst groeiende stadsdeel van Amsterdam en de reflectie op de demografie van dit stadsdeel zijn positief, aldus de commissie. Het publiek in Noord is welkom in het clubhuis voor Noord, zoals Tolhuistuin zichzelf noemt in het plan. De samenwerking met partners uit Noord en burgerinitiatieven wijzen op draagvlak in het stadsdeel. Tolhuistuin biedt bijvoorbeeld ruimte aan grassroots initiatieven uit de buurt zoals Art Roots Open Sessions, Solid Ground Movement, Open Oscillator, Repair Café, DocMakers en Colourful Noord. De commissie is ervan overtuigd dat deze partners helpen om de beoogde doelgroepen in Noord te bereiken, en zelf ook een deel van de doelgroep meebrengen. Ook de kennis over de beoogde doelgroepen (en daarbinnen speciale community’s) wordt naar eigen zeggen van Tolhuistuin vergroot door de inhoudelijke samenwerking met vele partners. De commissie mist daarbij wel van Tolhuistuin zelf een gerichte marketingaanpak of outreach methode voor het bereiken van het publiek in Noord. De commissie ziet bijvoorbeeld wel dat Tolhuistuin de sociaal-economische toegankelijkheid wil verbeteren met bijvoorbeeld gratis toegankelijke programma’s, gratis water op tafel en kinderactiviteiten, maar dat betekent volgens de commissie nog niet vanzelfsprekend dat daarmee publiek ook daadwerkelijk bereikt worden.  De commissie leest dat de activiteiten die op de buurt gericht zijn, die vallen onder wat

Tolhuistuin het Clubhuis voor Noord noemt, minder passen bij de missie van Tolhuistuin en dat de focus hierbij ook minder op kunst en cultuur ligt. Het gaat bijvoorbeeld om yogalessen en verhuuractiviteiten in de tuin. Binnen de participatie en community onderdelen ziet de commissie ook een aantal specifieke activiteiten gericht op bewoners en ondernemers van Noord, zoals boekenmarkten, kledingmarkten en het Repair Café. De commissie vindt echter daarmee niet overtuigend dat de publiekspresentaties en festivals die Tolhuistuin vanuit haar artistieke missie programmeert, in inhoud en thematiek óók op aansluiting en draagvlak bij de bewoners kunnen rekenen, of hoe Tolhuistuin zich inzet om inzicht te krijgen in de behoeften van de bewoners in relatie tot die programma’s. De commissie ziet geen marketingaanpak of outreach methode terug in het plan, specifiek gericht op bewoners in Noord.

Diversiteit & Inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zwak.

Tolhuistuin stelt diversiteit en inclusie als wezenlijk onderdeel van de programmering en voorwaardelijk voor de stabiliteit en de kracht van wat het doet. Dat vindt de commissie een lovenswaardig uitgangspunt, maar ze leest hierin nog geen heldere visie terug. In afgelopen periode was Tolhuistuin gericht op zowel het bereiken van publiek met biculturele achtergrond, diversiteit op het gebied van gender en seksualiteit, als toegankelijkheid voor mensen met een beperking en sociaaleconomische kansengelijkheid, al is voor de commissie niet duidelijk wat daar concreet in is bereikt.

De laatste jaren heeft Tolhuistuin ingezet op een meerstemmig aanbod en het bereiken van nieuwe doelgroepen, met name door nieuwe partners aan zich te binden; zo heeft Tolhuistuin onder meer creatief collectief LFMC kunnen verwelkomen, Special Social Club (voor feesten en bijeenkomsten voor mensen met en zonder beperking) en de Fawaka Ondernemersschool die kinderen en jongeren laat kennismaken met duurzaam ondernemen. Tolhuistuin steunt daarmee grotendeels op de huisgenoten en samenwerkingspartners voor wat ten aanzien van diversiteit en inclusie is bereikt.  De commissie waardeert de aandacht die Tolhuistuin heeft voor de toegankelijkheid van bezoekers met een beperking. Op het gebied van toegankelijkheid is er de afgelopen jaren veel gebeurd. Het terrein voldoet aan de wettelijke vereisten voor toegankelijkheid van andersvaliden, in de verschillende publiekszalen in het Paviljoen en in het restaurant zijn rolstoelplekken aanwezig en er zijn rolstoelvriendelijke toiletten en een lift in het gebouw. In 2024 komen rolstoeltoegankelijke toiletten in de tuin en in het paviljoen wordt een deel van de toiletten genderneutraal. 

