Theater Bellevue

Theater
Aangevraagd: € 1.452.079
Toegekend: € 1.310.000

Inleiding

Theater Bellevue staat naar eigen zeggen voor kwalitatief, actueel en communicatief theater. Het wil een podium in de stad zijn waar makers en publiek elkaar ontmoeten, waar jonge makers de ruimte en het vertrouwen wordt geboden hun verhaal te vertellen - ongemakkelijke, vrolijke of diepgaande verhalen, maar altijd verhalen die ertoe doen, die het publiek beroeren. Theater Bellevue profileert zich naar het publiek als een intieme toegankelijke ontmoetingsplek. 
Theater Bellevue staat voor verbinding, tussen productiehuis en schouwburg, tussen publiek en gezelschappen en tussen jonge talenten en gevestigde makers. Die schakelfunctie wil de organisatie de komende jaren verder uitbouwen, met oog voor inclusie en diversiteit. 
De inhoudelijke visie op wat Theater Bellevue doet is niet veranderd. Het wil graag een voornaam knooppunt blijven in de Nederlandse podiumkunsten. Het doet dit door te produceren, programmeren en talent kansen te bieden. 
Theater Bellevue wil staan voor vakmanschap, kwaliteit, zeggingskracht en toegankelijkheid. Het zoekt voortdurend naar nieuwe mogelijkheden om een breder publiek aan zich te binden, om makers nog beter te presenteren en om de diversiteit in het aanbod te vergroten. 

De speerpunten voor de komende vier jaar zijn: het vergroten van de diversiteit in programma en productie door intensievere samenwerking met Stichting ROSE en Likeminds; het uitbouwen van de afdeling Onderzoek en Ontwikkeling, opdat ruimte wordt geboden aan jonge makers met een kansrijk plan, waarvan Bellevue vindt dat het snel ontwikkeld en uitgevoerd moet worden. Dit gebeurt in samenwerking met Theaterzaken Via Rudophi en Zaal 3 in Den Haag. Theater Bellevue programmeert op verschillende plekken in het gebouw en op verschillende tijdstippen, opdat op korte termijn voorstellingen ontwikkeld en gepresenteerd kunnen worden voor een jong en nieuw publiek.

Stichting Theater Bellevue ontvangt een vierjarige subsidie 2017-2020 binnen het Kunstenplan van € 1.307.622 per jaar (incl. indexatie 2020). 
Voor de periode 2021-2024 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld
€1.452.079 per jaar in het kader van het Kunstenplan. 


Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als zeer goed.
Theater Bellevue heeft in de ogen van de commissie een herkenbare artistieke signatuur als uitnodigend, toegankelijk podium. De artistieke eigenheid kenmerkt zich volgens de commissie doordat plannen en voorstellingen worden geselecteerd op een combinatie van artistieke kwaliteit, vakmanschap, zeggingskracht en toegankelijkheid. Dit geldt ook voor de plannen in de komende periode, waarbij de programmering varieert van dans en cabaret tot teksttoneel van jonge, mid-career en gevestigde makers. Met de populaire en volgens de commissie steeds gedurfdere Lunchtheatervoorstellingen brengt Theater Bellevue een gemêleerde groep makers voor het voetlicht, van Steef de Jong en Adelheid Roosen tot Nasrdin Dchar en Yannick Jozefzoon.
Naast de programmering heeft Theater Bellevue een herkenbare artistieke signatuur omdat de organisatie zich nadrukkelijk richt op het stimuleren van nieuw repertoire. In zijn plannen besteedt Theater Bellevue daarom bijvoorbeeld veel aandacht aan de ontwikkeling van de toneelschrijfkunst. Dat heeft in de voorgaande periode vaak originele resultaten opgeleverd die vervolgens te zien waren in de Lunchtheatervoorstellingen. Dat sterkt het vertrouwen van de commissie in de plannen van Bellevue op dit vlak voor de komende jaren zoals de lunchproductie Het Wolkenhuis en het programma de Nacht van de Monoloog. 
De commissie verwacht daarnaast dat de aandacht voor talentontwikkeling, die de artistieke signatuur van Theater Bellevue mede bepaalt, zal bijdragen aan een originele programmering en een prikkelend nieuw aanbod van producties. Initiatieven als het Pop Arts Festival voor beeldend theater en de Bellevue Backstage-voorstellingen voor jonge makers die nog niet toe zijn aan de grotere zaal, bieden daarbij mogelijkheden voor een grote variëteit aan makers en genres. Theater Bellevue zet zich in om makers daarna ook een vervolgtraject te bieden. Zo wordt een aantal makers uitgenodigd voor een residentie, waarbij ze in een studio kunnen werken en het onderzoek aan publiek kunnen tonen op het Backstagepodium. Theater Bellevue is daarbij niet gebonden aan het eigen theater: voor voorstellingen waar de beperkingen van de theaterzaal niet voldoen, zoals projecten met Nineties Productions en Circus Treurdier, is het te vinden op locaties als Het Stenen Hoofd en Tripolis Amsterdam. De commissie vindt dat Theater Bellevue daarmee in alle facetten van zijn werk eigenheid toont. 

