Stichting Cinema Asia

Film
Aangevraagd: € 100.000
Toegekend: € 100.000

Inleiding 

Stichting Cinema Asia (hierna: CinemAsia) beoogt een specifieke plaats binnen het Nederlandse en Europese culturele landschap in te nemen. Ze wil meerwaarde bieden aan de filmliefhebber die alleen bekend is met de Aziatische films die hen door de (westerse) institutionele filters zoals Netflix en arthouses bereiken. CinemAsia wil een plek bieden waar de groeiende Aziatische gemeenschap in Nederland niet alleen Aziatische talenten kan ontdekken, maar elkaar ook te ontmoeten en de eigen stemmen vorm te geven op vertrouwd terrein in een inclusieve omgeving.

CinemAsia wil in de periode 2025-2028 continuïteit bieden voor de vertoning van de onafhankelijk geproduceerde artistieke Aziatische films in Amsterdam en nieuw filmtalent uit Azië introduceren. Met haar in de afgelopen jaren herziene artistieke visie en marketing- en communicatiestrategie wil zij haar bezoekersaantallen laten stijgen. Ook het uitwisselen van kennis en ervaring met culturele organisaties en de film- en media-industrie is een van de aandachtspunten voor de komende jaren. CinemAsia beoogt zo een onmisbare schakel te worden als het gaat om Aziatische representatie in Nederland. 

De stichting wil een kernteam aanstellen en dit professionaliseren door middel van training, opleiding, een fair practice beloning en het verankeren van processen in standard operating procedures. Ook het bestuur van CinemAsia wil professionaliseren door middel van begeleide boardreviews en door training en coaching op het gebied van governance en de bestuurspraktijk.

Stichting Cinema Asia ontvangt geen meerjarige subsidie binnen het Kunstenplan 2021-2024.

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 100.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als voldoende. 

De commissie vindt dat het plan een artistieke signatuur toont die aan scherpte heeft gewonnen ten opzichte van eerdere edities. CinemAsia onderscheidt zich volgens haar als filmfestival duidelijk van andere filmfestivals door zich volledig te richten op Aziatische films. Daarbij gaat het specifiek om Aziatische cinema vanuit een Aziatisch perspectief. In deze keuze ziet de commissie de artistieke eigenheid van het festival.  CinemAsia heeft 2021 vanwege corona noodgedwongen gebruikt om te reflecteren op zowel de organisatie als de artistieke keuzes van het festival. Dit heeft geleid tot een duidelijke koers: CinemAsia gaat zich de komende jaren richten op jonge makers binnen de Aziatische film. Hiermee wil ze de bestaande programmering verrijken met de verscheidenheid in nieuwe en experimentele cinematografische stijlen die door de jonge avant-garde worden gebracht. De hoofdcompetitie, waarin op basis van artistieke criteria twee prijzen uitgereikt worden, richt zich op jonge, opkomende filmmakers die experimenteren en die zo een bijdrage leveren aan de diversiteit aan filmvormen en narratieve stijlen. CinemAsia wil hiermee een podium creëren voor opkomende talenten uit zowel Azië als uit de Aziatische diaspora's over de hele wereld, die de frisse stijlen en verhalen van een nieuwe generatie artistieke stemmen belichamen en inspireren.   

De commissie is positief over deze keuze die volgens haar een interessante invalshoek op de Aziatische film toont en aansluiting op de cinematografische ontwikkelingen in de toekomst waarborgt. Ze is echter van mening dat de artistieke signatuur niet in alle activiteiten, randprogrammering en samenwerkingspartners even consistent zichtbaar is. Zo is de focus op jonge makers niet terug te zien in de Panorama Selectie, waarin het beste van de Aziatische film van het afgelopen jaar getoond wordt. Verder wil CinemAsia met Speciale Focus haar internationale netwerk versterken en gebruiken om artistieke hoogwaardige Aziatische cinema te promoten. Hoewel ze verwijst naar eerder succesvolle samenwerkingen, is dit programmaonderdeel beperkt toegelicht, al zou het zeker interessant kunnen zijn voor de artistieke signatuur. De voorgenomen activiteiten en samenwerkingen spreken tot de verbeelding maar zijn ook zeer uiteenlopend. De commissie is van mening dat de artistieke lijn van CinemAsia hierin beter verankerd en gewaarborgd had kunnen worden.

