Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam

Woordkunst
Aangevraagd: € 294.878
Toegekend: € 294.878

Inleiding

Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam (hierna: SLAA) is de oudste literaire organisatie van Amsterdam en bestaat sinds 1982. Het is de missie van SLAA om alle Amsterdammers in contact te brengen met literatuur, en door literatuur met elkaar. SLAA zoekt de vele verhalen van de stad. De organisatie brengt literatuur buiten het boek: op een podium, in de openbare ruimte, in buurthuizen en bibliotheken; in podcasts, films en publicaties; in de eigen nieuwsbrief en op de website en sociale media. SLAA programmeert door heel Amsterdam, en werkt samen met een groot aantal culturele en maatschappelijke partners. SLAA geeft ruimte aan nieuwe schrijvers en jong talent en schuwt het experiment en interdisciplinair werken niet. 

In de periode 2025-2028 staan in de programmering drie speerpunten centraal: Universeel & maatschappelijk (het vertalen van universele thema's naar aansprekende literaire avonden, om mensen te raken en samen te brengen), Nieuwsgierig & verbindend (het publiek laten kennismaken met nieuwe schrijvers en jong talent, het literaire experiment opzoeken, nieuwe samenwerkingen aangaan) en Laagdrempelig & dichtbij (enerzijds intensievere wijkprogrammering, anderzijds voorbij het klassieke podiumprogramma gaan door middel van workshops, leesclubs en talentontwikkeling). De wijkprogrammering is in de loop der jaren geïntensiveerd en speelt ook in de periode 2025-2028 een prominente rol binnen de programmering. SLAA zal zich jaarlijks op een ander stadsdeel focussen om zo meer te kunnen wortelen en met verschillende partners samen te werken. Voor de gehele programmering gelden diversiteit en inclusie, praktische toegankelijkheid en interdisciplinariteit als focuspunten.

Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam ontvangt een vierjarige subsidie 2021-2024 binnen de A-Bis van € 319.295 per jaar (incl. indexatie 2024).

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 294.878 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als zeer goed. 

De commissie vindt de artistieke signatuur van SLAA overtuigend en herkenbaar. SLAA streeft ernaar om literatuur in de breedste zin van het woord naar alle Amsterdammers te brengen en kadert haar artistieke keuzes niet vooraf in. De stad is het uitgangspunt, met al haar literaire makers, partners en potentieel publiek. ‘Hoe we van “niet kiezen” onze kracht maken’ is onderdeel van de artistieke visie van SLAA. De commissie ziet, net als SLAA zelf, dat daar een risico in zit. Zij constateert echter dat SLAA vanuit een open houding een sterke inhoudelijke regie voert, die tegelijkertijd veel ruimte laat aan makers en partners. Deze werkwijze stelt de organisatie in staat om in de breedte een verbindende letterenpartner in de stad te zijn voor makers en andere organisaties. De eigen signatuur wordt door de commissie dan ook vooral gedefinieerd door de zorgdragende functie die de organisatie heeft. Makers en andere organisaties in de stad die programma-ideeën bij SLAA willen uitwerken kunnen er altijd aankloppen, blijkt ook uit de vele testimonials in het plan, van onder andere Samya Ghilane (acteur en schrijfster), Nadia de Vries (schrijfster), Gershwin Bonevacia (stadsdichter), Manu van Kersbergen (schrijver, presentator, uitgever, performer) en Karin van der Voort (Stadsherstel). 

De vertaling van deze signatuur naar artistieke activiteiten is volgens de commissie overtuigend. SLAA zoekt de verhalen van de stad om deze een podium te geven. Activiteiten zoals de programmareeks AMSTERDAMMERS, het literair variété Noorderwoord en de samenwerking met de stadsdichter hebben zich in het verleden ruimschoots bewezen. De commissie vindt het positief dat SLAA deze programma’s voortzet, omdat ze zich richten op verhalen uit de stad en de wijk. Daarnaast brengt ze nieuwe programmalijnen, zoals De Stad (Amsterdamse Verhalen in een podcast, stadsprogramma’s in samenwerking met stadsherstel en de online publicatie SLAAx, een presentatieplek voor nieuw talent) en De wereld in literatuur; literatuur in de wereld (actuele thema’s). Die geven de organisatie enerzijds de ruimte om flexibel en met verschillende partners en makers programma’s te maken, terwijl ze anderzijds duidelijke kaders vormen. De commissie vindt dit sterk uitgewerkt in de drie speerpunten Universeel & maatschappelijk, Nieuwsgierig & verbindend en Laagdrempelig & dichtbij. 

