B! Music School

Cultuureducatie
Aangevraagd: € 252.500
Toegekend: € 125.000

Inleiding

B! Music School (hierna: B!MS) verzorgt buitenschoolse en binnenschoolse muziekeducatie voor kinderen en jongeren in Amsterdam Zuidoost. B!MS omschrijft zichzelf als grassrootsorganisatie met als missie om middels muziekeducatie de maatschappelijke positie van kinderen, jongeren en (jong)volwassenen uit Amsterdam Zuidoost te versterken. De muzieklessen vinden plaats op verschillende locaties in Zuidoost. De focus van de muzieklessen ligt op urban arts cultures en op crossovers met andere subculturen, van klassiek tot soul en van pop tot gospel. 

De komende periode wil B!MS de huidige activiteiten voortzetten en nieuwe projecten ontwikkelen, met onder andere meer aandacht voor het samenspelen. Ook wil B!MS de organisatie professionaliseren en verstevigen. Dit wil B!MS doen door meer expertise in de organisatie te verwerven en door het aanstellen van een office manager en een pedagogisch medewerker. De organisatie wil zich voorbereiden op de groei van het stadsdeel in de komende jaren en streeft naar een groei van het aantal leerlingen per jaar.

B! Music School ontvangt geen meerjarige subsidie binnen het Kunstenplan 20212024.

Voor de periode 2025-2028 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld € 252.500 per jaar in het kader van het Kunstenplan.

Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed. 

De commissie ziet artistieke eigenheid in de plannen van B!MS. B!MS biedt muziekeducatie met een focus op urban arts en cultureel erfgoed en werkt vanuit de grassrootstradities van Nederlanders met een Afro-Europese achtergrond. De school biedt een breed scala aan muziekstijlen en genres voor alle niveaus en achtergronden. De commissie is positief over deze uitgangspunten. De commissie herkent in het plan een community artsaanpak die zorgt voor artistieke eigenheid. Zo is de organisatie opgezet door burgers en zet ze zich in voor leren op maat door samen te werken met lokale artiesten en bewoners. De commissie vindt dit een mooie invulling van de artistieke signatuur die buiten vastomlijnde artistieke principes treedt en die de kracht van kunst toont door de grote verbondenheid met de omgeving. 

De vertaling van de signatuur naar artistieke activiteiten had volgens de commissie echter grondiger uitgewerkt kunnen worden om zich daarmee nadrukkelijker te onderscheiden van het aanbod op andere, meer traditionele muziekscholen. De commissie mist een uitwerking van hoe B!MS de grassrootstradities omzet naar activiteiten en hoe de beoogde crossovers tussen urban arts en verschillende subculturen en muziekstijlen worden gemaakt. Hierdoor vindt ze de artistieke activiteiten nog beperkt tot de verbeelding spreken. 

B!MS blikt terug op haar oprichting en activiteiten in de afgelopen jaren en de commissie ziet in het plan een relatief jonge, zeer gepassioneerde organisatie. De organisatie beschrijft hoe activiteiten in samenwerking vanuit de gemeenschap van bewoners en lokale organisaties zijn ontwikkeld. De commissie vindt de community artsaanpak zodoende goed passen bij de ontwikkeling en ervaring van de aanvrager in de afgelopen jaren. 

De commissie vindt dat B!MS duidelijk en overtuigend formuleert wat zij met haar activiteiten teweeg wil brengen bij publiek en stad. B!MS wil de artistieke ontwikkeling van leerlingen stimuleren en dit komt volgens de commissie goed naar voren in de talentontwikkelingsprogramma’s voor talentvolle leerlingen. 

