Nederlands Philharmonisch Orkest

Cultuureducatie
Aangevraagd: € 220.000
Toegekend: € 0

Inleiding

Het Nederlands Philharmonisch Orkest | Nederlands Kamerorkest (hierna: NedPho|NKO) begeleidt de Nationale Opera en speelt symfonische concerten in de regio Noord-Holland, vooral in Amsterdam. Het programma voor educatie, talentontwikkeling en maatschappij focust op Amsterdam. Met schoolconcerten beoogt NedPho|NKO leerlingen uit de hele stad te bereiken, waaronder nadrukkelijk ook kinderen die van huis uit niet in aanraking komen met concertbezoek en het culturele leven. NedPho|NKO wil leerlingen in programma’s met grote bezetting laten ervaren wat een orkest met je kan doen. De organisatie ontvangt kinderen in haar eigen NedPho-Koepel in Oost en werkt samen met zalen in andere stadsdelen. Ook zoekt het orkest binding met de wijk met verschillende muzikale evenementen.

In de komende beleidsperiode zet NedPho|NKO in op het bereiken van een breed publiek, waarbij diversiteit en inclusie volgens de organisatie belangrijke uitgangspunten zijn. Het orkest wil dat klassieke muziek voor alle kinderen toegankelijk is. In zijn educatieaanbod start het orkest een extra programma voor het vmbo.

Belangrijkste element van alle educatieprogramma’s is volgens NedPho|NKO de ervaring van livemuziek door een groot orkest. Concertbezoek wordt voorafgegaan door voorbereidend lesmateriaal en programma´s worden in samenspraak met onderwijspartners ontwikkeld. 

De organisatie investeert ook in de toekomst van klassieke muziek door talent actief te ondersteunen met het Leerorkest. Musici van NedPho|NKO coachen verschillende jeugdorkesten waaronder het Amsterdamse AYPhil. Met de Orkestacademie biedt NedPho|NKO werkervaringsplekken aan conservatoriumstudenten om een brug te slaan tussen opleiding en praktijk. NedPho|NKO continueert de samenwerking met de compositieafdeling van het Conservatorium van Amsterdam waarin studenten nieuw werk schrijven voor ensembles uit het orkest.

Nederlands Philharmonisch Orkest | Nederlands Kamerorkest ontvangt een vierjarige subsidie 2021-2024 binnen het Kunstenplan van € 116.261 per jaar.

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 220.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als voldoende.

NedPho|NKO is in de ogen van de commissie een artistiek hoogwaardig orkest. De commissie is lovend over de muzikale kwaliteit. In de plannen voor de educatieactiviteiten komt volgens de commissie een onderscheidende signatuur naar voren, die erin bestaat dat het orkest daarin de live-ervaring centraal stelt. De artistieke eigenheid spreekt volgens de commissie ook uit het feit dat in activiteiten de muziek centraal staat en niet een verhaal.

De organisatie blikt in het plan terug op artistieke ontwikkelingen van de afgelopen jaren en benoemt een aantal succesvolle samenwerkingen en producties. Goed dat in het educatieaanbod de ontmoeting van leerlingen met een groot orkest gecontinueerd wordt. Het wordt de commissie echter niet volledig duidelijk waar NedPho|NKO alle keuzes voor de toekomst op baseert, zoals het hervormen van de Orkestacademie. Ook mist een toelichting op het volledig stopzetten van het Amsterdamse jeugdorkest AYPhil en op hoe muziektalent nu kan doorstromen. De signatuur van talentontwikkeling komt wel tot uiting in het continueren van de pilot met de compositieafdeling van het Conservatorium van Amsterdam evenals de samenwerking met het Leerorkest. 

De gekozen programma´s en thema’s zoals een muzikaal sprookje vindt de commissie niet bijzonder tot de verbeelding sprekend, maar wel passend bij de mogelijkheden van een orkest. Voorbereidend op de ontmoeting met een orkest voeren leerlingen op school een aantal lessen uit. De commissie vindt het digitale lesmateriaal niet zo goed passen bij de signatuur, waarin de nadruk juist ligt op de live-ervaring van een groot orkest. 