De commissie is positief over de vertaling van de signatuur naar de

audioprogrammering. SLAA geeft daarbij helder en overtuigend aan wat het doel is van deze programmering. Enerzijds blijkt het maken van podcasts die qua inhoud gelijk staan aan een liveprogramma (zoals Het Essay en De Poëziepodcast) een waardevolle aanvulling op de programmering. Anderzijds creëert SLAA hiermee ook een online archief, wat bijdraagt aan de verduurzaming van de programmering. De commissie vindt dat SLAA met het gebruik van deze media laat zien hoe ze inspeelt op de veranderende manieren waarop mensen verhalen consumeren, en hoe ze nieuwe vormen van literatuur omarmen.

De commissie vindt dat SLAA sterk reflecteert op de afgelopen jaren. De online (corona)programmering heeft goed gewerkt en zet ze daarom voort. Samenwerkingen in de stad zijn waardevol gebleken, dus daar zet SLAA nog meer op in. De programma’s in de wijken die aanslaan, zoals Noorderwoord en Bijlmer Boekt, gaan in het nieuwe jaar door. Nieuwe onderdelen sluiten logisch aan op pilots of bestaande programmering. Zo is de uitreiking voor het beste korte verhaal aanleiding om te onderzoeken of een korteverhalenfestival kans van slagen heeft. De programmaserie AMSTERDAMMERS vormt de basis voor de voorgestelde wijkprogrammering. De commissie vindt dat hier goed over nagedacht is en vindt het positief dat er ook ruimte is voor mislukkingen, omdat daar met goed evalueren en reflecteren veel van te leren valt. De constructief zoekende houding is volgens de commissie een van de kwaliteiten van SLAA. De lange staat van dienst onderstreept dat. 

SLAA zet literatuur in om toegankelijkheid te bevorderen, zodat iedereen mee kan doen. SLAA wil zo veel mogelijk Amsterdammers in verbinding brengen met literatuur en eigenaarschap geven over de eigen verhalen. De commissie vindt dat SLAA overtuigend beschrijft wat ze teweeg wil brengen bij haar publiek en in de wijken waarin ze programmeert. Ze vindt het ook aannemelijk dat dat lukt, omdat SLAA aangeeft goed te luisteren naar de behoeften in een bepaalde wijk of groep, open te communiceren met mensen en partijen die daarbinnen een grote rol spelen en in gezamenlijkheid met hen te programmeren. 

Door bij de totstandkoming van programma’s te werken met publiek in de wijken, zorgt SLAA volgens de commissie dat de programmering aansluit bij het beoogde publiek, de buurt of stad, en dat ze succesvol is in het presenteren van literatuur op een toegankelijke en aantrekkelijke manier. Bij elk programma denkt de organisatie na over welk publiek het wil bereiken. Zo nodigen Bonne Reijn en Alma Mathijsen in hun programma Op de Schans professionele schrijvers uit én bieden ze een open podium voor aspirant-schrijvers. Daarmee spreken zij een divers jong publiek aan. De reeks AMSTERDAMMERS, waarin een (theater)schrijver een specifieke buurt van Amsterdam verkent, de inwoners ontmoet en bijzondere verhalen verzamelt, verweeft literatuur met het alledaagse leven en de specifieke context van Amsterdamse buurten en spreekt daardoor (ook) de buurtbewoners aan. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als goed.

