Granate
Inleiding
Granate zet sinds 2012 woordkunst in combinatie met film en andere disciplines in om de culturele sector toegankelijker en inclusiever te maken. Granate biedt woordkunstenaars, voornamelijk makers van kleur en makers met een
migratieachtergrond, de kans om hun werk vanuit persoonlijke verhalen met een breed publiek te delen, en streeft ernaar om onzichtbaar talent zichtbaar te maken. Granate programmeert actief voor nieuwe doelgroepen met diverse culturele achtergronden. Door de programmering weet Granate naar eigen zeggen deze doelgroepen ook aan zich te binden. Granate biedt activiteiten die ook een ontmoetingsplaats vormen voor bekend en onbekend talent. Deze activiteiten dragen bij aan het versterken van het netwerk van makers en er ontstaan vaak nieuwe samenwerkingsverbanden.
Na elf jaar nomadisch leven, heeft Granate zich in januari 2024 definitief gevestigd in een broedplaats op de Chasséstraat in Amsterdam-West, waar de organisatie beschikt over een werkruimte en een grote zaal om een eigen podium te creëren. De plannen voor 2025-2028 zijn dan ook om van deze plek een community voor de buurt en een podium voor de makers te maken.
In de periode 2025-2028 wil Granate een aantal doelen verwezenlijken: nog meer professionele woordkunstenaars van kleur zichtbaar maken en bijdragen aan hun professionele groei, als dé plek voor woordkunst en film meer publiek bereiken in Amsterdam-West en Nieuw-West, bijdragen aan innovatie en nieuwe artistieke producten voor makers van kleur, en kennis over diversiteit en inclusie delen.
Granate ontvangt geen meerjarige subsidie binnen het Kunstenplan 2021-2024.
Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld €85.000,00 per jaar in het kader van het Kunstenplan.
Artistiek belang
De commissie beoordeelt het artistiek belang als zwak.
De commissie vindt dat uit het plan geen duidelijke artistieke signatuur naar voren komt. Door professionele woordkunstenaars van kleur een stem te geven, waaronder met name voormalig vluchtelingen en andere ondervertegenwoordigde groepen in het culturele veld, wil Granate bijdragen aan een meerstemmige stad, waarin begrip tussen mensen van verschillende culturen vergroot wordt en waar het werk van een deels onzichtbare groep onder de aandacht wordt gebracht van publiek en vakgenoten. Deze missie vindt de commissie lovenswaardig, maar ze constateert dat Granate dit vooral formuleert vanuit de te bereiken makers, deelnemers en groepen, en niet vanuit de artistiek-inhoudelijke uitgangspunten die zij in samenhang daarmee kiest.
Dit werkt door in de concrete activiteiten. Granate ontwikkelt, produceert en presenteert culturele activiteiten waarbij woordkunst centraal staat en film de ondersteunende discipline is. Een aantal van deze activiteiten vindt de commissie tot de verbeelding spreken, maar artistieke uitgangspunten voor het geheel benoemt Granate niet in het plan.
De commissie stelt dat Granate, ontstaan uit een noodzaak om diversiteit en inclusie in het letterenveld te bevorderen, zich daarmee zeker aan het begin van haar bestaan onderscheidde van andere (letteren)organisaties in Amsterdam en Nederland. Nu veel meer van deze organisaties meerstemmigheid brengen en makers van kleur een podium bieden, ligt het onderscheidende van Granate volgens de commissie met name in de specifieke focus op verhalen van vluchtelingen en onontdekte makers binnen die groep. Granate zou hier volgens de commissie een voorloperspositie in kunnen hebben, maar werkt die focus echter niet verder uit.
Granate schrijft in het plan de disciplines woordkunst en film samen te brengen. De toevoeging van film is nauwelijks vertaald naar activiteiten. Alleen in de tweejaarlijkse documentaireserie Words That Matter, waarin woordkunst vervlochten wordt met dans, muziek, fotografie of een andere kunstvorm, is de verwevenheid duidelijk te zien. Losse filmvertoningen die de organisatie later op de planning heeft staan, zijn niet verbonden met woordkunst.