Bij vacatures in team en bestuur heeft Tolhuistuin de afgelopen jaren diversiteit als criterium meegenomen in de keuze voor nieuwe kandidaten. Zowel voor het bestuur als voor het personeel geldt dat zij het belang van meer culturele diversiteit dusdanig groot vinden, dat langere tijd functies onbemand blijven om de zoektocht naar meer diversiteit te laten slagen. Tolhuistuin geeft aan dat het de afgelopen jaren is gelukt om zowel aan het team als aan het bestuur mensen toe te voegen die zorgen voor meer inhoudelijke en culturele diversiteit. Intern zijn er jaarlijks trainingen op het gebied van diversiteit en inclusie. 

Tolhuistuin stelt zichzelf ten doel dat 33 procent van de programma’s gericht is op het vergroten van de diverse samenstelling van het publiek. De commissie ziet echter geen concrete doelstelling verwoord wat dit ten aanzien van het diversifiëren van het publiek op moet leveren. Op het gebied van diversiteit en inclusie ten aanzien van de organisatie ontbreekt een doelstelling. 

Tolhuistuin laat in het plan maar deels een aanpak op diversiteit en inclusie voor de komende periode zien. Wat het programma betreft geeft Tolhuistuin aan dat het de komende jaren actief verbinding zoekt met programmapartners, die doelgroepen betrekken die niet altijd een weg vinden naar een cultuurpodium of die een platform bieden aan stemmen en partijen die minder goed worden gehoord. De partners die de organisatie de laatste jaren aan zich verbonden heeft, geven de commissie het vertrouwen dat Tolhuistuin ook in de komende periode nieuwe partners aan zich zal binden die bijdragen aan een divers aanbod. Tolhuistuin zoekt daarbij naar partners die programma’s kunnen bieden rondom  LHBTQIA+ rechten, vrouwenrechten en diversiteit en inclusie. 

Bij elke komende uitbreiding van het team blijft culturele diversiteit een belangrijk criterium voor Tolhuistuin. De aanpak voor het vergroten van de diversiteit van het team blijft hetzelfde: inclusief werven (ook hier geeft Tolhuistuin de partners een rol) en bij een niet gewenste uitkomst de functie langere tijd onbemand laten. Tolhuistuin benoemt geen doelstellingen wat betreft aantallen medewerkers met een diverse achtergrond en de commissie heeft geen zicht op de huidige diversiteit van het team. Daarom is de commissie kritisch over deze aanpak. 

Los van het werken met partners maakt Tolhuistuin de aanpak op het gebied van een divers en inclusief publiek weinig concreet. Dat vindt de commissie een gemis. De commissie vindt het wel positief dat veel programma’s gratis of via de Stadspas tegen lage tarieven te bezoeken zijn en dat eveneens bij veel programma’s gratis water op tafel staat, zodat mensen zich niet verplicht voelen een consumptie te nemen. Daarmee heeft Tolhuistuin oog voor sociaal-economische kansengelijkheid.

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende.

De commissie is van mening dat uit het plan geen sterk uitgewerkte visie op de bedrijfsvoering spreekt. De afgelopen jaren heeft de organisatie een professionaliseringslag gemaakt. Er is geïnvesteerd in het stroomlijnen van werkprocessen. Zowel de programmeur, zakelijk leider als marketeer hebben opleidingen gevolgd. Tolhuistuin heeft de afgelopen jaren gewerkt met een kernteam van vijf fte, maar dat bleek te klein om personele wisselingen, ziekteverzuim en zwangerschapsverlof het hoofd te bieden. De commissie vindt het positief dat Tolhuistuin heeft ingegrepen door tijdelijke uitbreiding (uit reserves) te realiseren. De belangrijkste stap die volgt uit de afgelopen periode is het verduurzamen van deze structurele uitbreiding, wat deels terug te zien is in het aangevraagde bedrag. Tolhuistuin geeft, behalve de groei van vijf fte naar acht fte, echter te summier aan hoe de organisatie er in de komende periode uit gaat zien. Het is de commissie niet duidelijk hoe de organisatie is opgebouwd. De commissie ziet bijvoorbeeld namelijk niet welke functies er door wie ingekleed zijn en met welke taken en verantwoordelijkheden.

Positief vindt de commissie dat Tolhuistuin werkt aan een veilig en sterk teamgevoel, door gezamenlijk te lunchen op kosten van de stichting en persoonlijk welzijn bespreekbaar te maken. Tolhuistuin maakt scholingsbudget en tijd vrij voor verdere ontwikkeling van medewerkers. Daarnaast onderschrijft de organisatie de Governance Code Cultuur. En hoewel enkele afspraken in het plan staan beschreven (zes vergaderingen, bestuur heeft contact met medewerkers en heeft een duidelijke taakverdeling en portefeuilles), is het voor de commissie niet duidelijk wat het werken met de code daadwerkelijk voor de organisatie betekent in de komende periode. Wel vindt ze positief dat in afgelopen periode de statuten zijn herzien en de bestuurs- en directiereglementen zijn geactualiseerd.

