De Rode Loper op School

Aangevraagd: € 149.650
Toegekend: € 133.536

De Rode Loper op School vraagt een bijdrage voor de inzet van cultuurcoaches op zes scholen in het primair onderwijs. De organisatie zet de activiteiten van de cultuurcoach voort op IBS Al Jawhara, Flevoparkschool, De Kaap en IKC Frankendael. Nieuwe scholen zijn De Indische Buurtschool en Al Wafa.

Vormgeving van het aanbod

De commissie beoordeelt de vormgeving van het aanbod als zeer goed.

Op basis van het plan is de commissie ervan overtuigd dat de activiteiten van de coaches de doelgroep zullen weten te enthousiasmeren. Het plan laat een duidelijke focus zien op het stimuleren van ouderbetrokkenheid. Zo is het de bedoeling dat ouders niet alleen bij presentaties komen kijken maar dat zij ook participeren in ouder-kind activiteiten en samen met hun kind plezier maken en iets beleven. Ook het Kunstrapport vindt de commissie een sterke manier om leerlingen te enthousiasmeren. Op speelse wijze worden hierin de talenten van een leerling benoemd en maakt De Rode Loper op School de creatieve ontwikkeling van een kind inzichtelijk voor zowel ouders als leraren en kinderen.

De commissie vindt dat Rode Loper op School zich goed inzet om kunst toegankelijk te maken voor kinderen met een verhoogde kans op onderwijsachterstand, voor wie deelname aan kunst en cultuur niet altijd vanzelfsprekend is. Goed voorbeeld vindt de commissie de ontwikkeling van het Kunstlokaal op het IKC Frankendael. In deze ‘verlengde huiskamer’ op school vinden wekelijkse laagdrempelige activiteiten plaats. De coach is daarbij het vaste gezicht, die met de leerlingen afstemt wat zij graag na schooltijd doen.
De commissie is ervan overtuigd dat het aanbod van Rode Loper op School aansluit bij de leerlingen. De organisatie biedt kinderen een multidisciplinair en breed aanbod, van een naaiatelier en taalkunstlessen tot een kinderkoor. Ook toont zij inzicht in de doelgroep van leerlingen op de betreffende basisscholen, bijvoorbeeld waar de organisatie zich voor de onderbouw richt op onderzoekend leren en het versterken van de fijne motoriek, wat goed past bij jonge kinderen. Het plan laat zien dat De Rode Loper op School het na- en buitenschoolse aanbod wil verdiepen en verbreden en daarvoor per school speerpunten benoemt om maatwerk te leveren. De cultuurcoach en het aanbod zijn volgens de commissie goed ingebed in het totale cultuurbeleid van elke school. Coaches maken onderdeel uit van het team en zijn aanwezig bij onder meer studiedagen. Hieruit, en ook uit de in het plan opgenomen quotes van de coaches, leidt de commissie af dat er sprake is van grote betrokkenheid van de coaches bij de scholen.

Verbinding en doorstroom

De commissie beoordeelt de verbinding en doorstroom als zeer goed.

De commissie is er op basis van de aanvraag van overtuigd dat de coaches een actieve rol spelen in de verbinding met, en actieve doorverwijzing naar buiten- en naschools cultureel aanbod. Zij vindt het een mooi uitgangspunt dat De Rode Loper op School kinderen wil stimuleren om meer oog voor de buurt te hebben via omgevingsgerichte projecten en door culturele instellingen te bezoeken. De organisatie legt komende periode meer nadruk op doorverwijzen. Zo zal de coach in het Kunstrapport voor elke leerling suggesties doen voor buitenschools aanbod. Rode Loper op School streeft naar stapsgewijze doorstroom naar vervolgactiviteiten en maakt dit goed concreet in het plan. Een interessant voorbeeld vindt de commissie hoe er op de Flevoparkschool toegewerkt wordt naar buitenschoolse tekenlessen in de OBA Maakplaats. Ook de danslabs op De Kaap vindt de commissie sterk. Na danslessen op school krijgen kinderen die dat willen, les op locatie van Moving Arts Project, met als doel daarna naar regulier aanbod in de buurt door te stromen.

Om de samenwerkingen te onderbouwen, reflecteert de organisatie op de ervaring en ontwikkeling in de afgelopen jaren. De voorgestelde plannen bouwen hier logisch op voort. Zo wordt er goed uitgelegd dat de samenwerking met één school wat cultuurcoach-activiteiten betreft stopt vanwege de complexiteit van doorverwijzen naar passend aanbod voor deze leerlingen. Op andere scholen krijgt de samenwerking een duurzaam vervolg. Hetzelfde geldt voor de samenwerking met de verschillende maatschappelijke en culturele partners. Deze samenwerkingen zijn veelal in de buurt van de scholen, zoals de uitjes naar Q-Factory en het Wereldmuseum. De commissie stelt vast dat er een goede samenwerking is met Jeugdfonds Sport & Cultuur om de doorstroom van leerlingen van minder kapitaalkrachtige ouders/verzorgers naar naschools aanbod te bevorderen. Het Kunstrapport werd samen met het fonds ontwikkeld. De coaches doen aanvragen bij het fonds en maken gebruik van Kunstvol, een culturele kaart die door het fonds is ontwikkeld.
 

