OpusOne

Muziek en muziektheater
Aangevraagd: € 100.000
Toegekend: € 0

Inleiding

OpusOne produceert bestaande en ontwikkelt nieuwe musicals in Amsterdam. De thematiek en inspiratie zijn (gender)identiteit en bewustwording binnen lhbtiq+gemeenschap, vooroordelen en discriminatie, en effecten van (post)koloniaal beleid. OpusOne produceert zowel zelfstandig als samen met andere organisaties zoals DeLaMar, MusicalMakers en Frank Sanders Akademie. Het gezelschap wil bijdragen aan meer pluriformiteit binnen het musicalaanbod. OpusOne levert naar eigen zeggen een unieke bijdrage aan de cultuur in Amsterdam. Het gezelschap stelt dit te doen door een belangwekkende inhoud op een toegankelijke manier voor een divers en vooral ook jong theaterpubliek te vertonen. OpusOne streeft ernaar om betekenisvolle theaterervaringen te creëren en op deze manier een nauwere band tussen spelers en publiek te bevorderen.

OpusOne streeft naar een evenwichtige selectie van nieuw Nederlands en bestaand buitenlands repertoire. In de komende periode brengt OpusOne zes bestaande producties naar Nederland en ontwikkelt zes nieuwe musicals, waarvan vijf in samenwerking met MusicalMakers. Twee van de producties zijn uitsluitend in Amsterdam te zien, terwijl de andere producties ook een landelijke tournee hebben. Het thema van vooroordelen en discriminatie loopt als een rode draad door de totale repertoireselectie. OpusOne speelt gemiddeld honderd voorstellingen per jaar, waarvan een derde in Amsterdam. De organisatie heeft de ambitie om in de komende periode te groeien en te professionaliseren, en daarbij het vaste team uit te breiden van drie naar zes personen.

Opus One ontving een tweejarige subsidie 2021-2022 uit de Regeling Ontwikkeling van € 60.000 per jaar (toekenningsbedrag 2021). 

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 100.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.

De commissie leest in het plan duidelijk de artistieke signatuur. OpusOne brengt kleinschalige eigentijdse musicals die vernieuwend en geëngageerd zijn. Deze musicals bestaan uit zowel nieuw Nederlands repertoire als buitenlands, off-Broadway, bestaand repertoire. De commissie is van mening dat OpusOne zich met deze mix van vooruitstrevend nieuw en bestaand werk onderscheidt van andere gezelschappen. De commissie vindt dat de artistieke signatuur duidelijk naar voren komt in de keuze van de thematieken. Voor de komende periode zijn dat (gender)identiteit en bewustwording binnen lhbtiq+-gemeenschap, vooroordelen en discriminatie, en effecten van (post)koloniaal beleid. Dit ziet de commissie terug in bijvoorbeeld Arondéus, een voorstelling over beeldend kunstenaar, illustrator, auteur en verzetsstrijder Willem Arondéus, die tijdens WOII al openlijk voor zijn homoseksualiteit uitkwam. 

De omschreven activiteiten spreken bij de commissie tot de verbeelding. De commissie vindt dat OpusOne interessante en gewaagde keuzes in het programma maakt, die nieuwsgierigheid wekken en die wat zeldzamer zijn binnen het musicalgenre. Bovendien vindt de commissie de afwisseling van bewezen off-Broadwayproducties met nieuw materiaal waardevol. 

De namen van de muzikale leiders en componisten worden in het plan genoemd en wekken volgens de commissie vertrouwen. Het plan gaat echter niet scherp in op de rol van muziek en de toepassing ervan. Dit blijft volgens de commissie beperkt tot schetsen, waardoor het weinig informatie geeft en er geen duidelijk beeld ontstaat van het artistieke eindproduct. Daarnaast streeft OpusOne volgens het plan in de komende periode naar innovatie en experiment. De commissie vindt dit vanuit artistiek oogpunt interessant, maar leest onvoldoende in het plan terug hoe dit vorm krijgt. Zo wordt voorstelling Brokeback Mountain in het plan omschreven als een vernieuwende mix van toneel en muziek. Echter de manier waarop deze vorm vernieuwend is, leest de commissie niet uit het plan. 

