Stichting de Vreemde Beweging
Inleiding
Stichting De Vreemde Beweging (hierna: WhyNot) organiseert met WhyNot interdisciplinaire dans en performance, op locaties buiten het theater, met een divers en breed publiek als doelgroep, in de vorm van coproducties, programmareeksen en Festival WhyNot. WhyNot richt zich op dit brede publiek door het aanbieden van een toegankelijk programma. Haar doel is om barrières weg te halen voor nieuwe bezoekers en een laagdrempelige context te bieden. WhyNot programmeert jonge makers, met als streven bij te dragen aan talentontwikkeling en het makersklimaat in Amsterdam. Activiteiten vinden volgens WhyNot onder andere plaats in het BIMHUIS en op FIBER Festival. Door voorstellingen en workshops aan te bieden in de wijk, bijvoorbeeld via OFF VENUE, wil WhyNot ook zorgdragen voor maatschappelijk engagement.
In de komende periode streeft WhyNot naar het verstevigen van haar positie in de interdisciplinaire dans en performance, met als doel het vergroten van haar impact en het aanbrengen van continuïteit in haar programma. Dit wil zij onder andere doen door het uitbreiden van de WhyNot X BIMHUIS-serie naar vier edities per jaar. Daarnaast zal WhyNot gaan samenwerken met het FIBER Festival, in het kader van meer interdisciplinaire samenwerkingen.
Verder richt WhyNot zich op het toegankelijker en inclusiever maken van haar programma. Dit wil zij doen door het samenwerken met gastcuratoren met verschillende socio-culturele achtergronden en het sluiten van nieuwe partnerschappen, zoals Frascati Theater in het kader van OFF VENUE. Tot slot stelt WhyNot het vergroten van haar ondernemingskracht centraal, voor zowel de organisatie als de makers.
Stichting De Vreemde Beweging ontvangt geen meerjarige subsidie binnen het Kunstenplan 2021-2024.
Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 120.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.
Artistiek belang
De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.
De commissie leest in het plan een specifieke artistieke signatuur. Er is sprake van een herkenbare artistieke lijn, namelijk het brengen van danskunst over de grenzen van de dansdiscipline heen, op bijzondere locaties. WhyNot werkt hiervoor met een tweejarige cyclus van thematisch onderzoek, bestaande uit onder andere coproducties en programmareeksen, met als afsluiting het multidisciplinaire Festival WhyNot. Daarnaast richt zij zich op een niet-thematisch programma in samenwerking met partners. De commissie vindt WhyNot met deze artistieke werkwijze onderscheidend. WhyNot neemt locaties als uitgangspunt, wat duidelijk beïnvloedt hoe zij artistieke keuzes maakt. Dit vindt de commissie een heldere insteek voor het festival. De gekozen thema’s voor het thematische onderzoek vindt de commissie tot de verbeelding spreken; met het thema Ancient Futures wordt oude wijsheid met nieuwe wetenschap gecombineerd en met het thema For the time being wordt met de Chinese filosofische tekst Wunengzi de beleving van een transformerende wereld onderzocht. Binnen deze thema’s maakt WhyNot de komende periode twee disciplineoverschrijdende coproducties. In de productie Awichas koppelt WhyNot performancekunstenaar en muzikante Ibelisse Guardia Ferragutti aan coproductiepartner FIBER, met als doel ‘een rituele performance met lichtinstallatie, gericht op zintuigen en tijdreizen voor een transformerende ervaring’. In de productie Being staat de impact van klimaatverandering centraal. In deze producties ziet de commissie een logische vertaling van WhyNots artistieke identiteit en van de genoemde thematische onderzoeken. Ook de beoogde betrokken makers vindt de commissie passend binnen WhyNots interdisciplinaire identiteit.