Een aantal van de activiteiten is zeker prikkelend, en spreekt tot de verbeelding volgens de commissie: het programma Yalda vanwege de aandacht voor het bijzondere feest, het wijkprogramma Poëzie op de Stoep vanwege de zichtbaarheid in de openbare ruimte, het online gedicht van de maand vanwege de laagdrempelige mogelijkheid om te participeren. Maar bij de activiteiten krijgt de commissie eveneens niet altijd goed zicht op de artistieke uitgangspunten of invulling. Ze vindt het bijvoorbeeld een aansprekend concept dat er bij het Great Granate Gala 30 dichters op het podium staan aangevuld met muziek, theater en dans, maar het is niet duidelijk hoe de selectie van deze makers plaatsvindt, wie deze selectie doet, wie of wat er verder geprogrammeerd wordt en voor welk publiek Granate dit doet.
Het plan maakt in de basis duidelijk wat de organisatie teweeg wil brengen bij makers, publiek, stad en wijk, maar van de uitwerking daarvan is de commissie minder overtuigd. Granate wil dat makers de erkenning krijgen die ze verdienen. Ook wil ze met haar activiteiten een positieve rol spelen voor haar publiek in de beleving van de eigen wijk, de lokale betrokkenheid en de verbinding met andere wijken in de stad. Op die manier brengt Granate makers en publiek samen om dialoog en begrip in de samenleving te bevorderen.
De grote verandering die de stichting de komende jaren inzet, is het beheren van Podium Granate in de Chassébuurt in West, waar de organisatie inmiddels al is ingetrokken. Na jaren van nomadisch programmeren vindt Granate het tijd voor een vaste uitvalsbasis, waar een community kan ontstaan en samenkomen. Dat dit kansen biedt voor lokale betrokkenheid, ziet ook de commissie. De wens om communitygericht te gaan werken en echt een podium voor de buurt te worden, verdient dan wel meer uitwerking volgens de commissie om daadwerkelijk aansprekend te kunnen zijn voor de beoogde bezoekers of deelnemers. Daarbij had ook reflectie op de afgelopen jaren kunnen helpen, waarin Granate al een (tijdelijke) plek had in Nieuw-West. Het plan gaat niet in op voor de toekomst relevante ervaring die in die tijd is opgedaan. De beoogde communityactiviteiten ‘Op de Zeepkist’ en ‘Ontmoetingsplek’ zijn in het plan slechts schetsmatig omschreven. Op de Zeepkist geeft vijftig makers maandelijks de kans om het podium te betreden voor een voordracht en/of interactieve sessie. Wat de invulling van deze activiteit is en hoe en op basis waarvan de vijftig makers maandelijks geworven worden, is voor de commissie niet helder. ‘Ontmoetingsplek voor woordkunstenaars’ biedt makers een centrale plek om te schrijven, eten en elkaars werk te lezen/beluisteren, maar het is onduidelijk wat Granate daarvoor doet, anders dan het pand ter beschikking stellen. Het betrekken van buurtbewoners bij het nieuwe podium vindt de commissie wel overtuigend: met name door het gebruik van de openbare ruimte, bijvoorbeeld via het project Poëzie op de stoep, kan woordkunst onverwacht leiden tot ontmoeting en dialoog. De commissie is ook positief over de Read-A-Long met buurtbewoners en de beoogde atelierfunctie van het gebouw. Voor makers ziet de commissie het potentieel van Podium Granate als een innovatieve ruimte voor artistieke ontwikkeling, die kan bijdragen aan het empowerment van vluchtelingen en minder gerepresenteerde groepen in Amsterdam. Toch is de commissie ook hier kritisch: het plan geeft te weinig lading en invulling aan de genoemde activiteiten om te kunnen beoordelen of de activiteiten aansprekend zullen zijn voor deze makers en deelnemers.
Belang voor de stad
De commissie beoordeelt het belang voor de stad als zwak.