In haar pedagogische aanpak laat B!MS zich inspireren door de Guri-methode, waarin het bestrijden van kansenongelijkheid een belangrijke drijfveer is. Dit getuigt volgens de commissie van de waarden die de organisatie reflecteert, namelijk dat artistieke ontwikkeling bijdraagt aan sociale rechtvaardigheid. De commissie vindt dit een interessante benadering van cultuureducatie en vindt dat met de gebruikte methode overtuigend onderbouwd wordt dat het beoogde effect ook zal worden bereikt.  De commissie ziet tevens veel artistieke betekenis voor de stad. B!MS zet muziekeducatie in als middel om de maatschappelijke positie van leerlingen uit Amsterdam Zuidoost te versterken, met veel aandacht voor kinderen die dit van huis uit minder mee krijgen. De commissie vindt het positief dat de organisatie de drempels voor de jeugd voor cultuureducatie en -participatie aanzienlijk verlaagt. De community artsbenadering sluit hier in de ogen van de commissie goed op aan. Hierdoor is volgens de commissie de relevantie van B!MS groot, zowel voor de individuele ontwikkeling van deelnemers als voor de sociale cohesie in de wijk. Dit wordt door de commissie als een kracht van de organisatie gezien. 

De activiteiten van B!MS zijn naar verwachting van de commissie aansprekend voor het beoogde publiek en sluiten aan bij hun beleving en behoeften. Hier draagt de bottom-up werkwijze sterk aan bij. 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als goed. 

B!MS heeft volgens de commissie een heldere visie op het bereik in de stad. De organisatie richt zich primair op een doelgroep van kinderen van twee tot en met achttien jaar, wonend in Zuidoost en omstreken. B!MS heeft een sterke band met lokale gemeenschappen in Zuidoost en staat daarmee middenin haar doelgroep. B!MS is een grassrootsorganisatie die op een unieke manier samenwerkt met lokale artiesten, bewoners en organisaties. Hierdoor heeft de commissie er veel vertrouwen in dat de organisatie de verbinding weet te leggen met haar beoogde doelgroepen. Wel vindt de commissie dat de doelgroepen per activiteit beter gedifferentieerd hadden kunnen worden, zodat duidelijk zou worden welke leeftijdscategorie de organisatie met welk type activiteiten voor ogen heeft. 

De commissie vindt de marketingaanpak voor het bereiken van de buitenschoolse doelgroepen overtuigend uitgewerkt. Het plan reflecteert helder op de marketinginspanningen van de afgelopen periode en de commissie vindt de strategieën voor de komende periode realistisch. De strategieën beslaan onder meer persoonlijk contact, ambassadeurschap en partnerships en deze vindt de commissie naar verwachting effectief om de beoogde doelgroepen te bereiken. 

De commissie vindt het marketingplan voldoende passend bij de beoogde ambitieuze groei van het buitenschoolse bereik. De commissie vindt deze groeipotentie duidelijk onderbouwd, omdat - zoals de organisatie zelf ook schrijft - het stadsdeel in de komende jaren sterk zal groeien. 

Uit het plan kan de commissie echter niet helemaal duidelijk opmaken wat de gestelde ambities zijn ten aanzien van binnenschoolse activiteiten en hoe die zich verhouden tot de huidige activiteiten van de muziekschool. De haalbaarheid van het bereik op scholen is daardoor voor de commissie moeilijk te beoordelen. 

De commissie vindt dat B!MS overtuigend bijdraagt aan de spreiding van het culturele aanbod, namelijk in het stadsdeel Zuidoost. De aanvrager is ervaren in het stadsdeel, B!MS is er volgens de commissie stevig verankerd. De organisatie heeft naar het oordeel van de commissie een groot netwerk in Zuidoost en heeft er veel draagvlak.  De commissie is positief over de vele samenwerkingen die B!MS aangaat met partners in zowel Amsterdam Zuidoost als daarbuiten. Samenwerkingen met onder andere de Jeugdtheaterschool Zuidoost versterken de positie van B!MS in het stadsdeel. 

Diversiteit & Inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als goed. 

Volgens de commissie heeft B!MS een duidelijke en bezielde visie op diversiteit en inclusie. De school wil een inclusieve en inspirerende omgeving zijn waar alle muziekliefhebbers zich welkom en gewaardeerd voelen. B!MS staat stil bij de diversiteit binnen de bewonerspopulatie van Zuidoost en toont in het plan naar de mening van de commissie een intrinsieke motivatie om op deze diversiteit aan te sluiten. B!MS geeft in het plan blijk van de noodzaak van een toegankelijke muziekschool, zowel in fysieke als financiële zin. 