Theater Bellevue heeft naar het oordeel van de commissie een heldere en overtuigende visie op wat het voor wie programmeert. Het overgrote deel van het publiek van het theater bestaat uit jongvolwassenen en 65-plussers. Voor komende periode richt de organisatie zich nadrukkelijker op doelgroepen die nog ondervertegenwoordigd zijn: bicultureel publiek en jongeren tot 35 jaar. De commissie vindt de artistieke keuzes in de programmering van Theater Bellevue van aanzienlijke artistieke betekenis voor het beoogde publiek. Theater Bellevue kiest met zijn plannen volgens de commissie consequent voor toegankelijk theater van hoge kwaliteit, waarmee het goed aan weet te sluiten op de interesses van het brede publiek dat wordt beoogd. Het zoekt naar allerlei verschillende presentatievormen om makers op de meeste aansprekende manier aan doelgroepen te presenteren. Zo zijn er programma’s met een eigen aansprekend profiel zoals Bellevue Lunchproducties, Bellevue Backstage, Bellevue Schrijvers en Dans op dinsdag; en gezelschappen en makers die daarbinnen steeds terugkomen, zoals Mugmetdegoudentand en Likeminds. Tevens programmeert Theater Bellevue jonge makers die met name voor een jong publiek aansprekend zijn. Met de diversiteit in het aanbod in genres als teksttoneel, muziektheater, dans en cabaret, door op verrassende plekken te programmeren en door volgens de commissie structureel te toetsen op kwaliteit van het aanbod, is de artistieke betekenis voor het beoogde publiek groot. 

Theater Bellevue reflecteert in zijn aanvraag uitgebreid op zijn eigen ontwikkeling in de afgelopen Kunstenplanperiode. De geformuleerde ambities vloeien logisch voort uit deze reflectie, zo oordeelt de commissie, die bijvoorbeeld te herkennen is in de verschillende nieuwe initiatieven in programmaformats. Met de plannen voor de backstagevoorstellingen creëert Theater Bellevue bijvoorbeeld zowel een nieuwe speelplek als een nieuwe formule waarmee de organisatie zich verder artistiek kan ontwikkelen. Met deze voorstellingen in de toneeltorenruimte achter het speelvlak van de Grote Zaal kan het publiek niet alleen voorstellingen-in-wording bijwonen, maar ook proeven van onderzoeken en nieuwgemaakte theaterproducties die (nog) niet geschikt zijn voor de grotere zaal. 
Theater Bellevue heeft een goede neus voor opkomend talent en spant zich actief in om ruimte te scheppen voor nieuwe makers. Het komt voortdurend met vernieuwende concepten die aansluiten bij waar makers staan in hun ontwikkeling en bij het soort publiek dat ze trekken. Dat doet ze bijvoorbeeld door backstage en in de Paloni Zaal voorstellingen te programmeren op het vernieuwende tijdstip van half zes dat voor een jong publiek aantrekkelijk blijkt, en door de ontwikkeling van schrijvers te stimuleren. Over mogelijkheden voor het eigen artistieke team om zich professioneel te ontwikkelen leest de commissie niet in het plan. 


Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als zwak.
Hoewel een deel van de door Theater Bellevue gekozen makers grootstedelijke maatschappelijke vraagstukken in hun voorstellingen behandelt, is het podium zelf niet heel actief in verbinding met stadsbewoners of maatschappelijke organisaties. Theater Bellevue beperkt zijn rol grotendeels tot die van programmerend en producerend theater met weinig inhoudelijke of praktische verbindingen met bewoners. Een uitzondering daarop vormen De Wijkjury van de organisatie Adelheid+Zina, waarbij een groep vrouwen uit diverse wijken van de stad uitgenodigd wordt voorstellingen in het theater te bekijken en daaruit hun favorieten te kiezen. Ook het educatieprogramma, dat met een randprogramma van lessen en gesprekken met de makers de bestaande programmering meer toegankelijk maakt voor jongeren, legt deze verbinding. Binnen het educatieprogramma is er voor met name (mbo-)studenten en middelbare scholieren uit Amsterdam een programma om kennis te maken met en zich te bekwamen in toneelschrijven. De commissie vindt dat deze verbindingen die Theater Bellevue legt er voornamelijk op zijn gericht nieuw publiek en potentieel talent bekend te maken met het theater. De commissie waardeert deze inzet, maar ziet geen meer directe verbinding op inhoudelijk of praktisch vlak met de bewoners van de stad, aansluiting bij de buurt of bij maatschappelijke organisaties. 

Theater Bellevue draagt volgens de commissie weinig bij aan stedelijke spreiding van het cultuuraanbod en het publieksbereik daarvan. Vrijwel alle voorstellingen spelen zich af in het centrum en het publiek wordt dan ook grotendeels daar bereikt. Theater Bellevue zegt een klein aandeel van zijn activiteiten buiten het centrum te ontwikkelen Uit het plan wordt de commissie niet duidelijk waaruit dit bestaat en welke rol Theater Bellevue daarbij speelt. 

Theater Bellevue heeft als eigen accent gekozen voor het thema Leefbare stad. Theater Bellevue zegt met zijn vestiging aan het Leidseplein bij te dragen aan meer leefbaarheid in het stadscentrum, als tegenhanger van het winkelend publiek en toeristen. De commissie leest hierin geen concrete uitwerking omtrent dit thema. In het plan is de aansluiting bij het thema vooral terug te lezen in de duurzame aandacht voor Amsterdamse makers in relatie tot hun publiek en het faciliteren van deze makers. Er is echter geen aanwijzing in het plan hoe Theater Bellevue daarmee direct bijdraagt aan de kwaliteit en aantrekkelijkheid van de leefomgeving van bewoners of sociale cohesie bevordert. 


Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als goed. 
Theater Bellevue beschikt door haar lange staat van dienst en blijvende inzet op ontwikkeling over groot vakmanschap in programmeren en produceren. De organisatie functioneert uitstekend dankzij een stevige directie, inventieve programmeurs en een trouw ondersteunend apparaat. De medewerkers beschikken over voldoende kennis en ervaring, zo oordeelt de commissie, om het plan voor de komende jaren te verwezenlijken, dat in omvang en werkwijze in het verlengde ligt van afgelopen periode. Daar komt bij dat Theater Bellevue samenwerkt met verschillende culturele partners, zowel in de stad als op landelijk niveau, die zich hebben bewezen als stabiele organisaties die staan voor kwaliteit en continuïteit in de programmering, zoals huisgezelschap Mugmetdegoudentand en Likeminds. In het plan zijn de activiteiten helder uiteengezet en de commissie acht de omvang van de organisatie passend bij de beoogde activiteiten. 

Theater Bellevue heeft naar de mening van de commissie een gezonde bedrijfsvoering. De financiële positie is verbeterd ten opzichte van voorgaande periode en aan betalingsverplichtingen kan worden voldaan. De organisatie heeft een sterk eigen vermogen opgebouwd, dat voldoende basis geeft om zowel de beoogde voornemens ten uitvoer te brengen als de organisatie op langere termijn effectief te laten functioneren. De ingrijpende verbouwing van café De Smoeshaan en de foyer in 2018 en 2019 betaalt zich uit, er zijn blijkens het plan meer bezoekers die consumpties nuttigen met hogere inkomsten tot resultaat. 
Theater Bellevue onderkent als mogelijk risico dat het Fonds Podiumkunsten naar verwachting zal worden overvraagd en daardoor voor de Bellevue Lunchproducties ad-hocsubsidies aangevraagd zullen moeten worden. De organisatie heeft daar al op geanticipeerd door het aanstellen van een medewerker Development & Relaties. De commissie vindt het vertrouwenwekkend dat Bellevue op deze wijze op risico’s anticipeert. Punt van aandacht is dat gegeven de omvang van de organisatie en de ruimte in het gebouw het maximum aan activiteiten min of meer bereikt is. De commissie ziet daarin het risico dat de organisatie vaker zal moeten kiezen tussen het ontwikkelen van nieuwe of het behouden van bestaande programmaonderdelen en daarin een bedrijfsmatige keuze moet maken. De commissie ziet in het plan niet terug welke prioritering of keuzes de organisatie in dat licht zal maken. 

