Stichting ZID

Theater
Aangevraagd: € 155.000
Toegekend: € 0

Inleiding

ZID Theater (hierna: ZID) is een Amsterdamse theaterorganisatie in Amsterdam-West. De organisatie produceert multidisciplinaire voorstellingen, geeft workshops en trainingen in het kader van talentontwikkeling, en biedt een podium aan ‘nieuwe makers’ met een vluchtverleden en/of migratieachtergrond. Daarnaast organiseert ZID jaarlijks het internationale en multidisciplinaire ExploreZ Festival. 

Het overkoepelende doel van ZID is om kansen te creëren en te benutten voor deze nieuwe makers en om ze een eigen platform te bieden, waarvandaan ze zich verder kunnen ontwikkelen binnen de kunst- en cultuursector. De nieuwe makers doorlopen een talentontwikkelingsprogramma met ondersteuning van zowel professionals uit het artistieke veld als uit het organisatorische veld. De verhalen van deze makers en van diverse gemeenschappen die de stad rijk is, zijn de inspiratiebron en het vertrekpunt voor de producties.

ZID heeft in de periode 2025-2028 een aantal artistieke activiteiten op het programma, waaronder trainingen voor nieuwe makers en korte solopresentaties door een selectie van nieuwe makers. Ook is ZID van plan per jaar twee kleine producties van de nieuwe makers te realiseren onder de titel: Powered by ZID. Er wordt één groepsproductie gemaakt met enkele nieuwe makers en ervaren spelers. Daarnaast organiseert ZID het jaarlijkse ExploreZ Festival en ExploreZ on Tour, waar alle producties worden vertoond. 

Stichting ZID ontving een tweejarige subsidie 2021-2022 uit de Regeling Ontwikkeling van € 65.000 in 2021 en € 90.000 in 2022.  

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 155.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als voldoende.

De commissie vindt dat de artistieke eigenheid van ZID duidelijk herkenbaar is als presentatie- en ontwikkelplek voor professionele makers die hun land van oorsprong hebben moeten achterlaten. Daarnaast wordt de signatuur van ZID bepaald door de multidisciplinariteit in de producties die worden gemaakt met een focus op onderbelichte en persoonlijke verhalen. Ook de cocreatie-werkwijze waarmee de producties tot stand komen, vindt de commissie onderscheidend. 

De commissie heeft wel kanttekeningen bij de artistieke signatuur met betrekking tot de multidisciplinariteit in de producties, zowel wat werkwijze betreft, als wat betreft de manier waarop deze werkwijze leidt tot de uiteindelijke producties. De commissie vindt de wijze waarop de begeleiding van het talent plaatsvindt namelijk te weinig uitgewerkt in het plan. Er wordt onvoldoende uitgewerkt wat die begeleiding precies inhoudt. De commissie vindt bovendien de inhoud van de artistieke selectiecriteria onvoldoende uitgewerkt. Er wordt nu in het plan benoemd dat ze worden toegepast, maar op welke gronden wordt gekozen en wat vervolgens de bijbehorende trainingen inhouden, had beter uitgewerkt mogen worden, nu krijgt de commissie hier geen goed beeld bij. Daarnaast krijgt de commissie weinig zicht op de manier waarop wordt toegewerkt naar de realisatie van producties die tot de verbeelding spreken en wat de beoogde theatertaal is die ZID wil produceren en presenteren. 

De commissie vindt de thema’s die leidraad zijn voor de producties in de komende periode, zoals De Onzichtbaren en De nieuwe familie, aansprekend en passend bij de artistieke signatuur van ZID. De commissie vindt dat ZID met het plan voor de komende periode voortbouwt op de voorgaande artistieke ontwikkeling, al had de commissie ook reflectie willen lezen op eerder artistiek werk dat is geproduceerd en hoe dit tot artistieke keuzes voor komende periode leidt.

De commissie vindt dat ZID met de activiteiten artistieke betekenis heeft voor de beoogde nieuwe makers met een vluchtverleden en/of een migratieachtergrond, en hun directe achterban, door hen een volwaardige positie in het Amsterdamse podiumkunstenlandschap te bieden. Door te werken bij ZID krijgen ze de mogelijkheid zich binnen dat podiumkunstenlandschap te ontwikkelen en te presenteren.  De commissie ziet echter nog te weinig in het plan terug hoe de eigen stem van de deelnemende makers volledig tot bloei kan komen, omdat de artistieke kern van ZID overal bij betrokken is en er niet altijd artistieke expertise van buiten wordt betrokken. Dit kan een objectieve blik op het werk van de makers in de weg kan staan, wat daardoor het risico vergroot dat de artistieke betekenis voor de deelnemende makers vermindert. 