B!MS reflecteert helder op de huidige stand van zaken wat betreft programma, publieksbereik, de eigen organisatie en haar partners. Daarbij heeft B!MS niet alleen aandacht voor culturele diversiteit maar bijvoorbeeld ook voor sociaal-economische posities, gender en opleidingsniveau. Dat B!MS opereert op diverse locaties verspreid over het stadsdeel draagt, volgens de commissie overtuigend bij aan de toegankelijkheid van het aanbod. Zowel het publieksbereik als de eigen organisatie van B!MS zijn naar het inzicht van de commissie een afspiegeling van de omgeving waar de muziekschool gevestigd is. Deze reflectie getuigt volgens de commissie van een goede uitgangspositie op het gebied van divers en inclusief aanbod, bereik en organisatie. Uit het plan spreekt volgens de commissie tevens een overtuigende doelstelling om deze situatie te behouden omdat diversiteit en inclusie integraal zijn opgenomen in het hele plan. Voortkomend uit de reflectie, geeft de organisatie aan ook ruimte te zien voor verbetering en streeft er zodoende naar dat ook docenten, leerlingen en ouders uit de LHBTQIA+ community en personen met een beperking zich welkom en veilig voelen. Deze doelstellingen vindt de commissie ambitieus, zij het beknopt onder woorden gebracht. 

De commissie vindt dat vrijwel het hele plan leest als een plan van aanpak voor diversiteit en inclusie en dat uit de keuzes van B!MS blijkt dat de organisatie goed bijdraagt aan een divers en inclusief kunstenveld. De commissie ziet bijvoorbeeld een goede aanpak in het aanbod van een diversiteit aan muziekstijlen als afro, gospel en reggae. De gebruikte lesmethoden en de inzet om iedereen te verwelkomen door bijvoorbeeld geen toelatingseisen te hanteren, overtuigen de commissie. Ook de allianties waarin B!MS actief is en waarmee zij zich sterk maakt voor een meer diverse en inclusieve muziekwereld, laten naar mening van de commissie een goede aanpak zien. De organisatie heeft volgens de commissie tevens een overtuigende aanpak ten aanzien van diversiteit binnen de eigen organisatie, waarbij ook aandacht is voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De commissie waardeert daarnaast de manier waarop B!MS zich inspant om financiële toegankelijkheid voor deelnemers te vergroten, via persoonlijke ondersteuning bij het aanvragen van subsidie bij het Jeugdfonds Sport en Cultuur of zelfs met korting op het lesgeld. De gedrevenheid die hieruit spreekt is volgens de commissie groot. 

De aanpak ten aanzien van de doelstelling om ook docenten, leerlingen en ouders uit de LHBTQIA+ community en personen met een beperking zich welkom en veilig te laten voelen, vindt de commissie niet concreet uitgewerkt. De commissie mist hier concrete stappen hoe de organisatie deze ambitie wil realiseren. 

Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als zwak. 

Uit het plan spreekt een visie op de bedrijfsvoering die de commissie slechts gedeeltelijk overtuigt. De commissie vindt dat de visie beknopt is uitgewerkt en maar ten dele duidelijk maakt hoe B!MS met haar mensen en middelen omgaat en wil omgaan. De commissie mist hierbij een toelichting op bijvoorbeeld werkcultuur, persoonlijke ontwikkeling, sociale veiligheid en werkprocessen. 

Ten aanzien van fair pay heeft de aanvrager volgens de commissie heldere ambities.

B!MS is transparant over de huidige situatie en geeft aan dat zij hier tot op heden nog niet aan heeft kunnen voldoen. De commissie vindt het zorgelijk dat directie en teamleden tot op heden ernstig onderbetaald worden. De ambities van B!MS ten aanzien van eerlijke beloning, die in het plan en de begroting zijn opgenomen, vindt de commissie dan ook een noodzakelijk te zetten stap. Het plan gaat volgens de commissie ook helder in op hoe de Governance Code Cultuur wordt nageleefd en welke stappen de organisatie hierin nog wil zetten. Zo hanteert het bestuur maximale zittingstermijnen conform de code, zijn er vaste vergadermomenten voor het onbezoldigde bestuur waarin activiteiten en financiën worden geëvalueerd en vindt er regelmatig contact plaats tussen voorzitter en directie. B!MS werkt daarnaast aan een bestuursreglement en aan een statutenwijziging waarin een artikel over belangenverstrengeling wordt opgenomen, conform de Governance Code Cultuur en de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen. 

