De Nieuw Amsterdam

Theater
Aangevraagd: € 143.000
Toegekend: € 0

Inleiding

De afgelopen jaren vormde de vraag hoe verschillende culturele perspectieven zich tot elkaar verhouden, met elkaar botsen en wat die botsingen betekenen op het gebied van identiteit, de rode draad door de voorstellingen van De Nieuw Amsterdam (DNA). De activiteiten kwamen voort uit de persoonlijke vragen over interculturaliteit en identiteit, die Sabri Saad El Hamus graag op het toneel wilde neerleggen. In het komende Kunstenplan komt de nadruk te liggen op perspectieven en verhalen van iedereen, met als centrale thema 'thuis'. Makers als Gerardjan Rijnders, Joost van Hezik, Merlijn Twaalfhoven, Mokhalled Rasem en Erik Bindervoet, krijgen de ruimte hun persoonlijke visie op dit thema te etaleren. Via de vraag wat 'thuis' eigenlijk is, wil DNA nieuwe interculturele ontmoetingen bewerkstelligen die bijdragen aan het uitwisselen van de diverse perspectieven op die vraag.

In de periode 2017-2020 wil DNA een diverser publieksbereik realiseren. Door met een diverse cast te werken wil DNA bewerkstelligen dat ook de verhalen van bezoekers met een cultureel diverse achtergrond in de voorstellingen worden gepresenteerd, door acteurs in wie ze zich herkennen. Ook gaat DNA op nieuwe plekken spelen en het gezelschap wil de voorstellingen toegankelijker maken en beter inbedden in een randprogrammering.

DNA zal vanuit de artistieke gedachte van het centrale thema ‘thuis’ de komende periode vier producties realiseren. Daarnaast vraagt DNA jaarlijks aan een jonge theatermaker, of acteur met een cultureel diverse achtergrond, een korte voorstelling te maken die getoond zal worden bij een aantal voorstellingen van DNA, met de mogelijkheid deze te laten uitgroeien tot een voorstelling die op de Parade kan staan. Tevens ontwikkelt DNA De DNA-avonden; een randprogrammering rond de voorstellingen, waarbij de ontmoeting tussen publiek en makers het uitgangspunt is. Op die avonden worden gasten uitgenodigd die het thema dat DNA wil aansnijden van verdieping kunnen voorzien. DNA zoekt daarvoor sprekers binnen de politiek, journalistiek of binnen de culturele wereld.

In de periode 2013-2016 is DNA opgenomen in het Kunstenplan van de gemeente Amsterdam met een bedrag van € 134.860 per jaar. Voor de activiteiten vraagt DNA in het kader van het Kunstenplan 2017-2020 een subsidie van € 143.000 per jaar.

Artistiek-inhoudelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit van DNA als voldoende. De afgelopen jaren heeft DNA een grote verschuiving in visie en activiteiten meegemaakt. Onder de artistieke leiding van Sabri Saad El Hamus is de focus in de afgelopen twee kunstenplanperiodes verlegd van universele thema's voor een veelheid aan culturen, naar voorstellingen rond de vragen die El Hamus zichzelf stelde met betrekking tot interculturaliteit en identiteit.

De commissie is daarbij overtuigd van het vakmanschap van El Hamus als acteur. De commissie vindt het een goede ontwikkeling dat DNA voornemens is de komende jaren te gaan werken met andere makers en op die manier de vragen rond de centrale thematiek van het 'je thuis voelen' breder trekt. De commissie is overtuigd van het vakmanschap van de makers die de komende jaren een bijdrage zullen leveren. Op basis waarvan juist deze makers zijn geselecteerd of wat hun concrete rol is, vindt de commissie echter niet sterk gemotiveerd. Uit de omschrijving van de activiteiten blijkt niet hoe deze makers, die reeds actief zijn in het culturele veld, bij DNA iets onderscheidends gaan doen ten opzichte van hun werk bij andere gezelschappen. De nieuwe artistiek-inhoudelijke visie rond het thema 'thuis' vindt de commissie interessant, ze biedt kansen voor de gewenste uitwisseling in perspectieven op het thema. De vertaling van het thema naar concrete plannen is volgens de commissie te summier uitgewerkt.