Het voornaamste doel van CinemAsia is het vergroten van de zichtbaarheid van onafhankelijk geproduceerde artistieke Aziatische films in Amsterdam en het introduceren van nieuw filmtalent uit Azië aan de Amsterdamse filmliefhebber. Uit de aanvraag komt volgens de commissie duidelijk naar voren wat CinemAsia hierbij artistiek-inhoudelijk teweeg wil brengen bij het publiek en ook in de stad. De organisatie wil bijdragen aan een genuanceerd begrip van Aziatische identiteiten en verhalen. Het festival wil de in cultuur geïnteresseerde Amsterdammers en de inwoners met een Aziatische achtergrond de gelegenheid geven elkaar te ontmoeten en zo het gemeenschapsgevoel, interculturele uitwisseling en begrip bevorderen. De commissie waardeert het dat de beoogde impact naast een artistiek-inhoudelijke ook een maatschappelijke component heeft. 

Dat het festival, gezien de gerichte verdiepende (rand)programmering, aansprekend is voor- en aansluit op de Aziatische diaspora is volgens de commissie evident. Ook voor de gemiddelde Nederlander die een iets bredere blik heeft als het gaat om universele ervaringen, thema’s en emoties is het programma, zeker gezien de toenemende belangstelling in de Aziatische cultuur aansprekend.  

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als voldoende.

De commissie vindt dat CinemAsia een overtuigende en onderbouwde visie heeft op het bereik in de stad. De organisatie heeft volgens de commissie verschillende, duidelijk omschreven doelgroepen die helder gemotiveerd zijn. De organisatie onderscheidt het publiek in zeven persona’s, zoals de liefhebbers van Aziatische film en de open-minded expat. De commissie is van mening dat deze indeling voldoende houvast biedt om gericht aan te kunnen sluiten op verschillende eigenschappen en interesses van het publiek en om de goede kanalen en manieren te vinden om de doelgroepen te bereiken. De keuze voor deze doelgroepen vloeit logisch voort uit de missie van CinemAsia om de Aziatische gemeenschap een eigen plek te bieden om Aziatisch talent te ontdekken, elkaar te ontmoeten en ze een veilige en inclusieve omgeving te bieden waarin ze hun eigen stemmen, in hun eigen termen, vorm kunnen geven. De aard en omvang van de activiteiten sluit hier volgens de commissie op aan. 

Uit de aanvraag blijkt dat CinemAsia beschikt over kennis van en inzicht in de doelgroepen. Het festival trekt ongeveer vijftig procent bezoekers van Aziatische afkomst, met China en Indonesië als voornaamste landen van herkomst. Zo’n veertig procent heeft een Nederlandse of Europese achtergrond en tien procent is van gemengd Aziatisch-Europese origine. Het merendeel komt uit Amsterdam. De commissie vindt de aanpak voor het bereik enigszins basaal, maar wel effectief met verschillende kanalen zoals social media en nieuwsbrieven en de inzet van samenwerkingspartners. Sterk vindt de commissie dat er diverse teamleden worden ingezet op de marketing en communicatie gericht op specifieke groepen, zoals de Chinese gemeenschap. Volgens de commissie zorgt dit voor extra kennis over en een goede aansluiting op deze doelgroepen.