B!MS reflecteert enigszins op de doorgemaakte zakelijke ontwikkeling van de beginnende organisatie. De commissie vindt de reflectie op financiële aspecten van de bedrijfsvoering daarin echter beperkt uitgewerkt. De commissie had bijvoorbeeld graag een grondiger reflectie gezien op de financiële positie. Dit is des te meer van belang omdat uit de jaarrekeningen volgens de commissie een kwetsbare financiële situatie blijkt. Het plan mist volgens haar een adequate toelichting op beheersmatige keuzes, risico’s en maatregelen om de situatie te verbeteren. In die context vindt de commissie het positief dat de organisatie recentelijk een zakelijk leider heeft aangetrokken. Niettemin vindt de commissie het resultaat daarvan nog niet genoeg doorklinken in de visie op de bedrijfsvoering en de maatregelen om de bedrijfsvoering te verbeteren. 

De commissie vindt het plan in organisatorisch en financieel opzicht beperkt realistisch en uitvoerbaar. De commissie vindt het plan deels uitvoerbaar omdat ze vertrouwen heeft in de medewerkers en hun werkwijze en in het artistieke vakmanschap van het team en de docenten. De commissie vindt het passend dat B!MS de organisatie wil verstevigen en uitbreiden, in het bijzonder in de backoffice. Maar zelfs met deze uitbreiding vindt de commissie de beoogde organisatie niet passend genoeg bij de ambitieuze groei in bereik, activiteiten en financiën. Alhoewel de commissie het marketingplan zoals gezegd inhoudelijk gezien vindt passen bij de beoogde groei, blijkt uit het plan naar het oordeel van de commissie niet genoeg hoe de organisatie op deze groei toegerust gaat zijn. De commissie vindt een meer geleidelijke groei passender bij de schaalomvang en professionele ontwikkeling van de organisatie. 

De commissie vindt de begroting niet overtuigend onderbouwd. Opvallend vindt de commissie bijvoorbeeld de stijging van de post activiteitenlasten materieel die ten opzichte van eerdere jaren meer dan verdrievoudigt. Zij ziet daarnaast geen evenredige groei tussen de verwachte publieksinkomsten, de contacturen en het aantal deelnemers. Zo nemen de publieksinkomsten ten opzichte van eerdere jaren veel sterker toe dan het aantal contacturen enerzijds, en het aantal betalende leerlingen anderzijds. De commissie mist verduidelijking en onderbouwing van deze cijfers. Temeer omdat de publieksinkomsten - na de gevraagde subsidie uit het Kunstenplan - de grootste inkomstenbron vormt binnen de financieringsmix.  Daarbij komt dat er geen sprake is van een geleidelijk groeipad in de stijging van de kosten en baten, die meer dan verdubbelen ten opzichte van de huidige periode. Dat vindt de commissie zeer risicovol, temeer omdat het huidige negatieve vermogen van de organisatie in de ogen van de commissie geen vangnet biedt om tegenvallers op te vangen. De commissie vindt dit geen solide basis om de plannen ten uitvoer te brengen.  

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van B! Music School gedeeltelijk te honoreren met een bedrag van € 125.000 per jaar. Dit is lager dan het gevraagde subsidiebedrag, omdat de commissie de beoogde groei niet realistisch vindt en niet passend bij de huidige bedrijfsvoering. De commissie ziet potentie voor deze organisatie om zich professioneel te ontwikkelen en stelt dat B!MS met dit adviesbedrag de ruimte krijgt om personeel aan te stellen, en eventueel een kleine groei door te maken in het aantal activiteiten. De commissie vindt het een voorwaarde dat eerst aan een solide basis wordt gewerkt, voordat groeiambities worden gerealiseerd. 

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Cultuureducatie.