OpusOne geeft aan dat het, mede dankzij de ondersteuning vanuit de regeling Ontwikkeling van het AFK, meer eigen repertoire heeft ontwikkeld de afgelopen jaren. Daarnaast is de samenwerking met het DelaMar Theater en MusicalMakers volgens het gezelschap van positieve invloed geweest op de artistieke ontwikkeling. De commissie vindt dat het gezelschap met de plannen voor 2025-2028 logisch verder bouwt aan de gekozen artistieke koers. De commissie vindt dat zichtbaar de afspiegeling van de samenleving standaard doorgevoerd wordt in de repertoirekeuze en de casting. 

De commissie vindt de artistieke betekenis voor publiek en stad duidelijk en overtuigend. Het is voor de commissie duidelijk wat het gezelschap teweeg wil brengen bij het publiek. OpusOne wil een breed scala aan achtergronden en perspectieven weerspiegelen met de producties. Dit blijkt uit de thema’s die worden behandeld zoals eerder genoemd: (gender)identiteit en bewustwording binnen lhbtiq+-gemeenschap, vooroordelen en discriminatie en effecten van (post)koloniaal beleid. OpusOne wil op deze manier betrokkenheid laten zien bij gemarginaliseerde groepen en -individuen en zorgen dat zij zich herkennen in onderwerpen. De commissie is van mening dat door de thematieken en gekozen producties OpusOne hierin slaagt.   Wat OpusOne teweeg wil brengen in de stad komt naar voren door de samenwerkingen met Musicalmakers, DelaMar Theater en de drie musicalopleidingen in Nederland, Fontys in Tilburg, Codarts in Rotterdam en de Frank Sanders Akademie in Amsterdam. Met name door de samenwerkingen met opleidingen levert OpusOne een bijdrage aan talentontwikkeling en daarmee ook aan de ontwikkeling van het musicalgenre in Amsterdam, wat nu schaars is. Anderzijds is OpusOne nauw verbonden met de queer community en draagt met de producties bij aan de representatie hiervan op het podium in de stad. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als zwak.

De commissie vindt de visie op het belang voor de stad niet overtuigend. In het plan schrijft OpusOne te streven naar het bereiken van een jongere doelgroep. Deze doelgroep wordt echter niet verder gespecificeerd, waardoor de omschrijving volgens de commissie algemeen blijft. Het plan gaat sterk in op de redenen waarom de organisatie zich op deze groep richt. De commissie waardeert deze motivatie maar vindt het niet overtuigend omdat het niet duidelijk is wie OpusOne precies wil bereiken. Het gezelschap zet in op het bereiken van jongeren omdat de producties inhoudelijk aansluiten bij de belevingswereld van jongeren. De cast bestaat veelal uit jonge performers, wat volgens het gezelschap bijdraagt aan de aansluiting van de doelgroep bij de producties, de commissie beaamt dit.

De commissie kan uit het plan niet goed opmaken of het gezelschap erin slaagt de gewenste doelgroepen te bereiken. De commissie is van mening dat de analyse die is gedaan onvoldoende data bevat om er realistische conclusies over het publieksbereik aan te verbinden. Een verkoopanalyse in het plan laat zien dat een groot deel van het publiek bestond uit de leeftijdsgroepen 16 tot 25 jaar en 26 tot 35 jaar. De commissie vindt het positief dat het gezelschap het publieksbereik monitort. De publieksanalyse is echter gebaseerd op twee voorstellingen en alleen op de speellocatie DeLaMar.  De aanpak voor het bereiken van de beoogde doelgroepen vindt de commissie niet overtuigend. Voor traditionele publiciteit werkt OpusOne samen met pr-bureau Royal Promotions dat volgens de commissie succesvol zorgt voor media-aandacht. Hiermee wordt het algemene musicalpubliek bereikt. OpusOne heeft met steun van het Blockbusterfonds Xtra een nieuwe website en een social media aanpak opgezet. Dit was een belangrijke professionaliseringsslag volgens het gezelschap. De commissie is positief over de inzet van bijvoorbeeld TikTok en het inzetten van de musicalacteurs als contentmakers, maar vindt in het plan de socialmediastrategie algemeen beschreven. Bovendien mist de commissie hierin een onderbouwde aanpak om een jonge doelgroep te bereiken.

OpusOne geeft aan dat geen van de activiteiten plaatsvinden in de stadsdelen NieuwWest, Noord of Zuidoost. Op basis daarvan stelt de commissie vast dat de activiteiten van OpusOne niet bijdragen aan spreiding van het culturele aanbod in deze stadsdelen.