De commissie vindt het tevens aannemelijk dat de activiteiten artistieke betekenis voor publiek kunnen hebben, naast de achterban van de betrokken makers. Bezoekers kunnen worden aangetrokken door de onconventionele speelplekken en door de aansprekende en actuele thematiek, zoals in De Onzichtbare Stad. Toch geldt ook hier dat de beoogde producties nog niet overal dramaturgisch en qua vorm voldoende zijn uitgewerkt, waardoor de commissie wel enige artistieke betekenis voor het beoogde publiek ziet, maar voor het gehele plan niet overtuigend vindt uitgewerkt wat ZID bij het publiek teweeg wil brengen. 

De commissie vindt dat ZID artistieke betekenis voor de stad heeft doordat een kwetsbare groep makers doorstroommogelijkheden wordt geboden van het Amsterdamse veld naar de kunstvakopleidingen en het speelcircuit van de stad. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als zwak.

De aard en omvang van het publieksbereik vindt de commissie passend bij de activiteiten voor komende periode en gezien de resultaten in voorgaande periode ook haalbaar. De commissie is wel van mening dat er een beperkte visie over het bereik in de stad uit het plan spreekt. 

De beoogde doelgroepen van ZID vindt de commissie waar het de deelnemers betreft voldoende helder benoemd. 

De beoogde publieksdoelgroepen vindt de commissie niet voldoende helder benoemd, want heel breed geformuleerd. Ook is in het plan niet voldoende duidelijk gemaakt wat eerder gedaan onderzoek van ZID naar het publiek heeft uitgewezen. Verder mist de commissie gevolgtrekkingen uit dit onderzoek waar het de marketingaanpak voor komende periode betreft. 

De commissie is wel positief over de voorgenomen persoonlijke benadering in de aanpak voor het bereiken en betrekken van de doelgroepen. Dit ziet zij terug in de marketingaanpak die zal leiden tot local outreach; de commissie vindt het overtuigend dat zo een deel van de beoogde doelgroepen kan worden bereikt. Er wordt daarvoor samengewerkt met passende samenwerkingspartners en stakeholders, zoals buurthuizen, scholen en overheden. 

Buiten deze local outreach ziet de commissie echter geen realistische en doelgerichte aanpak voor het vergroten van het publieksbereik terug in het plan, omdat het te weinig uitgewerkt is en heel algemeen leest. De commissie had graag wat sprekende voorbeelden van de beoogde marketingaanpak gelezen om zo een beter beeld te krijgen van de marketingstrategie. 

Ook al geeft ZID aan gevestigd te zijn op de grens van Nieuw-West, is zij in werkelijkheid binnen de grenzen van stadsdeel West gevestigd, waar ook het grootste deel van de activiteiten plaatsvindt en het publiek wordt bereikt. De commissie ziet wel dat ZID met bijvoorbeeld de locatievoorstelling De Onzichtbare Stad speellocaties in Nieuw-West en Noord op het oog heeft, maar het bereik in de stadsdelen Nieuw-West, Zuidoost en Noord is naar verhouding erg klein. De commissie leest in het plan ook geen specifieke plannen voor het bereik van deze specifieke stadsdelen; er wordt meer over de stad als geheel gesproken dan over de verschillende stadsdelen.

Diversiteit & inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zeer goed.

De commissie is positief over de visie op diversiteit en inclusie van ZID en de manier waarop ZID hier duidelijk beleid in voert. Diversiteit en inclusie is voor ZID het uitgangspunt van hun bestaan als een theaterorganisatie voor nieuwe makers met vluchtverleden en/of migratieachtergrond. Het onderwerp is zichtbaar in de werk- en denkwijze van de organisatie. De commissie stelt vast dat ZID in de voorgaande periode op het gebied van diversiteit en inclusie een goede ontwikkeling heeft doorgemaakt op het gebied van aanbod, bereik en organisatie. Zo is de representatie van interculturaliteit in het programma gewaarborgd, omdat dit het uitgangspunt is van de werkwijze van ZID. Bij ZID is er sprake van culturele diversiteit in het aanbod, bij de makers, de partners, het personeel en het publiek. De commissie vindt het positief om in het plan te lezen dat diversiteit en inclusie iets is waar het artistieke team constant mee bezig is en dat er voortdurend wordt doorgewerkt aan een actuele visie op dit gebied. ZID stelt als concrete doelstelling voor komende periode dat de samenstelling van de backoffice in de organisatie voor vijftig procent cultureel divers samengesteld blijft, waar ZID momenteel al aan voldoet. Tevens wil zij ervoor zorgen dat bicultureel talent doorstroomt in het theaterveld. Ook dat is inmiddels gerealiseerd – en blijft ook voor de verse aanwas een van de permanente ambities. 