De commissie ziet in het plan dat WhyNot met al haar activiteiten consolideert wat het de afgelopen jaren artistiek heeft opgebouwd, en vindt de gemaakte keuzes daarin positief. In dat licht vindt ze ook de terugkerende artistieke partners passend en verrijkend voor de activiteiten, zoals FIBER als coproductiepartner en BIMHUIS en De Ruimte binnen de niet-thematische programmering. Wel vindt de commissie WhyNots doelen voor educatie en professionele ontwikkeling via opleidingen en via het partnerschap met BAU, wat smal opgesteld. Deze doelen zijn enkel gericht op professionele ontwikkeling in samenwerking met opleidingen en intern op het partnerschap met BAU. De commissie vindt deze minder goed in lijn met de breedte en openheid die WhyNot verder in het plan laat zien.
De commissie leest overtuigend wat WhyNot artistiek bij het publiek teweeg wil brengen; WhyNot wil met interdisciplinaire dans- en performanceconcepten bevragen wat dans is. Door het festival buiten op onverwachte locaties te plaatsen, neemt WhyNot drempels weg voor een breder publiek. De commissie vindt dat WhyNot hierbij haar publiek overtuigend confronteert met nieuwe ervaringen, en vindt de activiteiten aansprekend voor het publiek.
WhyNot positioneert zichzelf tevens als bijdrager aan talentontwikkeling in Amsterdam. De commissie vindt dat WhyNot een verbindende factor is tussen productiehuizen, opleidingen, makers, andere festivals, partners en publiek, met een eigen expertise voortvloeiend uit haar onderscheidende artistieke identiteit. Zij biedt makers een aanvulling op het bestaande aanbod. Mede door deze verbindende factor hebben de activiteiten van WhyNot artistieke betekenis voor de stad en het makersklimaat. De commissie ziet dat WhyNot vaker wordt betrokken als creatief producent en curator voor interdisciplinaire samenwerkingen, wat de verbindende rol onderstreept. De commissie vindt WhyNot daarmee van belang voor de ontwikkeling van een krachtige dansscene in Amsterdam. Wel ziet de commissie in het plan en de activiteiten nog weinig concrete invulling van de ‘expertrol’ die WhyNot ook aangeeft te vervullen.
Belang voor de stad
De commissie beoordeelt het belang voor de stad als goed.
WhyNot definieert haar doelgroepen als ‘dansliefhebbers, mensen die graag het experiment aangaan en bezoekers die graag verrast worden’. Hoewel de commissie de beschrijving algemeen vindt, is deze volgens haar in de basis wel passend. WhyNot heeft aandacht besteed aan publieksonderzoek. Hierin leest de commissie een groeiende bewustwording van de organisatie over de wijze waarop ze publiek genereert en bereikt, en de mogelijkheden die daar nog zijn. Uit dit onderzoek blijkt dat er op dit moment een balans is tussen publiek dat weinig en publiek dat regelmatig dans bezoekt. De commissie ziet hierin bevestigd dat WhyNot ook in belangrijke mate een voor dans nieuw publiek aanspreekt. WhyNot zet hier de komende jaren verder op in. WhyNot beschrijft de marketing vanuit een specifiek activiteitenplan met een duidelijke overkoepelende strategie. Het bevat doelstellingen om publiek te bereiken vanuit de inhoud, zoals publieksverbreding door partnerschappen, en daarnaast het door ontwikkelen van de huisstijl en communicatiekanalen. WhyNot wil verder haar publieksdoelstellingen halen door het versterken van de binding met Amsterdamse wijken. Vanwege de door WhyNot al opgebouwde positionering en partners in Amsterdam, is de commissie van mening dat WhyNot deze doelstellingen waar kan maken de komende periode. Ook vindt de commissie het positief dat WhyNot de uitdagingen hierbij open benoemt, bijvoorbeeld hoe de grote wisselingen in locaties en partners het moeilijk kunnen maken publiek aan zich te binden. De commissie vindt de publieksverbreding via partners als De Ruimte en BIMHUIS een logische, slimme en passende werkwijze.
De commissie is positief over de publieksomvang en aantallen. In het licht van de relatief kleine organisatie weet WhyNot een reële omvang aan publiek te genereren voor dans en performance.