In het algemeen vindt de commissie een aantal aspecten van de activiteiten weinig uitgewerkt, waardoor de commissie niet helemaal overtuigd is dat deze goed aansluiten bij de artistieke signatuur. Dat geldt bijvoorbeeld voor de invulling van de lessen en de mate van begeleiding van deelnemers. Ook het innovatieve karakter van sommige programmaonderdelen komt volgens de commissie door een gebrek aan uitwerking niet zo goed uit de verf. De nieuw te ontwikkelen voorstelling voor de onderbouw bijvoorbeeld, had meer tot de verbeelding kunnen spreken als het plan daarover wat meer had verteld.

Het is de commissie helder wat NedPho|NKO teweeg wil brengen bij deelnemers. Het orkest wil kinderen introduceren in de klassieke muziek en hen op een impactvolle manier kennis laten maken met een orkest. De commissie verwacht dat de ontmoeting met een live orkest een positieve en onvergetelijke ervaring kan zijn voor kinderen. Omdat veel van de artistieke activiteiten in het plan summier zijn uitgewerkt, is de commissie er echter niet helemaal van overtuigd dat deze aansprekend zijn voor de doelgroepen en aansluiten bij de impact die NedPho|NKO wil maken. Positief is de commissie wel over die activiteiten die zichtbaar zijn afgestemd op een specifieke doelgroep, zoals de educatieprogrammering die het orkest heeft ontwikkeld voor het speciaal onderwijs.

In stadsdeel Oost, waar het orkest zijn thuisbasis heeft, wil het orkest de binding met de buurt vergroten en buurtbewoners een inspirerende plek bieden. De commissie verwacht dat dit lukt met de investering van NedPho|NKO in laagdrempelige activiteiten in de buurt, zoals het jaarlijkse Koepelfestival met amateurmusici en de concerten voor en door buurtbewoners. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als zwak.

De commissie vindt de visie van NedPho|NKO op het bereik in de stad in zijn algemeenheid voldoende onderbouwd. De organisatie wil zich in het bijzonder richten op kinderen die van huis uit niet de mogelijkheden hebben om op te groeien met cultuur en concertbezoek. De activiteiten in de NedPhO-Koepel voor Leerorkestscholen uit voornamelijk Zuidoost, vindt de commissie in dit kader passend.  De commissie vindt echter dat NedPho|NKO de beoogde doelgroepen niet echt helder heeft geformuleerd. In het plan zijn deze alleen in algemene termen beschreven als ‘nieuwe’ of ‘diverse’ doelgroepen of ‘het primair onderwijs’. Omdat het ook ontbreekt aan bijvoorbeeld een omschrijving van de wijze waarop het beoogde dialooggestuurde aanbod met onderwijspartners tot stand komt, is de commissie er niet van overtuigd dat de aard en omvang van de doelgroepen logisch aansluiten op de aard en omvang van de activiteiten.

Wel gaat het plan kort in op het bereiken van vmbo-leerlingen. Volgens NedPho|NKO is er onder die leerlingen behoefte aan culturele verdieping. De organisatie werkt daarom samen met JINC aan een bliksemstage om leerlingen in een dagdeel te laten kennismaken met een orkest en de organisatie daaromheen. De commissie vindt dit een goed initiatief, maar omdat het slechts een dagdeel betreft vindt zij dit plan niet genoeg passen bij die behoefte aan verdieping. 

De aanpak om publiek te bereiken is beperkt, maar volgens de commissie wel passend. NedPho|NKO investeert voornamelijk in het brede netwerk van partners in de stad, zoals De Rode Loper op School, Het Concertgebouw en de Alliantie Muziekeducatie Amsterdam. Het zijn deze partners die de scholen aandragen en met wie het orkest gezamenlijke mailings verstuurt. NedPho|NKO zelf voert een gericht prijsbeleid door een jongerentarief te hanteren voor concerten in de eigen Koepel. 