De organisatie richt zich op twee hoofddoelgroepen: de makers en het publiek dat hun activiteiten bijwoont. Dit sluit aan bij de doelstelling om ‘onzichtbare makers’ zichtbaar te maken. Echter, de commissie constateert dat er een gebrek aan reflectie is op de verscheidenheid van en binnen de twee doelgroepen. Daardoor herkent de commissie geen duidelijke onderbouwde visie op het bereik in de stad. De genoemde doelgroepen zijn, zonder die nog in makers en publiek uit te splitsen, bijvoorbeeld poëziefans, filmfanaten, cultuurliefhebbers die zich graag laten verrassen, bewoners uit West (Baarsjes), bewoners uit Nieuw-West (De Vlugtlaan), yuppen, concert- en festivalbezoekers. Dit is, zo oordeelt de commissie, te generiek. Ondanks dat Granate aangeeft zowel kleurrijke makers als een divers publiek te bedienen, levert het plan volgens de commissie weinig bewijs van een bewuste strategie om deze twee verschillende groepen specifiek en gericht te benaderen. Dit is te zien in de marketingaanpak, die relatief summier is en een meer gestructureerde en gedetailleerde opzet verdient. De commissie is er daardoor niet van overtuigd dat de beoogde publieksgroei van 32.285 bezoeken in 2025 naar 72.885 bezoeken in 2028 realistisch is. Voor de commissie wordt uit het plan niet duidelijk of de aard en omvang van de activiteiten passen bij de aard en omvang van de doelgroepen, omdat deze niet gespecificeerd zijn. Ten aanzien van de lokale gemeenschap in de wijk, ontstaat bijvoorbeeld weinig inzicht in de bijzonderheden van deze doelgroepen en de wijze waarop ze te interesseren zijn voor activiteiten zoals Poëzie op de stoep. Omdat Granate net naar de nieuwe locatie is verhuisd, had het plan in de ogen van de commissie meer aandacht mogen besteden aan de wijze waarop Granate de interesses van de lokale gemeenschap gericht gaat onderzoeken en in kaart gaat brengen.
De aanpak om de doelgroepen te bereiken, bestaat uit het noemen van een aantal uitgangspunten die op zichzelf lovenswaardig maar ook erg generiek zijn. Kunst beleven, kleurrijke stad, nieuwe perspectieven, verbonden samenleving en inclusieve taal kunnen startpunten zijn voor een mooie marketingstrategie, zo oordeelt de commissie, maar het ontbreekt aan uitwerking en concrete acties. Een reflectie op het tot nu toe bereikte publiek en een koppeling met de jaren die nu komen, mist in het plan.
De commissie is wel positief over de lange lijst van samenwerkingspartners in de stad:
Urban Resort West & Nieuw West, Buddy Film Foundation, Broedplaats Chassé, New Metropolis Nieuw-West, Stchting De Verteller, Podium Mozaïek, Festina Lente, Cinema de Vlugt, Chassé Dance Studios en de OBA. Bij sommige van deze ziet de commissie duurzame samenwerkingen, zoals de afspraken met Cinema de Vlugt voor filmvertoningen, bij andere moeten de samenwerkingen nog opgezet worden (Festina Lente, Broedplaats Chassé) en verder uitgekristalliseerd. De doelstellingen van de beoogde samenwerkingen zijn niet altijd concreet en helder.
Granate was voorheen gevestigd in Nieuw-West, maar is recent verhuisd naar West. Alle activiteiten die in het aanvraagformulier zijn opgenomen, vinden volgens het plan plaats op de nieuwe locatie. De commissie ziet daarom niet waarop het percentage in het aanvraagformulier van 40% bezoekers in Noord en Nieuw-West is gebaseerd. Ze vindt het aannemelijk dat een deel van de bezoekers van Words that Matter (in Cinema de Vlugt) en mogelijk een aantal van de bezoekers van de activiteiten in opdracht en andere samenwerkingen in de focusstadsdelen wordt bereikt. Daarnaast constateert de commissie dat Granate niet reflecteert op de periode dat ze in Nieuw-West huisde. De commissie mist zicht op de resultaten die daar zijn behaald, wat die kunnen betekenen voor het bereik in Nieuw-West voor de komende jaren en welk draagvlak er is opgebouwd. Daarmee vindt de commissie dat Granate slechts op kleine schaal bijdraagt aan de spreiding van activiteiten en bereik in de stadsdelen Noord, NieuwWest en Zuidoost.
Diversiteit & Inclusie
De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als voldoende.