De commissie vindt de begroting realistisch en passend waar het de kosten en baten voor activiteiten betreft. Het aandeel publieke middelen stijgt en er worden inkomsten verwacht uit sponsoring en verhuur. De inzet van een nieuwe medewerker Development & Relaties om nieuwe inkomsten te genereren ziet de commissie als een zinvolle investering. De commissie vindt de extra kosten in personeel voor bedrijfsleiding en gebouwbeheer, vanwege extra toezicht op de publieksstroom naar het café De Smoeshaan, echter niet goed gemotiveerd. Het wordt de commissie niet duidelijk waarom dat niet met een efficiencyslag binnen de huidige bedrijfsvoering kan worden opgevangen. De hogere subsidievraag aan het AFK ten opzichte van voorgaande periode vindt ze daarmee niet onderbouwd. Temeer daar er geen sprake is van een evenredige groei in publiek. 
Ondanks het relatief grote aandeel van de AFK-subsidie, vindt de commissie de financieringsmix realistisch en passend met verschillende bronnen van inkomsten zodat de risico’s voldoende worden gespreid. De komende jaren genereert de organisatie extra inkomsten uit Vrienden van Theater Bellevue, private en publieke fondsen en uit crowdfunding. Daarbij complimenteert de commissie Bellevue met het feit dat de financieringsmix aanzienlijk evenwichtiger is dan in voorgaande periode.

De marketingstrategie is in de ogen van de commissie realistisch, maar niet concreet genoeg uitgewerkt. Daardoor vindt de commissie de aanpak niet in alle opzichtenpassend om het publiek, waarin Bellevue ook veranderingen beoogt te bereiken. Voor de komende Kunstenplanperiode zet Theater Bellevue in op een groei en verbreding in publiek, en het stimuleren van meer avontuurlijk bezoek en herhaalbezoek bij het bestaande publiek. Het theater heeft met onderzoek zijn bestaande publieksgroepen in kaart gebracht en geeft in het plan ook duidelijk nieuwe beoogde publieksgroepen aan, zoals een jonger en een inclusiever publiek. Het is de commissie echter niet helemaal duidelijke welke marketingstrategieën ontworpen zijn op basis van het publieksonderzoek. De genoemde strategieën zien er haalbaar uit, maar de commissie vindt ze ook wat veilig en bovendien vrij beknopt omschreven, zoals online marketing en het beter in kaart brengen van de interesses van bezoekers via de CRM-database. Het plan leunt bovendien zwaar op de marketinginspanningen van partners als We are Public en CJP. Dat zijn weliswaar relevante marketingpartners om met name jong publiek te bereiken, maar de commissie vindt het ook bij de ambities van Bellevue passen om de eigen ervaring en deskundigheid van het theater in het benaderen van jonge doelgroepen te vergroten.
De commissie vindt het lovenswaardig dat Theater Bellevue zowel in praktische als artistieke zin experimenteert met de presentatietijden en -vormen van makers voor beoogde doelgroepen. Zo programmeert het theater het beproefde concept van de Lunchtheatervoorstellingen, dat normaal gesproken een wat ouder publiek trekt, nu voor jonge studenten om half zes, omdat die doelgroep een voorkeur lijkt te hebben voor dat tijdstip. Daarnaast weet geïnteresseerd publiek inmiddels dat op dinsdagavond altijd dans geprogrammeerd wordt. 