De commissie vindt dat WhyNot met haar activiteiten een goede bijdrage levert aan de spreiding van het culturele aanbod en publieksbereik. Zo verhuist het WhyNot-kantoor in 2026 samen met De Ruimte naar Sexyland World in Noord, om hier nieuwe programma’s en samenwerkingen aan te gaan. Ook strijkt WhyNot neer in Zuidoost, Noord en Nieuw-West met het programmaonderdeel OFF VENUE. De commissie ziet dat WhyNot ook hiervoor samenwerkingen aangaat met passende partners, zoals met ICK in Nieuw-West. Ook kan WhyNot zich volgens de commissie door het nieuwe partnerschap met Frascati in meer verschillende stadsdelen zichtbaar maken. De commissie vindt de beoogde spreiding realistisch. De commissie mist wel onderbouwing of inzicht in de wijze waarop de verbinding met de buurtbewoners wordt gelegd, die middels een keuzemenu aan kunnen geven welke performance ze willen zien. De commissie is van mening dat als WhyNot de buurtbewoners graag beter wil bereiken, er een meer gerichte aanpak nodig is.
Diversiteit & Inclusie
De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als voldoende.
De commissie ziet in het plan geen overtuigende visie op diversiteit en inclusie. Duidelijke keuzes zijn volgens haar niet geformuleerd. WhyNot wil zich inzetten voor het ontwikkelen van vaardigheden waarmee verschillende perspectieven een plek krijgen in de organisatie, waarbij zij onder andere culturele diversiteit en de lhbtigemeenschap aanhaalt. De commissie vindt deze doelstelling positief, maar pril en niet concreet. Wel laat WhyNot bewustwording zien van het belang van divers en inclusief werken.
Ook heeft WhyNot gereflecteerd op wat ze afgelopen periode heeft gerealiseerd op het gebied van sociaal-culturele diversiteit en inclusie. Ze heeft onder meer een beleidsscan van de code D&I gedaan, wat de commissie waardeert als startpunt. WhyNot ziet mede naar aanleiding daarvan de verbeterpunten in de organisatie omtrent diversiteit en inclusie vooral op gebied van personeel en partners en wil daar komende periode op acteren. WhyNot geeft aan dat zij partnerschappen nog wil diversifiëren en nog scherper kan kijken naar het bereiken van nieuw publiek. Dit vindt de commissie in de basis positief, maar nog wel wat generiek geformuleerd
De commissie vindt dat WhyNot ondanks het ontbreken van een weloverwogen visie, wel een plan van aanpak op diversiteit en inclusie beschrijft dat voldoende aansluit bij de mogelijkheden van de organisatie. WhyNot beseft goed dat de organisatie ondersteuning kan gebruiken op de vlakken waar de bijdrage aan diversiteit en inclusie achterblijft. WhyNot werkt met de trainingswijzer van de code D&I als leidraad, en wil jaarlijks aansluiting zoeken bij een organisatie of expert die WhyNot hierin kan begeleiden. De commissie vindt daarbij te waarderen dat WhyNot hier voor de komende periode budget voor heeft geoormerkt, zodat een belangrijke randvoorwaarde aanwezig is om het geen vrijblijvende ambitie te laten zijn. Verder beschrijft WhyNot dat ze inclusiviteit in samenwerking met partners wil bevorderen. De commissie had bij deze aanpak meer concreet willen lezen welke keuzes WhyNot gaat maken. Voor welke gastprogrammeurs met welke diverse sociaal-culturele achtergronden gaat ze kiezen, passend bij het artistiek profiel van WhyNot leest de commissie nu niet. Daarnaast had zij graag gezien op welke gronden er samenwerking wordt gezocht vanuit het perspectief van diversiteit en inclusie. WhyNot geeft aan dat zij meer duurzame connecties wil opzoeken met partners en zal blijven zoeken naar nieuw publiek in het kader van diversiteit en inclusie. Daarin had de commissie graag een concretere invulling gelezen.
