Pakhuis de Zwijger

Podia
Aangevraagd: € 550.000
Toegekend: € 550.000

Inleiding

Pakhuis de Zwijger is een cultureel en maatschappelijk platform in Amsterdam-Oost, met externe activiteiten in andere Amsterdamse stadsdelen. Pakhuis de Zwijger streeft naar rechtvaardigheid en plaatst dat gegeven centraal in haar missie. Pakhuis de Zwijger ziet zich als spin in het web tussen initiatieven uit de leef- en de systeemwereld. Ook geeft zij aan expliciet ruimte te geven aan veel initiatieven die normaliter het podium niet bereiken. Dit resulteert er volgens de organisatie in dat ongehoorde perspectieven bij Pakhuis de Zwijger bovengemiddeld vaak worden meegenomen in het bredere maatschappelijke gesprek.

De afgelopen zeventien jaar heeft Pakhuis de Zwijger zich ingezet om het gesprek over maatschappelijke verandering zo inclusief mogelijk te voeren. Hierbij is kennis ontwikkeld, zijn er netwerken opgezet en zijn verschillende gemeenschappen betrokken. Door mensen bij elkaar te brengen en de dialoog over relevante maatschappelijke thema’s aan te gaan, kwamen kwesties op agenda’s van beleidsmakers en bestuurders.

Voor de periode 2025-2028 zal dialoog een onverminderd belangrijk middel blijven voor Pakhuis de Zwijger. Zij wil hier verschillende perspectieven mee bij elkaar blijven brengen. De ambitie is om meer bij te dragen aan concrete actie die daaruit volgt. Zelf schaart Pakhuis de Zwijger dit onder de noemer ‘minder lullen, meer poetsen’. Doel is om vergaarde inzichten uiteindelijk te helpen omzetten in praktijk om op die manier actief mee te werken aan het vormgeven van een toekomst waarin iedereen zich thuis kan voelen.

Pakhuis de Zwijger ontvangt een vierjarige subsidie 2021-2024 binnen het Kunstenplan van € 524.387 per jaar (incl. indexatie 2024).

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 550.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.

Pakhuis de Zwijger heeft volgens de commissie een duidelijke missie en visie verwoord, waarbij de artistieke signatuur wordt weergegeven door maatschappelijke ‘rechtvaardigheid’ als centraal uitgangspunt te nemen. Dit niet alleen op sociaal en economisch gebied, maar ook op het gebied van ruimte, democratie, klimaat en technologie. Het uitgangspunt van de maatschappelijke rechtvaardigheid wordt helder uitgewerkt aan de hand van ‘minder lullen, meer poetsen’. Aan de hand van de zogenaamde transitietheorie worden deze programma's uitgediept in vijf verschillende fasen: ‘bepalen en ontleden keten’, ‘belangen in kaart brengen’, ‘begeleiden, vertalen & verspreiden’, ‘mijlpalen’ en ‘systeemverandering’. De thema’s die worden verkend, spreken bij de commissie zeer tot de verbeelding, zoals ‘sterke democratie’, ‘planetaire grenzen’, ‘nieuwe economie’ en ‘tech & AI’. Ook is de commissie te spreken over hoe de thema’s inhoudelijk worden uitgediept. Zo wil Pakhuis de Zwijger binnen het thema ‘nieuwe economie’ onderzoeken hoe bij te dragen aan een nieuw systeem, waarbij de economie kan werken aan groene en sociale doelen. Daarbij worden bijvoorbeeld best practices rond het basisinkomen verkend, met interessante partners als Sustainable Finance Lab en Instituut voor Publieke Economie.

Pakhuis de Zwiiger bouwt volgens de commissie artistiek verder op de ontwikkeling en programmering die gerealiseerd is in afgelopen periode. Pakhuis de Zwijger geeft aan te blijven voortgaan met impactcoalities smeden, verhalen vertellen, verandering verbeelden en gemeenschappen versterken. Het plan reflecteert duidelijk op de veranderende politiek-bestuurlijke realiteit die volgens Pakhuis de Zwijger de aanpak van wezenlijke maatschappelijke vraagstukken doet stagneren, waardoor Pakhuis de Zwijger een andere, meer activerende rol voor zichzelf ziet weggelegd. Daarbij wil ze vergaarde inzichten ook echt concreet in praktijk gaan brengen. In het plan voor komende periode is op basis daarvan de artistieke signatuur aangescherpt. Pakhuis de Zwijger geeft aan voortaan geen niet-constructief geluid meer uit te nodigen en zich te richten op dialoog. Dat wil zeggen dat zij mensen geen podium biedt die bijvoorbeeld het feitelijke en veelvuldig bewezen bestaan van klimaatproblematiek of racisme ontkennen. Door de dialoog aan te gaan wil Pakhuis de Zwijger met mensen aan tafel die allen het te onderzoeken probleem erkennen, en tot daadwerkelijke oplossingen en actie komen. De commissie vindt dat Pakhuis de Zwijger daarmee overtuigend voortbouwt op de opgedane ervaringen en samenwerking met eerder betrokken partners en gemeenschappen. Pakhuis de Zwijger wil zo een meer actieve rol nemen om impact te creëren bij de vraagstukken die ze aankaart, en daarmee bijdragen aan een uiteindelijke systeemverandering. De commissie is van mening dat dit de artistieke identiteit van Pakhuis de Zwijger een meer uitgesproken en daarmee nog beter herkenbaar karakter geeft.