Diversiteit en inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als goed. 
Theater Bellevue draagt volgens de commissie herkenbaar bij aan de culturele diversiteit van het Amsterdamse cultuuraanbod, vanwege het aandeel cultureel diverse programmering en productie. Ze hanteert als uitgangspunt dat het theater voor iedereen toegankelijk zou moeten zijn. Bijna een kwart van de gepresenteerde voorstellingen wordt gemaakt door makers met een biculturele achtergrond. Zij programmeert gezelschappen met cultureel diverse makers, vorm en thematiek, zoals George & Eran, Likeminds, BackBone en Sir Duke. Tevens maakt het theater ruimte voor bijzondere voorstellingen van biculturele onafhankelijke makers als Nasrdin Dchar en Dilan Yurdakul. Theater Bellevue vindt zelf dat het nog beter kan en maakt inclusie voor de komende periode een speerpunt binnen het beleid. Daartoe intensiveert het de samenwerking met stichting ROSE en Likeminds ten behoeve van de programmering, de educatie en talentontwikkeling. De commissie vindt dat Theater Bellevue daarmee voor komende periode concrete stappen zet om nog meer bij te dragen aan een cultureel divers aanbod. 

Theater Bellevue heeft de ambitie geformuleerd voor komende periode een meer cultureel divers publiek te bereiken. Theater Bellevue zoekt hiervoor onder meer samenwerking met ROSE stories om diens zogenaamde local-outreach-tactiek toe te passen. Daarbij zal een publieksontwikkelaar op basis van de thematiek van voorstellingen ambassadeurs met veel contacten binnen een gemeenschap benaderen. Deze werkwijze is echter ontwikkeld voor publiek dat zich in een directe omgeving in de wijken bevindt. De commissie vindt in het plan niet terug hoe deze methode toepasbaar en effectief wordt gemaakt voor een locatie aan het Leidseplein. 
De commissie vindt het positief dat Ocullus Consultancy is benaderd om de organisatie te begeleiden bij het vergroten van het cultureel diverse publiek. Theater Bellevue heeft daarbij een specifiek profiel voor ogen naar het EtnoMentality-model van Motivaction, een waarden- en leefstijlonderzoek met een effectieve doelgroepenindeling en -benadering. De commissie vindt het getuigen van realisme dat Theater Bellevue daarbinnen voor een helder afgebakende doelgroep kiest, die niet zozeer op een specifieke etniciteit als op levenswijze en -fase is gebaseerd. Bellevue wil zich in de eerste plaats richten op het profiel van de ‘ambitieuze biculturele zelfontplooiers’: werkend, actief in hun vrije tijd, geïnteresseerd in kunst en cultuur en zelfstandig en onafhankelijk in het leven staand. Het geeft de commissie vertrouwen dat Theater Bellevue erin kan slagen om op een bij zijn organisatie passende wijze cultureel divers publiek te bereiken. 

Theater Bellevue kent momenteel een raad van toezicht die cultureel divers van samenstelling is. De organisatie streeft naar een cultureel meer divers personeelsbestand, en heeft daarbij als concreet doel gesteld komende periode een marketingmedewerker aan te stellen met een biculturele achtergrond. Ook wil Theater Bellevue de helft van de toekomstige vacatures invullen op een diverse en inclusieve manier. De commissie waardeert deze geconcretiseerde doelstellingen, maar vindt Theater Bellevue weinig expliciet over de manier waarop het die wil verwezenlijken. De commissie concludeert dat er wel een duidelijke visie is, maar nog geen overtuigend plan voor het vergroten van diversiteit in het personeelsbestand. 


Conclusie

De commissie vindt de extra kosten in personeel voor bedrijfsleiding en gebouwbeheer, die leiden tot een hogere subsidievraag aan het AFK, niet goed gemotiveerd. De commissie is van mening dat Theater Bellevue niet voldoende heeft aangetoond dat de benodigde extra formatie niet binnen de huidige bedrijfsvoering kan worden opgevangen. Er is daarnaast geen sprake van een evenredige groei in publiek die de uitbreiding op een andere manier zou kunnen verklaren of motiveren. De commissie adviseert Theater Bellevue te honoreren met een subsidie die meer in verhouding staat tot voorgaande periode. 
De commissie adviseert daarom de aanvraag van Theater Bellevue gedeeltelijk te honoreren met een bedrag van € 1.310.000 per jaar.

De aanvraag is behandeld binnen de adviescommissie Theater. 

Adviseur Abdel Daoudi heeft niet deelgenomen aan de beraadslaging.