Uitvoerbaarheid
De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als goed.
De commissie leest een overtuigende visie op de bedrijfsvoering, die past bij de stappen die de organisatie wil zetten. Het is duidelijk hoe WhyNot de komende periode met mensen en middelen wil omgaan, voortkomend uit de ervaringen en ontwikkelingen in afgelopen periode. WhyNot heeft een kleine vaste kern en een sterk bestuur, en heeft laten zien flexibel en realistisch te kunnen opereren. Zo ontving zij geen coronasteun, maar wist zij ook in deze tijd programma’s uit te voeren. WhyNot wil met de aangevraagde subsidie van het AFK de benodigde ruimte en aandacht besteden aan verdere versteviging van de bedrijfsvoering. De commissie vindt de recente keuze om een zakelijk leider aan te nemen passend om de organisatorische slagkracht te vergroten. WhyNot beschrijft daarbij duidelijk de rolverdelingen binnen de organisatie.
WhyNot beschrijft volgens de commissie helder hoe zij omgaat met de Code Governance Cultuur en de Fair Practice Code. Zij hanteert de cao Toneel en Dans en investeert in fair pay. De commissie merkt wel op dat de directie is ingeschaald onder een andere cao, namelijk de Richtlijn functie-en loongebouw presentatie-instellingen voor beeldende kunst. Dit naar eigen zeggen om kosten te besparen. Omdat WhyNot in het plan constateert dat de directie afgelopen periode veel onbetaalde overuren maakte, ziet de commissie in combinatie met de afwijkende tarieven hier wel een aandachtspunt voor werkdruk en fair pay. Verder besteedt WhyNot in het plan expliciet aandacht aan sociale veiligheid. Zo is er een gedragscode opgesteld die ter transparantie ook op de website is gepubliceerd. Dit maakt volgens de commissie een gedegen indruk.
WhyNot reflecteert volgens de commissie kort maar duidelijk op mogelijke risico’s, die WhyNot zelf ziet in stijgende kosten en daarmee afhankelijkheid van het verkrijgen van extra budgetten. WhyNot beschrijft dat zij haar randprogramma in het geval van tegenslag inperkt of dat deze ‘volledig door partners wordt gefinancierd’. Programma’s zoals de WhyNot X BIMHUIS-serie kunnen naar eigen zeggen worden bijgeschaald. De commissie vindt dit passende scenario’s.
De commissie heeft vertrouwen in de organisatorische en financiële haalbaarheid van het plan: de organisatie is voldoende stevig om de plannen te kunnen dragen. De commissie vindt het sterk dat de organisatie een tweekoppige leiding heeft die elkaar goed aanvult in expertise en verantwoordelijkheid deelt, bestaande uit Marjolein Vogels voor programmering en projectleiding en Daisy Benz voor conceptontwikkeling en marketing. Zij worden sinds 2023 ondersteund door een zakelijk leider.
De commissie leest in het ondernemingsplan dat WhyNot aandacht besteedt aan haar winst- en verliesontwikkeling. Zo zijn bijvoorbeeld de reserves nog beperkt, maar reflecteert WhyNot hier passend op en werkt ze blijkens het plan aan het opbouwen hiervan. Dit vindt de commissie positief. De begroting vindt de commissie goed aansluiten bij het plan en realistisch en tevens helder toegelicht. De commissie leest een voor de organisatie passende financieringsmix terug, bestaande uit projectsubsidies, private subsidies, publieksinkomsten, sponsorbijdragen, inkomsten uit bar en merchandise en bijdragen van coproductiepartners. De financieringsmix vindt de commissie logisch voortkomen uit WhyNots organisatie en werkwijze en de commissie ziet hiermee ook overtuigend terug dat risico’s worden gespreid.
Conclusie
De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Stichting De Vreemde Beweging te honoreren met het gevraagde bedrag van € 120.000 per jaar.
De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Dans.