Diversiteit & inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als goed. 

Uit het plan spreekt volgens de commissie een overtuigende visie op diversiteit en inclusie. OpusOne streeft ernaar verhalen te vertellen die diversiteit raakt in de zin van gender en seksualiteit en culturele diversiteit met daarbinnen een breed scala aan achtergronden en perspectieven die in de producties weerspiegelen en slaagt hier volgens de commissie goed in. OpusOne geeft aan dat diversiteit en inclusie verweven zijn binnen de structuur van de organisatie en het artistieke profiel, de commissie onderschrijft dit. Het plan gaat in op enkele concrete doelstellingen ten aanzien van diversiteit en inclusie. OpusOne vindt het belangrijk dat het publiek zich moet kunnen identificeren met de voorstelling. De commissie ziet dit terug in de nieuwe producties en de eerdergenoemde thematieken. Een goed voorbeeld ziet de commissie in de voorstelling Orang Ambon over intergenerationeel trauma en hoe het koloniale verleden invloed heeft op huidige generaties.

In het plan benoemt OpusOne dat de creatives en castleden al divers zijn in culturele achtergrond, gender en leeftijd, met een, naar eigen zeggen, lichte oververtegenwoordiging in de queergemeenschap. Toch streeft het gezelschap naar meer culturele diversiteit in de cast, om ervoor te zorgen dat deze een afspiegeling is van de samenleving. De commissie vindt deze zelfreflectie positief en ziet deze verandering terug in de casts van de producties door de jaren heen.

Uit het plan komen geen concrete doelstellingen naar voren om een divers publiek te bereiken. De commissie waardeert de eerlijkheid en de reflectie van het gezelschap op eerdere keuzes bijvoorbeeld wat betreft casting. De komende periode blijft diversiteit bij het samenstellen van de cast en de creatieve teams een aandachtspunt van het gezelschap. Door de eerlijke reflectie op de afgelopen periode heeft de commissie vertrouwen dat het gezelschap deze doelstellingen als prioriteit ziet. Bovendien toont dit voor de commissie dat de nieuwe doelstellingen ten aanzien van het publiek logisch voortvloeien uit de afgelopen periode. 

De aanpak om de doelstellingen te verwezenlijken vindt de commissie concreet en realistisch. OpusOne stelt dat diversiteit en inclusie zijn verweven met het werk en de werkwijze die zij hanteert. Voor een divers en inclusief aanbod maakt OpusOne keuzes in het repertoire en de casting. De commissie ziet dit voldoende terug in het plan met de verschillende producties waarin thema’s als genderidentiteit, vooroordelen en discriminatie, en de nawerking van het koloniaal verleden aan bod komen. In het plan wordt gesproken van de ambitie om meer diversiteit en inclusie te realiseren binnen de artistieke teams. Voor de periode 2025-2028 werkt OpusOne daarom met twee vrouwelijke regisseurs. Kiki Jaski regisseert de productie Cirkels en Anouk Beugels doet de regie van Bernarda Alba. De commissie is positief over de intentie van OpusOne om met de Codarts Academie, Fontys Hogeschool voor de Kunsten en de Frank Sanders Akademie in gesprek te gaan over hoe de opleidingen hun streven naar een meer diverse samenstelling van hun studentenbestand kunnen bereiken. Hoewel OpusOne met bijvoorbeeld Arts & Culture Pride een langere samenwerking heeft, mist de commissie een uitgewerkte aanpak om een meer divers publiek te bereiken.

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als onvoldoende.

Uit het plan spreekt in de ogen van de commissie geen overtuigende visie op de bedrijfsvoering. De commissie leest wel een aantal keuzes die de organisatie maakt, in hoe zij wil omgaan met mensen en middelen. OpusOne hanteert de cao Toneel en Dans en past ook de honoraria van zzp’ers hierop aan. Het gezelschap heeft de vergoedingen voor performers op verschillende vlakken verbeterd, zoals het toevoegen van vergoedingen voor promotionele uitingen. Daarnaast heeft sociale veiligheid de aandacht van het gezelschap. OpusOne werkt met een onafhankelijk vertrouwenspersoon en deze is standaard aanwezig op alle eerste repetitiedagen. De commissie vindt dit positief, omdat hierdoor binnen alle lagen van de productie duidelijk wordt bij wie iemand terecht kan. Ook stelt het gezelschap de Governance Code Cultuur te volgen. De wens om een tweelaags bestuursmodel te introduceren versterkt het voldoen aan deze code. De commissie waardeert het aanstippen van de codes, maar is kritisch dat het plan verder niet in gaat op hoe het bestuur de principes van de codes toepast. 