Pakhuis de Zwijger heeft volgens de commissie onmiskenbaar artistieke betekenis voor het publiek, dat tegelijk ook vaak deelnemer is. De commissie vindt de keuze voor rechtvaardigheid als centraal uitgangspunt om met gelijkgestemden te werken aan gelijkwaardigheid in de samenleving, een voor publiek aantrekkelijk gegeven. Ook in de werkwijze leest de commissie artistieke betekenis voor publiek: bij elk thema worden nadrukkelijk de belanghebbenden in kaart gebracht, waarmee de dialoog wordt aangegaan. Zo ontstaat volgens de commissie daadwerkelijk eigenaarschap op het thema. De commissie vindt daarbij overtuigend dat Pakhuis de Zwijger zich niet alleen richt op theoretisch geschoolden, maar ook meer praktisch geschoolden gaat betrekken bij de programma’s, waardoor deze voor een breder publiek inhoudelijk aantrekkelijk zijn. De thema’s die Pakhuis de Zwijger de komende periode agendeert, als bestaanszekerheid, antiracisme en intergenerationeel wonen, vindt de commissie urgent en direct aanspreken bij de leefwereld van veel mensen. Pakhuis de Zwijger weet goed wat er speelt, waar bij publiek en deelnemers behoefte aan is en wat ze teweeg wil brengen bij het publiek. De commissie vindt daarbij sterk dat bij elk thema ook een grote verscheidenheid aan partners wordt betrokken die een ander perspectief op het thema kunnen bieden, zoals bij het thema ‘planetaire grenzen’ onder meer de VU, Food Hub, Nederlands Instituut voor Psychologen en Waternet worden betrokken. Daarnaast bestaat het programma uit verschillende interessante vormen waarbij publiek op verschillende manieren bij het thema aan kan haken, zoals panelgesprekken, filmvertoningen, ontwerpateliers, exposities en publieksbijeenkomsten. 

De commissie herkent de artistieke betekenis voor de stad ook in programma’s en thematieken die appelleren aan grootstedelijke vraagstukken als antiracisme en wonen. Specifiek op Amsterdam gerichte vraagstukken, zoals in het thema ‘bio-divers’ wordt onderzocht hoe Amsterdam groener kan en er per stadsdeel bomen worden geplant, ziet de commissie nog in beperkte mate terugkomen in het programma.  De commissie vindt ook nog weinig lokaal gerichte organisaties en ondernemers terug bij de betrokken partners. De commissie is wel van mening dat met het artistiek programma impact op zowel stedelijk als buurtniveau kan worden gecreëerd door lokale partijen te betrekken bij het uitwerken van de thematiek. Maar de commissie had graag meer gelezen wie de lokale (ervarings)deskundigen zijn waar Pakhuis de Zwijger mee wil gaan samenwerken. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als voldoende.

De commissie leest geen duidelijk onderbouwde visie op het bereik van verschillende doelgroepen. Pakhuis de Zwijger geeft aan dat het publiek sterk verbonden is met zowel de thema's als met de deelnemers op het podium:  'Wie je op het podium zet, krijg je in de zaal'.  De doelgroepen waar Pakhuis de Zwijger zich op deze manier op richt, zijn volgens de commissie echter niet goed uitgewerkt. Voor de commissie is daarmee ook niet goed te beoordelen of het beoogde publiek aansluit bij de aard en omvang van de activiteiten.