Granate is opgericht vanuit de noodzaak om makers van kleur zichtbaar te maken en te ondersteunen in hun groei. Het is evident dat Granate wil bijdragen aan een meerstemmige stad, waarin begrip tussen mensen van verschillende culturen vergroot wordt en waar het werk van een deels onzichtbare groep onder de aandacht wordt gebracht. Ze doet dit onder meer door te kiezen voor makers met een vluchtelingenachtergrond. Sterk vindt de commissie ook de focus op het werk van vrouwelijke schrijvers van kleur. De commissie constateert dat diversiteit en inclusie aan de basis staan van alles wat Granate onderneemt en organiseert.
Granate reflecteert wat betreft diversiteit en inclusie slechts deels op de afgelopen jaren.
De commissie constateert dat zowel de eigen organisatie als het bestuur een vertaling van de visie op diversiteit en inclusie zijn: meerstemmig en representatief. De organisatie geeft aan dat er een wervings- en promotiebeleid is dat diversiteit bevordert, maar dat wordt verder niet toegelicht.
Granate geeft aan dat de organisatie de laatste jaren naar eigen zeggen informeel heeft gefungeerd als kenniscentrum op het gebied van diversiteit en inclusie. De organisatie geeft aan regelmatig gevraagd te worden om iets te vertellen, te delen of te doen rondom diversiteit en inclusie. De commissie ziet dat als een interessante ontwikkeling. In het verlengde van de vragen die Granate op het gebied van diversiteit en inclusie krijgt, wil Granate de komende periode een kennisdelingssessie of workshop opzetten om aan te kunnen bieden aan partners. Dat sluit aan bij de wens om meer als kenniscentrum te fungeren voor maatschappelijke en culturele partners en is een loffelijk streven. Een tweede doelstelling van Granate is het diversifiëren van het publiek. Het is voor de commissie niet duidelijk welke doelgroepen volgens de organisatie missen.
Hoewel de commissie deze bovenstaande doelstellingen waardeert, ligt er geen overtuigend plan van aanpak aan ten grondslag. Aanzetten geeft Granate wel. Zo wil de organisatie om kennis over diversiteit en inclusie bij partners te bevorderen, samenwerken bij projecten van anderen, bijvoorbeeld als gastprogrammeur. Om kennis te delen bij kennisinstituten, belangenorganisaties, onderzoekscentra en kunstopleidingen wil Granate een workshop en/of kennisdelingssessie ontwikkelen. De commissie vindt het aannemelijk dat Granate deskundig is op dit gebied, maar over de inhoud van een dergelijke sessie staat in het plan niets.
De commissie is positief over de intrinsiek diverse en inclusieve manier van werken van Granate. Het is op grond daarvan aannemelijk dat Granate de beoogde diversiteit aan makers op het podium heeft staan en het beoogde diverse publiek bereikt. Maar de commissie mist in dat opzicht in het plan doelstellingen en concrete uitwerking. Het plan maakt maar beperkt duidelijk hoe Granate keuzes maakt om diversiteit en inclusie nog verder te bevorderen waar het gaat om programma en makers en het bereiken van publieksgroepen waar de organisatie nog niet zo bekend mee is.
De lijst partners beoordeelt de commissie als divers en inclusief, maar een plan van aanpak voor het bereiken van nieuwe partners ontbreekt.
Uitvoerbaarheid
De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als zwak.
De commissie is van mening dat uit het plan geen overtuigende visie op bedrijfsvoering spreekt. Het uitgangspunt voor de bedrijfsvoering is naar eigen zeggen een cultuur van respect, openheid en acceptatie, waarbinnen alle betrokkenen zich gewaardeerd en geaccepteerd voelen. De commissie vindt dat positief.
Granate hanteert een organisatiemodel met een directie en een Raad van Toezicht en geeft aan de Code Cultural Governance te onderschrijven. Wat het betekent om deze code te onderschrijven, maakt Granate verder niet duidelijk.