SLAA heeft een duidelijke visie op het bereik in de stad: ze wil alle Amsterdammers bereiken. De organisatie onderscheidt daarbinnen vier doelgroepen: literatuurliefhebbers, cultuurliefhebbers, lokale gemeenschap en auteurs/dichters/kunstenaars/artiesten. De commissie vindt de doelgroepen vrij algemeen beschreven, maar ziet ook dat SLAA goed weet welk publiek past bij de verschillende typen van activiteiten. Onder de noemer Nieuwe samenwerkingen en nieuwe stemmen richt SLAA zich als plek om te experimenteren op beginnende en verder gevorderde makers en de wereld in literatuur. Met De wereld in literatuur, literatuur in de wereld richt ze zich meestal op het doelpubliek van de partner waarmee SLAA deze programmering verzorgt. De commissie merkt wel op dat dat voor de live programmering beter is uitgewerkt dan bij de podcasts. De commissie leest niet terug in het plan of de podcasts de beoogde doelgroep daadwerkelijk bereiken en welke inspanningen SLAA daartoe levert. De commissie kan ook niet goed beoordelen of het aantal luisteraars (15.000 per jaar) hoog is, omdat het aantal podcasts niet bekend is.  Wel heeft de commissie er vertrouwen in dat de wijkaanpak zoals in het plan beschreven elke keer veel nieuw publiek zal bereiken, zeker ook omdat SLAA erkent dat elke wijk uniek is en dat de programmering per wijk zal variëren. Dit toont de flexibiliteit en bereidheid van SLAA om zich aan te passen aan de behoeften en wensen van verschillende gemeenschappen.

SLAA realiseert zich dat met de programmering nooit álle Amsterdammers bereikt kunnen worden. De commissie vindt dat getuigen van zelfinzicht en realiteitszin, maar mist in het plan een reflectie op het publiek dat niet bereikt wordt. 

Samenwerking speelt ook een cruciale rol in de marketing- en communicatieaanpak, vooral in de wijkprogrammering. SLAA werkt samen met partners die geworteld zijn in specifieke wijken, wat helpt om daar publiek te bereiken en hun programma's te promoten. De commissie vindt het positief dat SLAA doorlopend publieksonderzoek doet door bijvoorbeeld samen te werken met marketingbureau INTK, socialmediastatistieken bij te houden en na afloop van programma’s vragenlijsten uit te zetten. De commissie had graag meer over de resultaten daarvan gelezen om meer zicht te krijgen op het publiek van SLAA. De commissie vindt het aannemelijk dat SLAA met het uitbreiden van kwalitatief en kwantitatief publieksonderzoek haar kennis over het bereik vergroot. 

De commissie is van mening dat de activiteiten van SLAA bijdragen aan de spreiding van het culturele aanbod en het publieksbereik in Noord, Nieuw-West en Zuidoost, omdat ze bijna de helft van haar publiek in deze wijken bereikt. Dat doet ze de komende jaren onder meer door het voortzetten van de duurzame wijkprogrammering AMSTERDAMMERS, waarbij ze elk jaar op een ander stadsdeel focust. In 2025 richt ze zich op Noord, in 2026 op Nieuw-West en in 2027 op Zuidoost. Zoals blijkt uit het voorgaande heeft SLAA een goed netwerk in elk stadsdeel en concentreert ze zich op het opbouwen van relaties en het begrijpen van de unieke behoeften en interesses van de lokale gemeenschap. De commissie heeft er daarom alle vertrouwen in dat er draagvlak in de stadsdelen is voor de wijkgerichte activiteiten van SLAA en dat deze activiteiten haalbaar zijn.

Diversiteit & Inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als goed.