Wel ziet de commissie de aanpak om herhaalbezoeken te vergroten en bezoekersgroepen te verbreden als positief. De commissie had echter graag willen lezen in welke doelgroepen het bestaande brede publiek van Pakhuis de Zwijger te onderscheiden is en op welk publiek ze zich in komende periode gaat richten. Een onderdeel van de aanpak is de marketingmix en digitale (data-)strategieën. Deze vindt de commissie overtuigend. De communicatie-afdeling gaat de data- en digitale strategie versterken en er worden de komende periode meer digitale producten (explainervideo's, podcasts, thematische videobundels) ontwikkeld om een breed publiek te kunnen bereiken. De commissie vindt dit goed aansluiten bij de hybride en digitale (delen van) programma’s. Ook de samenwerking met journalisten en journalistieke platforms vindt de commissie een sterke aanpak. In het plan wordt daarnaast aannemelijk gemaakt dat er goed over formats, locaties en partners wordt nagedacht om een breed publiek te bereiken. De commissie oordeelt dan ook dat er volgens haar een goede aanpak ligt om een breed publiek te bereiken, maar dat er niet helder genoeg geformuleerd is op wie Pakhuis de Zwijger zich daarbij specifiek richt.

Hoewel het aanbod van Pakhuis de Zwijger geconcentreerd is in Oost, dragen de activiteiten volgens de commissie enigszins bij aan de spreiding van het culturele aanbod en publiek. In de stadsdelen Nieuw-West, Noord en Zuidoost heeft Pakhuis de Zwijger dependances ontwikkeld, die daar op beperkte schaal activiteiten ontwikkelen en publiek bereiken.

De commissie vindt het positief dat Pakhuis de Zwijger daarbij voortaan meer in coproductie gaat werken met het Bijlmer Parktheater. Ook is er het ‘Vrouwen van Zuidoost-project’ samen met het Amsterdam Museum. Het is voor de commissie vanuit het plan echter lastig te herleiden hoe groot het draagvlak is in de stadsdelen voor deze wijkgerichte benadering. Het geeft geen duidelijke omschrijving van wat precies de rol van Pakhuis de Zwijger is binnen deze samenwerkingen en binnen deze stadsdelen. Goede reflectie op de ervaringen die in de afgelopen jaren in de dependances zijn opgedaan, had daarbij kunnen helpen.   

Diversiteit & Inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zwak.

Pakhuis de Zwijger heeft geen overtuigende visie beschreven op diversiteit en inclusie. Pakhuis de Zwijger geeft aan dat ze zowel in programma, publiek en partners een adequate representatie van stad en land nastreeft, maar het wordt de commissie niet duidelijk wat de doelstellingen daarbij zijn of welke keuzes daarbij worden gemaakt op het gebied van culturele diversiteit, diversiteit in de zin van gender en seksualiteit, bijdrage aan sociaal-economische kansengelijkheid of het vergroten van de toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Ook wordt er geen reflectie gegeven op wat in de voorgaande periode is bereikt op dit vlak. In het plan wordt alleen benoemd dat de organisatie er doorgaans in slaagt om doelstellingen op gebied van diversiteit te bereiken. De commissie zou een meer doordachte visie op gebied van diversiteit en inclusie passend vinden bij een grootstedelijke organisatie als Pakhuis de Zwijger die zich actief inzet om meer rechtvaardigheid voor iedereen te bewerkstelligen. De commissie vindt dat de organisatie hier explicieter op in had moeten gaan in het plan.

De commissie ziet geen overtuigende aanpak van Pakhuis de Zwijger om diversiteit en inclusie in het publieksbereik en de eigen organisatie te verwezenlijken. Ten aanzien van de eigen organisatie ziet de commissie geen aanpak voor diversiteit en inclusie terug in het plan.  

De commissie ziet in de voorgenomen programmalijnen, samenwerkingsverbanden en -partners, thematieken en projecten wel overtuigend dat het programma-aanbod hier aandacht aan besteedt. Onderwerpen als sociaal-economische onrechtvaardigheid, (anti)racisme en queercommunity’s maken nadrukkelijk, en in een samenhang van activiteiten, deel uit van de agenda. De commissie verwacht dat een in meerdere opzichten divers publiek zich aangesproken zal voelen door de thematiek. Ook deelt de commissie de mening dat door gratis programma drempels verlaagd worden. Maar zij vindt het daarmee nog niet vanzelfsprekend dat er ook daadwerkelijk een divers samengesteld publiek bereikt wordt. Daarvoor is ook ondersteuning van marketing of communicatie nodig. 

De organisatie geeft aan dat het gebouw Pakhuis de Zwijger toegankelijk is voor mensen met een beperking. Er worden geen verdere stappen benoemd. Over het geheel vindt de commissie de aanpak van Pakhuis de Zwijger op het terrein van diversiteit en inclusie daarmee te weinig concreet en actief, terwijl de missie van de organisatie daar juist zo veel kansen voor biedt. 

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende.