CinemAsia kiest volgens de commissie geschikte samenwerkingspartners om haar doelgroep te bereiken zoals de VU Pride voor het bereiken van de lhbtq+-doelgroep en de Korean School of Amsterdam voor het bereiken van biculturele studenten. Voor de komende jaren geeft CinemAsia aan meer samenwerkingen aan te willen gaan met partners, media, ambassadeurs en teamleden om meer groepen te bereiken. De workshop Decolonising Asian Film Programming, waarin de industrie in verbinding gebracht wordt met instellingen in het tertiair onderwijs, en die in samenwerking met de Britse AHRC tot stand komt is hiervan een voorbeeld. 

De commissie stelt vast dat de activiteiten van CinemAsia niet bijdragen aan spreiding van het culturele aanbod en het publieksbereik in de stadsdelen Nieuw-West, Noord en Zuidoost. Het grootste deel van de activiteiten vindt plaats in de stadsdelen Amsterdam-Oost/Pijp (hoofdlocatie Studio/K en Rialto De Pijp) en Amsterdam-Zuid (Rialto VU). Er is in 2023 een eerste samenwerking geweest met de Bijlmerbios in Zuidoost en CinemAsia is voornemens deze voort te zetten. Ook zijn er voornemens om samenwerkingen te verkennen met Cinema de Vlugt en het Bijlmer Parktheater. De commissie vindt deze voornemens weinig concreet. Het plan geeft er weinig inhoudelijke informatie over en ook wordt niet duidelijk wat de omvang van het bereik zal zijn en wat de planning hiervoor is.  

Diversiteit & inclusie

De commissie beoordeelt de diversiteit en inclusie als goed.

Uit het plan spreekt volgens de commissie een overtuigende visie op diversiteit. CinemAsia omschrijft zichzelf als voorvechter voor diversiteit en inclusie en ziet dit als een kernwaarde van het festival. Door het vertonen van films uit alle landen in Azië wil het festival de diversiteit van de samenleving belichten binnen een sociaal-culturele, maatschappelijke of historische context. Daarbij wil het een verscheidenheid aan stemmen ruimte geven.  

CinemAsia heeft daarnaast een focus op de queer gemeenschap. Binnen het festival en de randprogrammering worden queer Aziatische ontmoetingsplekken, tentoonstellingen en workshops georganiseerd en worden queer (lhbtqia+) films vertoond. Alle locaties van CinemAsia zijn toegankelijk voor mensen met een fysieke beperking en ze werkt samen met de Stadspas, de Makkie, de CJP-pas en de XXXS kaart om hun vertoningen en filmactiviteiten waar mogelijk met korting beschikbaar te maken. De intenties en plannen sluiten volgens de commissie goed aan bij de missie en visie van CinemAsia, waarin de veelzijdige diversiteit van Azië wordt onderkend en de noodzaak voor inclusie wordt omarmd. CinemAsia benadrukt het belang van zelfreflectie en voortdurende verbetering, aan de hand van samenstelling programmering, team en publiek. Dit geeft volgens de commissie aan dat de organisatie zich bewust is van haar rol en verantwoordelijkheden op het gebied van diversiteit en inclusie en ze waardeert deze werkwijze. Zo geeft CinemAsia aan dat de diversiteit in haar filmprogrammering verbeterd kan worden als het gaat om het aantal gerepresenteerde landen. Een groot deel van de selectie van films komt slechts uit 6 van de 48 landen die Azië telt. Ook werd geconstateerd dat er een grote groep mensen afkomstig uit India nog niet bereikt werd. Om het aanbod aan films te diversifiëren is ze op zoek gegaan naar programmeurs die kunnen helpen een breder aanbod te vinden. Dat is gelukt, er is programmeringstalent gevonden dat roots in India en Thailand heeft en in 2025 zullen meer films uit deze landen getoond worden. 