Tolhuistuin onderschrijft de uitgangspunten van de Fair Practice Code en gaat in het plan met name in op fair pay. De commissie constateert dat Tolhuistuin zich inzet voor een duurzaam gebouw en de duurzame productie van communicatiemiddelen wordt genoemd. De commissie leest te weinig terug hoe Tolhuistuin transparantie in afspraken in de samenwerking met de vele partners betracht, dit vindt de commissie in het werken met zo veel partners onontbeerlijk. Tolhuistuin volgt de cao Nederlandse Podia, voor zowel medewerkers als freelancers. Op het gebied van sociale veiligheid is er een omgangsvormenbeleid en klachtenprocedure opgesteld voor medewerkers en is er een externe vertrouwenspersoon aangesteld. 

Positief is de commissie ook over de sociale veiligheid voor de bezoekers die Tolhuistuin nastreeft, met name rond concerten en de clubnachten. Tijdens deze evenementen zijn er meldpunten voor bezoekers en is het personeel van THT Horeca B.V. erop getraind om signalen van onveilige situaties te herkennen en er adequaat op te reageren. 

Tolhuistuin beschrijft drie risico’s voor de bedrijfsvoering komende periode. De commissie mist bij alle beschreven risico’s de beheersmaatregelen. Ten eerste is er de hernieuwde samenwerking met THT Horeca B.V. In afgelopen periode zijn nieuwe afspraken met THT Horeca B.V. gemaakt waarin de rolverdeling beter is vastgelegd. Voor de lopende periode heeft Tolhuistuin vertrouwen in gunstige nieuwe afspraken, die op het moment van indienen van de aanvraag echter nog niet bekend waren. De huidige samenwerkingsconstructie met THT Horeca B.V. kan wel onder druk komen te staan door een aangepast huurcontract dat THT Horeca B.V. afsluit met Gemeentelijk Vastgoed. Ten tweede zijn de kosten voor de bouw of grondige renovatie van het Tuinhuis – met een capaciteit van honderd personen – nog niet in kaart gebracht. Tolhuistuin noemt zelf de onzekerder toekomst, vanwege een verhoging van de BTW op de podiumkunsten en eventuele extra overheidsbezuinigingen op subsidies. Dit kan direct effect hebben op de subsidiemogelijkheden van Tolhuistuin, maar ook die van de programmapartners van wie Tolhuistuin in grote mate afhankelijk is voor de invulling van onze programmering. De commissie leest niet welke prioriteiten Tolhuistuin in dat geval stelt.

De commissie vindt het plan deels realistisch en uitvoerbaar op zowel organisatorisch als financieel vlak. Tolhuistuin geeft in het plan aan dat er de afgelopen jaren met te weinig mensen te veel is gedaan en dat het met deze aanvraag de tijdelijke personeelsuitbreiding structureel wil maken. Gezien het grote aantal activiteiten vindt de commissie dat passend, maar ze constateert ook dat Tolhuistuin hier beter op had kunnen reflecteren. De commissie krijgt uit het plan namelijk geen duidelijk beeld van de taken en rollen van de teamleden en is daardoor niet overtuigd van de balans tussen het totaal aantal activiteiten en de organisatie. Ook zijn de organisatorische afspraken met huurders en partners niet duidelijk. Hierin ziet de commissie een kwetsbaarheid. 

De begroting is op grote lijnen realistisch en laat zien dat de organisatie inzet op passende personele lasten. Toch biedt deze voor de commissie niet op alle punten voldoende transparantie. Dat heeft met name te maken met de financiële afspraken met huurders en partners. Zo geeft Tolhuistuin aan € 75.000 aan recettes binnen te halen, waarvan een deel afvloeit naar programmapartners. De commissie ziet echter ook bijdragen van programmapartners op de begroting, waardoor de afspraken met programmapartners niet duidelijk zijn. Hierdoor krijgt de commissie geen volledig zicht op de financiële realiteit en uitvoerbaarheid van het plan. 

De financieringsmix is divers met inkomstenbronnen als publieksinkomsten, inkomsten verhuur, de bijdrage van THT Horeca B.V., subsidies van Stadsdeel Noord en overige fondsen. De commissie beoordeelt de financieringsmix echter als kwetsbaar. Deze is grotendeels afhankelijk van subsidie van het AFK. Dat Tolhuistuin inzet op uitbreiding van de financieringsmix door het opzetten van een nieuw vriendennetwerk, vindt de commissie positief, maar zij merkt op dat daarover geen verdere uitwerking staat opgenomen in het plan.

Gezien de eigen vermogenspositie en liquiditeitspositie, afgaand op de balans, is Tolhuistuin in staat om grotere financiële tegenvallers op te vangen. 

Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van Tolhuistuin niet te honoreren omdat deze tien of minder punten heeft behaald. 

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Podia voor Podiumkunsten en Debat.