Het is volgens Granate een bewuste keuze om een hybride organisatie te zijn, zonder mensen in dienst, met betaalde en onbetaalde medewerkers. De organisatie bouwt sterk op het vakmanschap van één persoon, de artistiek en zakelijk directeur. De commissie ziet dit als risicovol. Granate werkt met een vaste kern van freelance redacteuren en een coördinator, met daaromheen een grote schil van medewerkers, freelancers, vrijwilligers en stagiairs waar Granate een beroep op kan doen. De commissie is positief over de beoogde uitbreiding met een zakelijk leider om de organisatie te versterken en minder te laten leunen op de inzet van de directeurbestuurder. De commissie vindt daarbij de verdeling tussen de rollen van coördinator en zakelijk leider echter nog niet uitgekristalliseerd.
De commissie mist een toelichting op de Fair Practice Code, waardoor in het plan sociale veiligheid, transparantie en solidariteit onbesproken blijven. Wel maakt Granate kort gewag van fair pay: bij de financiële afspraken met freelancers gebruikt Granate de Digipacct Rekentool en voor de vergoedingen met stagairs zijn de tarieven van Stagemotor leidend. De commissie had in het plan graag meer uitleg gezien over het inzetten van onbetaalde medewerkers. Indien hiermee vrijwilligers worden bedoeld, is het voor de organisatie zinvol om bewust stil te staan bij de manier van werken met hen, en eventuele aandachtspunten als doelstelling te formuleren.
In het plan benoemt Granate enkele bedrijfsmatige risico’s. De belangrijkste hebben te maken met het runnen en het beheren van een eigen pand. Daarbij zijn financiële tegenslagen (met name subsidiënten die niet honoreren) en onzekerheden met betrekking tot het beheren van een eigen zaal volgens Granate de belangrijkste risico’s. Granate geeft aan de financiering te willen diversifiëren. Dat vindt de commissie positief, maar een uitwerking of aanpak hiervoor ontbreekt. Met betrekking tot het beheren van de zaal geeft Granate aan een strak onderhoudsschema te hanteren en risicomanagementsbeleid (inclusief verzekeringen) op te stellen. Dit vereist specifieke kennis; de commissie had graag gelezen hoe Granate een dergelijk schema en beleid tot stand wil brengen.
De commissie is niet overtuigd van de realiteit en de uitvoerbaarheid van de voorliggende plannen. De begroting roept veel vragen op, met name door forse toenames en veranderingen ten opzichte van de huidige situatie. Die worden vaak niet goed onderbouwd en gaan ook niet vergezeld van een overtuigende aanpak om ze te realiseren. Zo ziet de commissie dat baten en kosten niet in lijn liggen met eerdere realisaties; dat is logisch, omdat er nu een meerjarenaanvraag wordt gedaan, maar de inkomsten die daar tegenover staan, onderbouwt Granate nauwelijks. De private middelen van ruim € 90.000 zijn inkomsten uit private fondsen die Granate aan wil gaan vragen; welke fondsen dat zijn en voor welke projecten benoemt de organisatie niet. Ook overtuigt de onderbouwing van de lasten niet. De stijging van de activiteitenlasten materieel van € 942 in 2023 naar € 51.599 in 2025 is daar een voorbeeld van. De kosten van de activiteiten worden losjes onderbouwd aan de hand van projectbegrotingen voor bestaande activiteiten; terwijl Granate voor een significante transformatie staat en in de komende jaren ook veel nieuwe activiteiten ontplooit. De onderbouwing van de lasten vindt de commissie daarmee ontoereikend, en de relatie tussen track record en de begroting voor de planperiode onduidelijk. Ook de dekking van de kosten roept vragen op. Het is Granate in de jaren 2021 tot
2023 gelukt de totale baten ruim te verdubbelen, naar ongeveer € 100.000. Dit alles op basis van projectsubsidies, met name van de gemeente en publieke fondsen. Dat is op zich vertrouwenwekkend. Maar de commissie constateert dat de begrote bijdrage uit private middelen voor 2025-2028 zeven keer zo veel is als het gerealiseerde bedrag in 2023. Dat vindt ze onrealistisch.
Granate heeft wel een goede financiële buffer. Gezien de op papier goede eigen vermogens- en liquiditeitsposities lijkt de organisatie goed in staat om financiële tegenvallers op te vangen en aan betalingsverplichtingen te kunnen voldoen.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van Granate niet te honoreren omdat deze 10 of minder punten heeft behaald.
De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Woordkunst.