De commissie vindt dat CinemAsia een concrete en realistische aanpak voorstelt om het aanbod, bereik en de organisatie diverser en inclusiever te maken. CinemAsia hanteert de principes van Fair and Representative Programming voor haar filmprogrammering. De commissie vindt dit een goede en overtuigende aanpak, omdat deze programmeurs ertoe aanzet zich een aantal kritische vragen te stellen bij hun selectie, bijvoorbeeld omtrent de representatie en/of stereotypering van mensen in de film en de representatie van alle betrokken makers van de film. Ook trekt de organisatie programmeurs met expertise in ondervertegenwoordigde gebieden aan.  CinemAsia geeft aan dat er binnen het team verschillende nationaliteiten, seksuele geaardheden en culturele achtergronden vertegenwoordigd zijn en welke specifieke culturele achtergronden nog missen. Dat vindt de commissie erg positief. Aangezien het team van vrijwilligers diverser van samenstelling is dan het kernteam van de organisatie, wil de stichting zorgdragen voor doorstroming van talent vanuit de vrijwilligerspool naar het kernteam. Ook dat vindt de commissie een goed streven. CinemAsia zegt bij de instroom van nieuwe vrijwilligers te sturen op de diversiteit en geeft aan altijd op zoek te zijn naar mensen afkomstig uit onderbelichte of ondervertegenwoordigde gebieden. Met bewustwordingsworkshops worden alle medewerkers betrokken bij het diversiteits- en inclusiebeleid. De commissie is ervan overtuigd dat de beoogde doelstellingen ten aanzien van personeel en organisatie met deze aanpak bereikt zullen worden.

De organisatie werkt volgens de commissie samen met samenwerkingspartners die een zinvolle bijdrage aan de diversiteit van aanbod en bereik kunnen leveren. Het gaat deels om organisaties die een verbinding hebben met de Aziatische cultuur, zoals Asian Raisins, maar het scala aan partners is breder en diverser dan dat. De commissie ziet en waardeert dat er sprake is van partnerschappen in de lhbtqia+gemeenschap, zoals het COC en Roze Filmdagen, en ook partners in de moslimcommunity, zoals Stichting Maruf. Dit is ook in lijn met het streven van de organisatie om continue met elkaar in dialoog te staan en te willen reflecteren en groeien.

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende.

Uit het plan spreekt volgens de commissie een duidelijke visie op de bedrijfsvoering. CinemAsia reflecteert uitgebreid op de afgelopen jaren, die niet makkelijk waren vanwege de pandemie en het wegvallen van de meerjarige subsidie. De organisatie was kwetsbaar en de werkdruk was hoog, met uitval van medewerkers tot gevolg. CinemAsia probeerde hiervan te leren door middel van zelfevaluaties, een risk assessment en verbeteringen in de systematiek van financiële rapportage. De commissie heeft waardering voor de veerkracht en veranderbereidheid die de organisatie heeft getoond en stelt vast dat dit heeft geleid tot een aangescherpte visie op bedrijfsvoering. Centraal hierin staat meer focus op zowel het kernteam als op de kerntaken. De organisatie wil op die manier talent binnenboord houden, doorgroei binnen de organisatie mogelijk maken en verantwoordelijkheden verspreiden over meerdere mensen. Hiermee wil CinemAsia de continuïteit van de organisatie in mensen en middelen waarborgen. De commissie vindt dat deze stappen geleid hebben tot de noodzakelijke professionalisering en vindt het bewonderenswaardig hoe het festival, ondanks de beperkte middelen, succesvol is blijven doordraaien.

Als onderdeel van de professionaliseringsslag heeft CinemAsia zich de afgelopen jaren zichtbaar ingezet om de gedragscodes uit de sector binnen de eigen bedrijfsvoering toe te passen. Dit blijkt volgens de commissie onder andere uit de

organisatiespecifieke gedragscode die is opgesteld, en die in lijn is met de Governance Code Cultuur en de Code Diversiteit en Inclusie. De commissie ziet dat CinemAsia Fair Practice nastreeft, maar dat volledige implementatie daarvan gezien de financiële positie van de organisatie nu nog niet op alle vlakken haalbaar is. 