De commissie ziet in het plan een sterke visie op diversiteit en inclusie. SLAA is ervan overtuigd dat een diverse en inclusieve programmering voor alle Amsterdammers alleen tot stand kan komen wanneer de mensen met wie de organisatie samenwerkt ook een afspiegeling van Amsterdam zijn. De commissie vindt deze visie overtuigd terugkomen in het plan, omdat SLAA aannemelijk maakt dat ze in de stad op zoek gaat naar diverse en inclusieve bezoekers, deelnemers en partners. De aandacht voor diversiteit in zowel culturele achtergrond, als gender en seksuele voorkeur, sociaaleconomische gelijkheid en toegankelijkheid voor mensen met een beperking, maakt volgens de organisatie duidelijk dat SLAA een brede intersectionele visie voorstaat.  De organisatie schrijft dat het actieplan van de afgelopen jaren ervoor heeft gezorgd dat diversiteit en inclusie onderdeel zijn geworden van de manier waarop SLAA opereert en programmeert. Het bestuur is diverser dan voorheen en door diverser te werven is ook de samenstelling van het personeelsbestand (inclusief zzp’ers) verbeterd. Omdat ook de overige doelstellingen van de afgelopen jaren zijn behaald, vindt de commissie het aannemelijk dat de organisatie ook de komende kunstenplanperiode stappen neemt op het gebied van diversiteit en inclusie.  De commissie constateert dat het plan laat zien dat SLAA onderbouwde keuzes maakt. De organisatie zegt zelf dat het de afgelopen jaren opgebouwde inclusieve netwerk helpt bij het zo veel mogelijk vermijden van blinde vlekken. Daarbij vindt de commissie het sterk dat de organisatie meer naar het publiek en evenementen toegaat waar het publiek al is, dan dat ze wacht tot het publiek naar SLAA komt. De nieuwe doelstellingen voor de komende periode beslaan alle P’s uit de Code Diversiteit en Inclusie en komen volgens de commissie logisch voort uit de ervaringen en resultaten van de afgelopen jaren. SLAA focust op het verder uitbreiden van de samenwerkingspartners, het blijven ontwikkelen van inclusieve programma's en het vergroten van de toegankelijkheid van evenementen. Dit doet de organisatie om daadwerkelijk zo veel mogelijk (groepen) Amsterdammers te bereiken, in de wetenschap dat ze het als relatief kleine organisatie, niet alleen kunnen. De commissie vindt dat het plan overtuigend laat zien dat het vergroten van de diversiteit en inclusiviteit een integraal onderdeel geworden is van SLAA. 

De commissie vindt de aanpak van SLAA voor een divers en inclusief aanbod, bereik en organisatie concreet, overtuigend en realistisch. Met een grotere focus op de wijken wil SLAA wijkbewoners bereiken die mogelijk niet bekend zijn met literatuur. SLAA wil inclusiever worden voor mensen met (lichamelijke) beperkingen en investeert daartoe in het toegankelijker maken van de programmering, bijvoorbeeld door ruimte te maken voor gebarentaal en meertaligheid in hun evenementen en podiumprogramma's. SLAA werkt ook aan de toegankelijkheid van de website. De beoogde uitbreiding en diversifiëring van de samenwerkingspartners zoekt SLAA met name in de focuswijken. SLAA geeft aan te willen werken met partners die dezelfde doelstellingen nastreven op het gebied van diversiteit en inclusie als zij zelf. De commissie vindt dit stuk voor stuk zinvolle stappen die goed aansluiten op de doelstellingen en die gezien de werkwijze en ervaring van SLAA ook haalbaar moeten zijn.

De organisatie toont zich bewust dat de personele samenstelling een blijvend aandachtspunt is, maar op dit punt bevat het plan geen expliciete aanpak.  

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als goed.

Uit het plan spreekt volgens de commissie een goede visie op bedrijfsvoering. De commissie constateert dat transparantie, integer handelen en diversiteit een rode draad vormen in de bedrijfsvoering: naar bestuur, naar medewerkers en naar gasten en partners met wie gewerkt wordt. Ook de eerdergenoemde opmerking dat SLAA haar partners inzet om blinde vlekken te voorkomen, geeft aan dat de organisatie bereid is om te leren, te reflecteren en aan te passen. Ook is die transparantie terug te zien aan de verbetering van het werkgeverschap die de organisatie nastreeft.  Met werknemers houdt de directeur regelmatig evaluatiegesprekken en een jaarlijks personeelsgesprek voor de afloop dan wel vernieuwingsdatum van een contract. De commissie ziet dat SLAA in de uitgebreide beschrijving van de drie codes enkele doelen op het gebied van bedrijfsvoering noemt, maar ziet geen concreet uitgewerkte doelstellingen voor de komende vier jaar. 

