Noordje - via penvoerder Poldertheater
Noordje vraagt via penvoerder Poldertheater een bijdrage voor de inzet van een cultuurcoach op Over-Y College.
Vormgeving van het aanbod
De commissie beoordeelt de vormgeving van het aanbod als voldoende.
Noordje organiseert op Over-Y College activiteiten gericht op ckv en beeldende vorming. Op basis van de aanvraag krijgt de commissie niet goed zicht op het aanbod. Het plan is beknopt. Activiteiten worden in generieke termen omschreven als ‘opdrachten in het kader van ckv’ of ‘ruimte bieden voor het maken van vrij werk’. Het ontbreekt aan een beschrijving van bijvoorbeeld een doorlopende leerlijn, materiaalkeuze of thematiek, of van een leerjaar waar de activiteiten op gericht zijn. Daardoor is de commissie niet zonder meer overtuigd dat het aanbod de doelgroep kan enthousiasmeren en inspireren voor kunst en cultuur. De foto’s in het plan van eerdere activiteiten geven wel de indruk dat de leerlingen geactiveerd en geënthousiasmeerd worden. Het plan spreekt van de mogelijkheid van workshops en van het samen met leerlingen vormgeven en nader invullen van het programma. Dat laatste vindt de commissie een positief uitgangspunt; zij verwacht dat dat ertoe zal bijdragen dat de activiteiten zullen aansluiten bij leerlingen. Ook hier geldt echter dat een concrete uitwerking mist.
De commissie vindt dat er goede keuzes gemaakt worden om kunst toegankelijk te maken voor kinderen met een verhoogde kans op een onderwijsachterstand. Zo is het wekelijkse Open Atelier volgens de commissie een toegankelijke manier voor kinderen om vrij werk te maken. Ook begeleidt Noordje leerlingen in excursies of opdrachten buiten het schoolgebouw, zodat zij kunnen kennismaken met culturele instellingen in de stad.
Volgens Noordje ervaren leerlingen een drempel naar buitenschoolse activiteiten als zij niet eerst binnenschools met kunst en cultuur in aanraking komen. De voorgestelde investering in onderschools aanbod vloeit volgens de commissie logisch voort uit die reflectie. Hoewel het schoolbeleid niet geëxpliciteerd wordt in het plan, ziet de commissie in het plan wel aanwijzingen dat de cultuurcoach en het aanbod zal worden ingebed in het totale cultuurbeleid van de school. Zo was de coach voorheen als docent Beeldende Vorming werkzaam op het Over-Y College, wat de kans op samenhang met het gehele cultuuraanbod vergroot. Ook organiseert Noordje haar programma in samenspraak met teamleiders en docenten en er zijn workshops in het kader van het vak ckv. Het wordt de commissie echter niet volledig duidelijk of het aanbod, en dan met name de ckv-activiteiten, een aanvulling of intensivering is van het huidige aanbod op de school. Daarvoor geeft het plan te weinig zicht op het eigen aanbod van de school.
Verbinding en doorstroom
De commissie beoordeelt de verbinding en doorstroom als zwak.
Op basis van het plan is de commissie deels overtuigd dat de cultuurcoach een actieve rol speelt in de verbinding met en doorverwijzing naar buiten- en naschools cultureel aanbod. De coach is op school zichtbaar voor de leerlingen, doet aankondigingen via nieuwsbrieven en informeert collega’s tijdens teambijeenkomsten. Toch had de rol van de coach wat meer uitleg mogen krijgen in het plan. De commissie vindt dat niet duidelijk wordt gemaakt hoe doorverwijzing precies in zijn werk gaat en waar kinderen met talent, interesse of plezier in een bepaalde discipline naartoe worden verwezen. Noordjes plan om te werken met gastdocenten kan volgens de commissie een doeltreffende aanpak zijn om leerlingen te verleiden tot aanbod buiten het schoolgebouw. Het plan bevat echter geen informatie over welke gastdocenten Noordje denkt in te schakelen en welke workshops zij realiseren. Positief is dat de cultuurcoach leerlingen en ouders informeert over het Jeugdfonds Cultuur en Sport en hen kan helpen om daar een aanvraag in te dienen. De commissie verwacht dat op die manier de doorstroom van leerlingen van minder kapitaalkrachtige ouders/verzorgers naar naschools aanbod bevorderd zal worden.