Pakhuis de Zwijger heeft een heldere visie op de bedrijfsvoering in het plan weergegeven, waarbij duidelijk is hoe de organisatie de komende jaren met mensen en middelen wil omgaan. De organisatie komt in dit opzicht uit een turbulente tijd, waarin kwesties rond sociale veiligheid, governance en organisatiestructuur nauw met elkaar samenhingen, en daarover ook in de media veel te doen is geweest. Dit alles heeft veel impact gehad op de organisatie. In de aanvraag wordt hier echter niet op gereflecteerd, wat de commissie kwalijk vindt. De directie van Pakhuis de Zwijger is vervangen en heeft afgelopen periode onder leiding van een interim-directeur orde op zaken gesteld. Een groot aantal beleidsmatige zaken omtrent verbetering van de bedrijfsvoering is in de afgelopen periode in korte tijd reeds uitgevoerd, wat de commissie positief waardeert. De organisatiestructuur is nu goed op orde. Ten aanzien van de Governance Code Cultuur zijn verbeteringen aangebracht. Alle statuten en reglementen voor de stichting, de raad van toezicht en de directeur-bestuurder zijn in afgelopen periode aangepast door een gespecialiseerd bureau. Ook is gewerkt aan de vernieuwing van de raad van toezicht. De commissie heeft er daarmee vertrouwen in dat er nu een duidelijke structuur is met helder benoemde verantwoordelijkheden voor de raad van toezicht, de directeur-bestuurder en het managementteam, waarmee zorggedragen wordt voor een transparante bedrijfsvoering.

Ook ten aanzien van de naleving van de Fair Practice Code zijn aanpassingen gedaan. Vanaf 2024 volgt Pakhuis de Zwijger de cao voor Nederlandse Podia, waarbij tarieven voor freelancers zijn afgeleid van de salaristabel. De horecamedewerkers vallen onder de Horeca-cao of worden verloond via een payrollbedrijf volgens horecanormen. Daarmee is er nu voldoende aandacht voor fair pay. De commissie vindt dat er echter nog uitvoeriger had mogen worden stilgestaan bij de stappen op het gebied van sociale veiligheid, gelet op de turbulente tijd met kwesties rond sociale veiligheid. Er is een Code of Conduct opgesteld en dit heeft geleid tot een serie verbeteringen in de organisatie. Een gespecialiseerd bureau heeft aanbevelingen gedaan voor de veiligheid in de organisatie en die aanbevelingen zijn doorgevoerd, waarbij de commissie vooral over de organisatorische inrichting leest; dat een managementteam, HRM-medewerker en personeelsvertegenwoordiging zijn aangesteld. De commissie had verwacht meer te lezen over de uitgangspunten van de Code of Conduct en mist vermelding van een interne of externe vertrouwenspersoon. 

Pakhuis de Zwijger geeft aan ook aandacht te besteden aan de Code Duurzaamheid, hetgeen de commissie passend vindt in het streven naar rechtvaardigheid, dat de organisatie als missie hanteert. 

Pakhuis de Zwijger geeft aan dat door het scala aan samenwerkingspartners die bijdragen aan de eigen inkomsten eventuele risico’s op financieel vlak goed beheerst kunnen worden, de commissie vindt dit realistisch.

Het plan van Pakhuis de Zwijger is op organisatorisch en financieel vlak grotendeels realistisch en uitvoerbaar. De organisatie en de werkwijze zijn stevig neergezet, met een versterking in de programma-afdeling en bij marketing, waarmee de beoogde activiteiten volgens de commissie kunnen worden gerealiseerd. De huidige positie van directeur-bestuurder wordt interim bekleed. Het plan maakt echter niet duidelijk hoe Pakhuis de Zwijger kijkt naar de overgang naar een nieuwe directie. Gezien het grote belang van keuzes in het bestuur van de organisatie om de herstelde stabiliteit en veiligheid van de organisatie te borgen, had de commissie daarin inzicht willen krijgen.  De financiële huishouding van Pakhuis de Zwijger is op orde. Er is een significant eigen vermogen, waardoor er geen grote financiële risico’s zijn. De begroting is passend bij het plan voor komende periode. Er is een goede financieringsmix die realistisch is, waarbij er naast AFK ook bijdragen komen vanuit onder andere OCW en diverse Europese fondsen.

De commissie merkt wel op dat Pakhuis de Zwijger geen inspanningen verricht om voor een deel van de activiteiten publieksinkomsten te verwerven. Een onderbouwing voor het feit dat alle activiteiten gratis toegankelijk moeten zijn, vindt de commissie niet terug. De commissie is van mening dat in relatie tot het grote eigen vermogen en de opgenomen subsidiebedragen, de mogelijkheden om eigen inkomsten te verwerven beter verkend moeten worden.

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Pakhuis de Zwijger te honoreren met het gevraagde bedrag van € 550.000 per jaar.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Podia voor Podiumkunsten en Debat.