Profiel van de cultuurcoach(es)

De commissie beoordeelt het profiel van de cultuurcoach(es) als voldoende.

De coaches van De Rode Loper op School zijn grotendeels al bekend; één coach wordt nog geworven. De commissie ziet aan de cv’s en de profielschets dat er sprake is van passende competenties en vakmanschap. Coaches zijn gediplomeerd en hebben expertise in huis vanuit verschillende kunstdisciplines. De commissie is ook overtuigd dat deze coaches verbinding en doorstroom tot stand kunnen brengen richting na- en/of buitenschools aanbod: zo hebben zij ervaring op de scholen, is een van de coaches cultuurcoördinator op de school of docent bij Dynamo Talententent en zijn sommigen ook werkzaam in het buitenschoolse veld. De commissie vindt het sterk dat de coaches elkaar opzoeken in (supervisie)bijeenkomsten.

De commissie vindt de toelichting van De Rode Loper op School op het toepassen van de Code Diversiteit en Inclusie bij werving en selectie van cultuurcoaches erg toekomstgericht. Zij signaleert dat de samenstelling van het team zoals weergegeven in het plan nog weinig divers is. Zij is hier kritisch op, omdat hier in het advies over de vorige aanvraag ook al op gewezen werd. De commissie vindt het positief dat bij de selectie van de nieuwe cultuurcoach op Al Wafa gezocht wordt naar een kunstdocent die past bij de identiteit van de school. Hier zijn ook al concrete kandidaten voor. Ook vindt de commissie het in beginsel een goed plan om een buddy-constructie op te zetten waarbij een divers samengestelde groep van potentiële nieuwe coaches meeloopt met senior coaches, met het idee dat de jonge coaches frisse ideeën, methodieken en nieuwe netwerken meebrengen. Om de commissie te overtuigen dat dit op termijn daadwerkelijk zal bijdragen aan een meer diverse samenstelling van het team van cultuurcoaches, had De Rode Loper op School moeten toelichten hoe de werving en begeleiding van de junioren in zijn werk gaat en wat hun toekomstperspectief binnen de organisatie is.

Financiële uitwerking

De commissie beoordeelt de financiële uitwerking als voldoende.

De commissie vindt het overzicht van de verwachte werkzaamheden en kosten grotendeels realistisch en onderbouwd. De verschillende aantallen uren per school zijn gebaseerd op het verschillend aantal leerlingen per school. De verschillende uren zijn gespecificeerd. Er is rekening gehouden met uren voor deskundigheidsbevordering bij Mocca en voor coördinatie. Alleen ziet de commissie de plannen rond het buddyschap niet duidelijk terug in de urenverdeling. Het plan geeft inzicht in de uurtarieven voor de coaches; deze zijn volgens de commissie in overeenstemming met de richtlijnen voor fair pay.

De verhouding tussen de uren voor lessen en voor doorverwijzen naar buiten- en naschools cultureel aanbod is volgens de commissie bij alle scholen goed, behalve bij De Indische Buurtschool. Hier wijkt de begroting af van de standaard verhouding (50-50%) en daar mist de commissie een toelichting op het relatief lagere aantal doorverwijsuren. Ook vindt de commissie voor deze school het aantal lesuren niet volledig onderbouwd: het is niet inzichtelijk hoeveel lesuren er zijn, naast de twee cultuurcoachdagen. Tot slot constateert de commissie dat de cultuurcoach op deze school minder dan het minimum van acht uur per week wordt ingezet.

Conclusie

De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van De Rode Loper op School gedeeltelijk te honoreren met een bedrag van € 133.536* per jaar. Volgens de regeling dient de cultuurcoach(es) per school minimaal acht uur per week te worden ingezet. Dat is bij de Indische Buurtschool niet het geval. De commissie adviseert daarom toekenning van het gevraagde bedrag minus de uren voor deze school.

*De commissie adviseert een gedeeltelijke toekenning, bovendien valt het jaarbedrag anders uit. Dat heeft te maken met de hoogte van het aangevraagde bedrag voor 2025, dat niet gelijk is aan de helft van het jaarbedrag. In de berekening is het bedrag voor de volledige periode door 3,5 gedeeld.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Meerjarige subsidies Cultuurcoach 2025-2028.