De organisatie is zich volgens de commissie bewust van de stappen die nu nog genomen moeten worden om te komen tot een uitgebalanceerde en gezonde organisatie. Zo zal CinemAsia verder gaan met het ontwikkelen van een functiehuis en is er ruimte voor medewerkers om een opleiding te volgen, zodat zij kunnen doorgroeien binnen de organisatie. Ook zal het bestuur zelf opleidingen op het gebied van financieel management, procesmanagement en leiderschap gaan volgen om de effectiviteit van de bedrijfsvoering te versterken en volgt iedereen in de organisatie een training voor een veilige werkomgeving. De commissie vindt dat allemaal goede en noodzakelijke stappen voor een stabielere organisatie. Hiermee ondervangt de organisatie volgens haar het risico dat er kennisverlies optreedt door zieke of vertrekkende medewerkers. CinemAsia ziet daarnaast een risico van verspreiding over te veel verschillende locaties, waardoor het festival versnippert. Ook financiële risico’s worden erkend, zoals te grote afhankelijkheid van subsidies. Hoe CinemAsia deze risico’s denkt te beheersen, vindt de commissie niet zo overtuigend. Zo wil het festival de subsidieafhankelijkheid verkleinen door meer sponsors aan zich te binden.  

De commissie is enigszins kritisch op de uitvoerbaarheid en de realiteitszin van de voorgestelde plannen. Ze is positief over de versterking van het kernteam en vindt dat het plan daarmee organisatorisch haalbaar is. Minder positief is de commissie over de uitbreiding van het aantal activiteiten en locaties. De organisatie is zelf kritisch over de verschillende locaties, ze ziet dat de spreiding van het personeel een uitdaging is, de marketing bemoeilijkt en groei belemmert. De commissie adviseert om eerst de basis te versterken alvorens over te gaan tot uitbreiding. De begroting vindt de commissie slechts ten dele passend. Ze is positief over de stappen die gezet worden naar fair pay. De financieringsmix vindt zij kwetsbaar. Deze voorziet weliswaar in verschillende inkomstenstromen, maar de commissie is er niet geheel van overtuigd dat die allemaal realistisch begroot zijn. CinemAsia wil de sponsorinkomsten aanzienlijk vergroten. Zij creëert hiervoor de functie van developer. Dat vindt de commissie een logische eerste stap. Gezien de ontwikkeling van de afgelopen jaren, waarbij sponsorgelden afnamen, en omdat een plan hiervoor nog ontbreekt, is de commissie niet helemaal overtuigd van de haalbaarheid van deze doelstelling. Ook de groei van de publieksinkomsten vindt de commissie ambitieus. Ze vindt deze niet helemaal in lijn met de begrote communicatiekosten en verwacht dat een grotere inspanning hiervoor nodig is. Voor wat betreft het voornemen om in samenwerking met Mubi en Amazon Prime Video een streamingkanaal op te zetten zijn de kosten en baten niet inzichtelijk gemaakt in de aanvraag. 

De commissie merkt op dat CinemAsia een klein negatief vermogen heeft. Dat is mede ontstaan tijdens de pandemie, toen de organisatie tussen wal en schip viel van de noodsteun. De commissie waardeert het dat het CinemAsia desondanks is gelukt om het negatieve vermogen in de laatste twee jaar in te lopen. Er worden, afgaand op de begroting, de komende jaren echter geen dotaties gedaan om het negatieve vermogen om te buigen naar een positief saldo dat passend is bij de omvang van de organisatie. De commissie vindt dat het versterken van de financiële huishouding prioriteit moet krijgen in de komende jaren, zodat er een echt duurzame organisatie ontstaat.

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Stichting Cinema Asia te honoreren met het gevraagde bedrag van € 100.000 per jaar.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Film.