De samenwerking tussen Noordje en het Over-Y College krijgt een duurzaam vervolg. Voor verdere samenwerkingen kan de cultuurcoach leunen op Noordjes stevige netwerk in de stad. Het plan somt verschillende culturele en maatschappelijke partners op, overwegend gevestigd in Noord. De commissie had meer specifieke onderbouwing willen lezen bij de keuzes voor bepaalde partnerorganisaties, evenals toelichting op mogelijke activiteiten. Noordjes omschrijving in het plan, het versterken van de connectie met partners ‘in het kader van buitenschools aanbod en excursies’, vindt de commissie algemeen en daardoor niet erg overtuigend. Ook hier geldt dat de foto’s in het plan wel goede voorbeelden laten zien van eerdere samenwerkingsactiviteiten, zoals een bezoek aan de NDSM-werf en workshops aldaar.
Noordje geeft aan buiten de buurt van de school samen te willen werken met grotere instellingen, zoals De Nationale Opera, De Krakeling en Amsterdamse musea. De commissie verwacht dat deze partnerschappen aansprekend kunnen zijn voor middelbare scholieren. Maar ook hier ontbreekt onderbouwing om juist te kiezen voor partners buiten de buurt. Wat deze samenwerkingen behelzen en wat ze de leerlingen moeten brengen, is niet goed beschreven in het plan. Het is de commissie bijvoorbeeld niet duidelijk of het gaat om voorstellingsbezoeken en/of om lessen.
Profiel van de cultuurcoach(es)
De commissie beoordeelt het profiel van de cultuurcoach als zwak.
Voor de commissie blijkt het vakmanschap van de cultuurcoach uit haar werkervaring als voormalig docent Burgerschap en Beeldende Vorming op Over-Y College. Omdat het lesaanbod weinig concreet omschreven wordt, is het voor de commissie echter moeilijk te beoordelen of het vakmanschap van de coach voldoende aansluit bij de activiteiten. Ook had de commissie graag gelezen welke kennis en ervaring de coach meebrengt met het oog op het tot stand brengen van verbinding en doorstroom. Dat de coach over een lokaal netwerk van culturele instellingen en kunstenaars beschikt, spreekt weliswaar in haar voordeel, maar het plan maakt niet inzichtelijk welke relevante personen of partijen dit zijn.
Het vakmanschap van de gastdocenten kan de commissie niet beoordelen, omdat het plan niet vermeldt wie dit zijn, noch welke eisen aan hen worden gesteld. De commissie mist in het plan toelichting op de wijze waarop Noordje de Code Diversiteit en Inclusie toepast bij de werving en selectie van cultuurcoaches en gastdocenten. Omdat het voor deze aanvraag slechts één coach betreft, is dit voor de commissie een licht punt van kritiek.
Financiële uitwerking
De commissie beoordeelt de financiële uitwerking als zwak.
De commissie vindt het overzicht van de verwachte werkzaamheden en de bijbehorende kosten niet realistisch en onderbouwd. De totale kosten zijn de commissie niet duidelijk geworden, omdat het totaalbedrag van de begroting niet strookt met de som van Noordjes urenverdeling in het plan. De begroting laat weliswaar specificaties per activiteit zien, maar roept toch wezenlijke vragen op bij de commissie over bijvoorbeeld het aantal leerlingen en bijeenkomsten of waarom het Open Atelier in 2025 niet wordt georganiseerd. Ook ziet de commissie de uren voor coördinatie, organisatie en voorbereiding uit de urenverdeling niet terug in de begroting.
De commissie constateert voorts dat de verhouding tussen de uren voor lesgeven en doorverwijzen afwijkt van 50-50%. Het aantal lesuren heeft de overhand. De commissie had dit kunnen billijken als hier een goede reden voor was gegeven en deze keuze goed was toegelicht. Dat is echter niet het geval.
De aanvraag voldoet wel aan de vereisten dat er binnen de uren van de coach voldoende ruimte geboden wordt voor deskundigheidsbevordering bij Mocca en voor coördinatie, en dat de inzet van de cultuurcoach minimaal acht uur per week per school is. Ook is de aanvraag duidelijk wat betreft de gehanteerde uurtarieven. De commissie stelt vast dat deze in lijn zijn met de richtlijnen voor fair pay.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van Noordje niet te honoreren omdat deze minder dan twaalf punten heeft behaald.
De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Meerjarige subsidies Cultuurcoach 2025-2028.