Zo blijkt uit de plannen dat de producties, mede door de inzet van verschillende makers, diverse perspectieven op het thema zullen opleveren. Het is echter niet duidelijk hoe de verschillende producties tot een onderlinge samenhang of uitwisseling leiden. De invulling van de presentaties van jonge makers lijkt daarmee zo vrij, dat niet duidelijk is hoe deze het artistiek profiel van DNA zullen ondersteunen. De onderwerpen van de voorstellingen die DNA de komende jaren wil gaan maken, vindt de commissie niet aansluiten bij de wens om de zeggingskracht van de voorstellingen voor een cultureel divers publiek te vergroten, omdat de thematiek te weinig vanuit een cultureel divers perspectief is benaderd.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als voldoende. De commissie vindt de begroting niet realistisch; deze is aanzienlijk hoger dan de afgelopen periode. Hierdoor wordt nu veel meer subsidie aangevraagd bij het Fonds Podiumkunsten en het AFK, dan in de afgelopen kunstenplanperiode 2013-2016.

De subsidieafhankelijkheid is daardoor vrij hoog, hetgeen de bedrijfsvoering van DNA kwetsbaar maakt. Wat daarnaast opvalt, is dat de personeelskosten en met name de salarissen voor de artistieke en zakelijke leiding niet geheel inzichtelijk zijn in de verschillende begrotingen die zijn aangeleverd. Op basis van de aangeleverde begrotingen lijken de salarissen voor de artistieke en zakelijke leiding een groot aandeel te hebben in de totale kosten. De commissie vindt daarmee de begroting van de organisatie uit balans en niet realistisch.
De mix van inkomstenbronnen is beperkt. DNA verwacht de komende periode meer publieksinkomsten te genereren, maar in de plannen wordt niet ingegaan op hoe dit te realiseren. Er wordt ingezet op het vaker spelen van de voorstellingen, maar er wordt niet toegelicht hoe de voorstellingen aan meer theaters verkocht zullen worden.

Het bestuur en toezicht zijn op orde. In het bestuur is recentelijk een aantal nieuwe leden opgenomen. Uit de samenstelling van het toezicht en het personeelsbestand komt naar voren dat er aandacht is voor de culturele diversiteit van de betrokkenen, dit is ook in het ondernemingsplan toegelicht.

Publiek

De commissie beoordeelt het criterium als voldoende. Uit het ondernemingsplan blijkt dat de organisatie goed heeft gereflecteerd op de samenstelling van het publiek dat DNA nu bereikt en hier stappen in wil zetten richting een meer cultureel divers publiek. De commissie vindt het, gezien de artistieke visie van het gezelschap van de afgelopen jaren, opvallend dat het in het verleden niet reeds gelukt is een meer cultureel divers publiek te bereiken. Om hier dit Kunstenplan wel in te slagen, zal DNA een passende programmering moeten ontwikkelen. In dit licht vindt de commissie de keuze voor de makers, waarmee in komende periode samengewerkt wordt, niet logisch. Zowel de gekozen makers als thematiek, vindt de commissie nog weinig vanuit een breed cultureel divers perspectief benaderd.

De beoogde doelgroepen worden helder beschreven in de aanvraag. DNA verwacht in de komende periode een aanzienlijke groei in publieksbereik te behalen. Er wordt een bureau aangetrokken dat hiervoor de marketinginspanningen zal verrichten. De commissie mist in het plan concrete activiteiten waaruit een creatieve aanpak voor het benaderen van de benoemde nieuwe doelgroepen blijkt. In geheel mist de commissie daarmee een goede vertaling van hun reflectie op het huidige publiek naar een visie van DNA op het behouden en bereiken van een nieuw publiek, ten opzichte van voorgaande periode. De groeiambities en nieuw benoemde doelgroepen vragen duidelijk om vernieuwing hierin en een duidelijke uitwerking van de wijze waarop deze groepen zullen worden benaderd.

Belang voor de stad: verbinding en spreiding

De commissie beoordeelt de verbinding met de stad als voldoende. De overkoepelende thematiek van het thema 'thuis' geeft mogelijkheden om aan te sluiten bij de stedelijke vraagstukken die in Amsterdam spelen en bij wat bewoners beweegt. 
De samenwerkingsverbanden die in dit kader worden opgezet zijn echter niet inhoudelijk gemotiveerd.

De commissie beoordeelt de spreiding als voldoende. In vrijwel alle stadsdelen ontplooit DNA op kleine schaal activiteiten. Daarnaast wordt gezocht naar nieuwe plekken in de stad om activiteiten te organiseren. De meeste activiteiten vinden echter plaats in de stadsdelen Centrum en Zuid. Hiermee draagt DNA voldoende bij aan de spreiding van het cultuuraanbod en het publieksbereik in de stad.

Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van De Nieuw Amsterdam niet te honoreren.