De commissie is positief over de concrete en heldere aanpak voor diversiteit en inclusie op gebied van aanbod, bereik en organisatie. ZID zet ook de komende periode in op talentontwikkeling voor mensen met biculturele achtergrond, zoals Niger Sultana Mimi. Talent wordt geworven via samenwerkende partners. En hoewel de commissie dus eerder opmerkte dat de inhoudelijke selectiecriteria voor die werving niet helemaal duidelijk zijn, is ze ervan overtuigd dat ZID veel tijd besteedt aan het organiseren van kandidaten, omdat er steeds veel gegadigden zijn voor een talentontwikkelingstraject bij ZID. Hiervoor werkt de organisatie samen met vele relevante partners in de buurt en de stad, hetgeen aansluit bij de doestellingen op diversiteit en inclusie, zoals Huizen van de Wijk. De commissie vindt de aanpak ten aanzien van diversiteit en inclusie goed toegelicht en realistisch op basis van de expertise in huis. 

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als zwak.

De commissie ziet een bescheiden visie op de bedrijfsvoering in het plan. Hierdoor is het voor de commissie redelijk duidelijk hoe ZID de komende periode om wil gaan met mensen en middelen. Het plan schetst een helder beeld van de bedrijfsvoering van de afgelopen jaren en gaat vrij uitgebreid in op hoe ZID de coronaperiode is doorgekomen. Hieruit blijkt voor de commissie het ondernemende karakter van de organisatie. Zo vindt de commissie de inspanningen om het eigen ZID-theater en ZIDkantoor te renoveren te waarderen, waardoor het een betere omgeving is geworden om in te werken. De visie voor de komende beleidsperiode borduurt logisch voort op de voorgaande periode, waarbij de commissie ziet dat ZID voorzichtige stappen aan het zetten is om de organisatie te professionaliseren. De commissie vindt het helder dat de organisatie de eerste stappen aan het zetten is om beter te voldoen aan de Governance Code Cultuur, zoals het implementeren van reglementen voor goed werkgeverschap. Hierin is ZID transparant, maar de commissie vindt de bedrijfsvoering desondanks ook nog kwetsbaar. De organisatie wil met ingang van het nieuwe Kunstenplan volgens de Fair Practice Code werken en fair pay gaan toepassen volgens de cao Toneel en Dans 2025. ZZP’ers krijgen zestig procent opslag, wat veel meer strookt met de reële kosten. Dit inzicht getuigt volgens de commissie van bewustzijn van goed opdrachtgeverschap. De commissie vindt dat er nog stappen te maken zijn op gebied van sociale veiligheid. Er is een huishoudelijk reglement voor medewerkers in de maak en er wordt verwezen naar Mores, waar ZID bij is aangesloten. Maar de commissie ziet nu niet of er een interne of externe vertrouwenspersoon is waar de medewerkers zich kunnen melden. Ook voor de deelnemers aan (inter)nationale projecten moet nog een reglement worden opgesteld met gedragsregels, en dan met name voor coaches. Op risico’s reflecteert de organisatie niet, de commissie had willen lezen hoe de organisatie eventuele risico’s in de bedrijfsvoering opvangt.

De commissie heeft kanttekeningen bij de organisatorische haalbaarheid van het plan. De commissie vindt dat het relatief kleine team een grote schaalgrootte aan activiteiten wil realiseren. De commissie vindt dat er te weinig scherpe keuzes zijn gemaakt om het plan organisatorisch haalbaar te laten zijn, temeer omdat er weinig inzicht is gegeven in de werkwijze en taken en verantwoordelijkheden van de artistieke kern en de rest van het team. Bij de locatievoorstellingen worden diverse locaties genoemd, maar de commissie kan niet uit het plan herleiden of al die locaties ook al medewerking hebben toegezegd. Er ontbreken in ieder geval intentieverklaringen van deze locaties. 

Er is sprake van een gezond eigen vermogen, waarmee de financiële huishouding volgens de commissie nu voldoende op orde is om eventuele financiële tegenvallers op te vangen. 

De beoogde financieringsmix is divers, met publieksinkomsten, partnerbijdragen en private en publieke fondsen, waardoor risico’s worden gespreid. De commissie heeft wel kanttekeningen bij de begroting, die ze niet helder vindt toegespitst op de verschillende programmaonderdelen. De commissie kan daardoor niet goed beoordelen hoe realistisch de opgenomen baten en lasten zijn voor de talentontwikkeling en de verschillende producties. 

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Stichting ZID te honoreren met het gevraagde bedrag van € 155.000 per jaar. De commissie constateert dat er na beoordeling van alle aanvragen onvoldoende budget beschikbaar is om de aanvraag te honoreren.  

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Theater.