In het plan wordt teruggekeken op de afgelopen periode en de verschuiving van taken en functies om de bedrijfsvoering te verbeteren. De afgelopen jaren werd er met een zeer compact team gewerkt en OpusOne wil dit uitbreiden om de uitvoerbaarheid te bevorderen. Door een andere verdeling in taken is de werkdruk afgenomen in het afgelopen jaar. De commissie is leest goede verbeterpunten in de reflectie, maar ziet ook voor de komende periode dat er nog steeds een hoge werkdruk ligt bij het kleine team. OpusOne benoemt in het plan geen risico’s en geeft ook niet aan hoe het hierop inspeelt. 

De producties komen met een relatief klein team tot stand en vanaf 2025 zal het team uitgebreid worden. Samen met de kennis en ervaring uit het verleden zorgt dit ervoor dat de commissie verwacht dat de plannen uitvoerbaar zullen zijn in organisatorisch opzicht. Daarentegen in financieel opzicht vindt de commissie het plan voor 2025-2028 niet realistisch en uitvoerbaar. OpusOne heeft een negatief eigen vermogen. Dit heeft ertoe geleid dat de zakelijk leider en de creatief producent hebben afgezien van een deel van hun honorarium. De commissie is van mening dat dit zorgelijke ontwikkelingen zijn en dat deze risico’s onvoldoende onderkend en toegelicht zijn. De commissie vindt een verdriedubbeling van het aantal bezoekers in 2026 ten opzichte van 2023 ambitieus, niet realistisch en niet passend. Het marketingplan en de organisatie zijn in de ogen van de commissie niet stevig genoeg om deze groei door te maken. OpusOne geeft wel aan bezig te zijn met professionalisering en de commissie waardeert dit.

De commissie vindt de toelichting op de begroting onvoldoende concreet om te overtuigen. De baten stijgen de komende jaren substantieel. Gezien het feit dat deze hogere baten niet in lijn liggen met de realisaties van afgelopen jaren en er niet duidelijk wordt gemaakt hoe deze gerealiseerd gaan worden is de commissie niet overtuigd van deze verhoging.  

De financieringsmix leunt volgens de commissie sterk op de bijdragen van het FPK en AFK. Hoewel de commissie dit begrijpt in het kader van professionaliseren en de eerste stap naar vierjarige subsidie, is de commissie van mening dat dit de organisatie in financieel opzicht ook kwetsbaar maakt. Een plan van aanpak voor andere financieringsmogelijkheden had kunnen helpen dit risico te verminderen. OpusOne begint aan deze kunstenplanperiode met een negatief eigen vermogen. Hoewel de organisatie aangeeft dat er nog een aantal aanvragen bij private fondsen uitstaan die kunnen resulteren in een positief resultaat, vindt de commissie dit alsnog een risico. Indien de fondsen niet honoreren, opgeteld bij het al zeer negatieve eigen vermogen, bestaat een reëel risico dat de ambities en plannen op dit punt niet gerealiseerd kunnen worden. De commissie waardeert de onderkenning van het risico, maar de toelichting als plan van aanpak vindt de commissie summier. 

De financiële huishouding is volgens de commissie onvoldoende op orde om het plan te dragen. De liquiditeitspositie en solvabiliteit zijn niet voldoende, waardoor eventuele kleine financiële risico’s niet op te vangen zijn. De toelichting op de begroting geeft aan dat door de lening de liquiditeit op dit moment gewaarborgd is. De commissie vindt dit positief, maar leest niet hoe dit voor de komende periode gewaarborgd wordt en wat de duur van deze lening is. 

Dit alles maakt dat de commissie van mening is dat de uitvoerbaarheid van het vierjarige plan niet realistisch is.  

Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van OpusOne niet te honoreren omdat deze een onvoldoende heeft behaald op het criterium Uitvoerbaarheid.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Muziek& Muziektheater.