NedPho|NKO is gevestigd in Oost, waar het orkest een eigen concertruimte heeft. De meeste (educatie)projecten vinden dan ook daar plaats. De commissie is positief over de ambitie om in samenwerking met Theater de Meervaart een aantal activiteiten in Nieuw-West te realiseren, al betreffen dit niet uitsluitend educatieactiviteiten. De commissie vindt het ook positief dat de organisatie samenwerkt met scholen in Zuidoost, maar stelt vast dat het orkest daarvoor niet naar Zuidoost gaat. In het plan wordt dat verklaard door te wijzen op het feit dat er geen locaties zijn in Zuidoost waar het orkest kan spelen. Daarom bezoeken de leerlingen het orkest op de thuisbasis in de Koepel. De commissie moet daarom constateren dat de activiteiten van NedPho|NKO weinig bijdragen aan spreiding van het culturele aanbod en het publieksbereik in de stadsdelen Nieuw-West, Noord en Zuidoost.

Diversiteit & Inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zwak.

Het orkest wil zijn publiek en organisatie een afspiegeling laten zijn van de samenleving. NedPho|NKO heeft de intentie om meer stappen te gaan zetten richting diversiteit in de volle breedte. De commissie vindt dit een erg generieke en magere visie. Positief vindt zij wel dat het orkest om sociaal-economische kansenongelijkheid te verkleinen, meer wil focussen op kinderen die van huis uit niet de mogelijkheden hebben om op te groeien met cultuur en concertbezoek. 

De reflectie op afgelopen periode is met name gericht op stappen die gezet zijn in de diversiteit van het publiek. NedPho|NKO heeft succesvol ingezet op publieksverbreding in leeftijd en op het vergroten van toegankelijkheid door onder meer prijsbeleid. Op het gebied van personeel, programma en partners vindt de commissie de reflectie beknopt. Met partners wordt een aantal programma’s voortgezet, zoals het festival SOUK en een productie met Nationale Opera & Ballet. In het educatieaanbod leest de commissie niet zulke concrete keuzes terug. NedPho|NKO geeft aan dat de organisatie nog niet zo’n diverse samenstelling heeft als ze wenst. De commissie waardeert die transparantie, maar vindt dat hier geen overtuigende keuzes uit voortkomen. De commissie herkent het beeld niet dat het aantal musici van kleur zeer schaars zou zijn en is kritisch dat het orkest hier weinig concrete doelstellingen aan verbindt, bijvoorbeeld in relatie tot talentontwikkeling. 

De commissie is op veel punten kritisch over de aanpak voor diversiteit en inclusie in het aanbod, het bereik en de organisatie. Om een diverser publiek te bereiken kiest het orkest voor extra inzet op educatie voor het vmbo en speelbeurten in de Meervaart. De commissie vindt die programmering in beginsel een goed idee, maar zij is er tegelijkertijd niet van overtuigd dat de aanpak zal werken, omdat het plan niet vermeldt hoe het orkest de educatieactiviteiten afstemt op kinderen die de taal van klassieke muziek niet kennen. In de reguliere programmering ziet de commissie wel goede voorbeelden die het aanbod diverser maken en zodoende de aansluiting met een meer divers publiek te vinden. Uit die voorbeelden leidt de commissie echter af dat NedPho|NKO daarvoor erg zwaar leunt op de inbreng van partners, zoals het Amsterdams Andalusisch Orkest. 

De acties om diverser personeel te werven, zoals de inzet van specifieke wervingsbureaus, wierpen in het verleden nog weinig vruchten af. De aanpak voor het vergroten van het personeelsbestand in de komende jaren vindt de commissie weinig concreet. Het plan volstaat met het uitspreken van goede voornemens zoals aandacht hebben voor diversiteit en streven naar meer diversiteit of daar actief naar zoeken. Daardoor verwacht de commissie niet de voornemens gehaald worden.

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende.