SLAA geeft ruime aandacht aan de werking van de codes en sociale veiligheid. Bestuur en directie werkten volgens de richtlijnen van de Code Cultural Governance.

Dit is in het plan sterk uitgewerkt, omdat SLAA aandacht besteedt aan al die richtlijnen. Dat vindt de commissie goed doordacht: waarde scheppen voor de samenleving, integer en rolbewust handelen, zorgvuldig besturen en goed toezicht uitoefenen specificeert SLAA. Daarbij is er ook transparantie in de betaling van de vijf medewerkers die in dienst zijn en van de zzp’ers en stagiairs, waarvan de nulurencontracten de afgelopen jaren zijn omgezet in arbeidscontracten voor onbepaalde tijd. Er is een pensioenregeling voor de medewerkers. SLAA volgt daarbij de CAO Nederlandse Podia. In 2024 stelt SLAA een vertrouwenspersoon aan en stelt het een helder omgangsprotocol op. Workshops voor het personeel over sociale veiligheid staan ook op de planning. 

SLAA kijkt terug op een periode in de A-Bis, waar de nadruk op het volgen van de culturele codes groot was. De commissie ziet dat het daar nu de vruchten van plukt en heeft vertrouwen in de werking van deze codes voor SLAA in de komende kunstenplanperiode. 

SLAA heeft geen risicoanalyse opgenomen in het plan. De enige risico’s die ze beschrijft zijn de risico’s die soms genomen worden met betrekking tot (het uitproberen van) nieuwe programmering. Die vindt de commissie voor de bedrijfsvoering verwaarloosbaar. 

De commissie beoordeelt het plan zowel in organisatorisch als in financieel opzicht als zeer realistisch en volledig uitvoerbaar. De ambities van SLAA zijn groot, maar de menskracht is niet oneindig. De formatie telt met ingang van 2024 3,22 fte. Hoewel SLAA dit graag flink zou willen uitbreiden, blijft zij volgens de commissie realistisch en houdt zij de verhouding tussen activiteitenlasten en personeels- en beheerslasten goed in het oog. In het plan geeft zij aan met 25 fysieke programma’s per jaar een goede balans te hebben gevonden tussen mensen en activiteiten. De commissie heeft veel waardering voor de zorgvuldige en transparante afwegingen die het plan op dit punt beschrijft.

De commissie is ook zeer positief over hoe de begroting is opgesteld. Deze is goed toegelicht en voorzien van een detailjaarbegroting, een financieel activiteitenoverzicht en een personeelskostenoverzicht. De commissie heeft op basis daarvan een goed beeld gekregen en ontleent daaraan het volste vertrouwen in de financiële haalbaarheid. 

De organisatie heeft verschillende bronnen van inkomsten, waaronder inkomsten uit coproducties. SLAA heeft in het verleden bewezen in staat te zijn om rendabele programma's te organiseren. 

De financiële huishouding van de organisatie is volgens de commissie in orde, zoals blijkt uit de balans en reflectie daarop. De commissie stelt vast dat SLAA voldoende reserves heeft om onvoorziene tegenvallers op te vangen. Positieve exploitatieresultaten in 2022 en 2023 hebben bijgedragen aan de opbouw van deze reserves. SLAA geeft aan dat eventuele kortingen invloed kunnen hebben op de financiële situatie van de stichting, maar de commissie ziet dat gezien de balans- en vermogenspositie niet als een probleem. 

De commissie is zeer te spreken over het feit dat de organisatie niet méér geld heeft aangevraagd bij het AFK, omdat SLAA aantoont dat het met een iets lager bedrag ook uitkomt. Dat is gunstig, gezien de grote afhankelijkheid van de subsidie van het AFK (zeventig procent). 

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam te honoreren met het gevraagde bedrag van € 294.878 per jaar.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Woordkunst. 

Adviseur Fleur Jeras heeft niet deelgenomen aan de beraadslaging over dit advies.