Uit het plan spreekt volgens de commissie een overtuigende visie op de bedrijfsvoering. De organisatie zegt te staan voor een rechtvaardige en respectvolle werkomgeving met aandacht voor duurzame inzetbaarheid, aangezien het beroep van musicus mentaal en fysiek zwaar is. Het orkest hecht eraan zelf deskundigheid en capaciteit op het gebied van educatie in huis te hebben. In de komende jaren zijn investeringen nodig in ICT, de optimalisering van de bedrijfsvoering en onderhoud en verduurzaming van het pand.  

De commissie ziet dat er aandacht is voor sociale veiligheid, hetgeen tot uitdrukking komt met onder meer een Code Gewenst Gedrag. De aandacht voor goed werkgeverschap blijkt naar het oordeel van de commissie uit het feit dat het orkest de cao Nederlandse Orkesten en de cao Remplaçanten Nederlandse Orkesten naleeft, het voornemen heeft om passende salarisverhogingen door te voeren en uit de toenemende aandacht voor loopbaanbeleid en duurzame inzetbaarheid. De commissie stelt echter vast dat zij deze voornemens niet terug kan zien in de begrotingen die het orkest heeft aangeleverd. 

Op basis van het plan krijgt de commissie het beeld van een financieel degelijke organisatie die in staat moet worden geacht om het plan voor de komende jaren te dragen. NedPho|NKO beschikt over een stevig eigen vermogen om risico’s en tegenvallers op te vangen. Ook zijn er verschillende financiële risico´s genoemd en daaruit voortvloeiende beheersmaatregelen in de vorm van kostenbesparingen.  NedPho|NKO reflecteert op de afgelopen jaren. Daarin heeft de organisatie aandacht besteed aan het welzijn en de vitaliteit van de musici. Voor de commissie is het logisch dat dat komende periode gecontinueerd wordt, waarbij het orkest ook oog heeft voor loopbaanbeleid en de ontwikkeling van medewerkers. Training en scholing is hier volgens het orkest een vanzelfsprekend onderdeel van. Maar hoewel de organisatie aangeeft dat het belang van cultuureducatie binnen de organisatie breed wordt gedragen en dat musici en staf hierin graag investeren, mist de commissie aandacht voor scholing van musici die gericht is op cultuureducatie of het werken met een jonge doelgroep. Dat is des te opvallender omdat NedPho|NKO wel investeert in scholing op maat voor musici en voor de ontwikkeling van coachende vaardigheden van managers en aanvoerders.

De commissie is niet op alle punten overtuigd van de uitvoerbaarheid en realiteitszin van het plan voor de activiteiten in 2025-2028. De commissie ziet NedPho|NKO als een stevige organisatie die in organisatorisch en financieel opzicht in staat moet worden geacht om de voornemens uit te voeren. Er staat een professionele organisatie en de educatiemedewerkers zijn ervaren. De commissie ziet in de begroting een goed gevarieerde financieringsmix. De educatieactiviteiten worden deels betaald uit sponsoring, fondsen en private bijdragen. Opvallend vindt de commissie de forse stijging in beoogde sponsorinkomsten, die in de komende periode toe moeten groeien naar een verzevenvoudiging van het huidige bedrag. Omdat het orkest hier geen onderbouwing bij geeft, is de commissie niet overtuigd van de haalbaarheid daarvan.  De commissie vindt de educatiebegroting erg beknopt. Deze bestaat uitsluitend uit algemene kostenposten. De begrote bedragen zijn niet gespecificeerd. Het is de commissie onduidelijk waar de bedragen op gebaseerd zijn. Zij mist toelichting op bijvoorbeeld uurtarieven of kostenspecificaties per educatieactiviteit. De commissie is er dan ook niet van overtuigd dat de kosten passend zijn. De drie onderdelen waar NedPho|NKO in het plan specifiek een bijdrage voor vraagt aan het AFK - hogere personeelskosten, vmbo-activiteiten en opvoeringen in Nieuw-West - zijn niet terug te vinden in de begroting. De commissie kan op basis van de begroting niet vaststellen dat deze bijdrage reëel is.

Conclusie  

De commissie adviseert de aanvraag van Nederlands Philharmonisch Orkest | Nederlands Kamerorkest niet te honoreren omdat deze tien of minder punten heeft behaald. 

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Cultuureducatie.